De benaming speelt een rol. Plantaardig eten is namelijk meer in trek wanneer het niet zo wordt genoemd. Dat concluderen Amerikaanse onderzoekers aan de hand van een representatieve steekproef. De deelnemers konden kiezen tussen twee geschenkmanden: één zonder en één met vlees- en zuivelproducten. De plantaardige mand kreeg vervolgens verschillende vermeldingen: veganistisch, plantaardig, gezond, duurzaam en tot slot gezond en duurzaam. De onderzoekers wilden achterhalen in hoeverre de benaming van de geschenkmand invloed had op de populariteit.
De naam doet ertoe
De geschenkmand werd minder snel gekozen met het label plantaardig en veganistisch. Van de deelnemers koos 27 procent voor de plantaardige mand. Het etiket veganistisch scoorde met 20 procent slechter. De term gezond deed het al een stuk beter: 42 procent van de deelnemers koos voor de plantaardige mand wanneer de term gezond eraan werd gehangen. Werden de boodschappen duurzaam genoemd, was dat 43 procent. De combinatie gezond en duurzaam was goed voor 44 procent. De naam doet er dus toe. Er werd vaker voor plantaardig gekozen wanneer het niet plantaardig werd genoemd.
Dit helpt ook
Een ander succesverhaal komt van de Noorse supermarkt Oda. Producten kregen een label voor een hoge, medium of lage CO2-voetafdruk. Dit leidde tot minder vleesverkoop en zelfs een stijging in de verkoop van vegetarische producten. Louise Fuchs, hoofd duurzaamheid van Oda, zei eerder: “Eén op de vijf burgers die we verkopen is nu vegetarisch en vegetarische maaltijden zijn een stuk populairder geworden. Het recept van linzensoep stond zelfs in de top 10. Dat was een jaar geleden nog ondenkbaar.”
Nudging
Er zijn dus verschillende nudgingtechnieken om mensen duurzamere keuzes te laten maken. Dit onderzoek wijst uit dat ook de naam een rol speelt. Subtiele veranderingen kunnen mensen naar duurzamere keuzes bewegen.
Lees ook:
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in