Rikilt van Wageningen University & Research ontving onlangs bijna € 3 mln van het Europese wetenschapsministerie. Het bedrag is bedoeld om samen met vijf andere landen onderzoek te doen naar andere manieren om voedsel te controleren.
Momenteel worden in de voedselketen monsters verzameld, die worden verzonden naar laboratoria voor onderzoek op resten van bijvoorbeeld pesticiden, antibiotica, natuurlijke toxines en allergenen. Het kan vervolgens enkele dagen duren voordat een lab-uitslag beschikbaar is, terwijl er in de meeste gevallen niets aan de hand is met een product.
Meten met smartphone
Het Europese consortium FoodSmartphone verwacht dat een deel van deze metingen kan worden verplaatst en ter plekke kan worden uitgevoerd. Voedselinspecteurs met een smartphone zouden deze metingen kunnen uitvoeren. Dat bespaart tijd en geld, aldus het onderzoeksinstituut.
De aangesloten partners zeggen daarnaast dat het ‘heel goed voorstelbaar’ is dat op termijn ook consumenten zelf die metingen met behulp van een smartphone kunnen uitvoeren.
Duurzame voeding
Rikilt ontwikkelde eerder in samenwerking met Amerikaanse en Duitse partners een smartphone-hulpstuk en app voor het meten van een verboden hormoon in een druppel melk. Daarnaast maakte het onderzoeksinstituut een voedselscanner, waarmee consumenten in de toekomst zelf de herkomst, houdbaarheid en samenstelling van voeding kunnen meten.
Bron: Wageningen University & Research | Foto: Toronto Eaters, via Unsplash Creative Commons (Cropped by DuurzaamBedrijfsleven)
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in