Wordt 2022 het jaar van biobased bouwen?

Het nieuwe regeerakkoord ligt er, de ambities zijn er ook. De klimaatdoelstellingen staan zwart op wit voor 2030 en 2050. De noodzaak om de gebouwde omgeving te verduurzamen is urgent, aangezien die verantwoordelijk is voor 40 procent van de CO2 uitstoot. Is biobased bouwen de uitkomst? Onno Dwars van Ballast Nedam Development: “De verandering gaat niet snel genoeg, ook niet in het nieuwe regeerakkoord.”

Biobased huis
Bij biobased bouwen wordt gebruik gemaakt van natuurlijke materialen, zoals hout, vlas, hennep. | Credit: Adobe

In het nieuwe regeerakkoord worden de eerste stappen gezet om de gebouwde omgeving uit het CO2-slop te halen. Zo is de ministerspost van volkshuisvesting en ruimtelijke ordening weer in het leven geroepen (voorheen minister van VROM) en zijn er twee nieuwe ministersposten bijgekomen: minister voor Energie en Klimaat en minister van Natuur en Stikstof. Daarnaast is de portefeuille Duurzaamheid ondergebracht bij Economische Zaken. Wat het onderwerp gebouwde omgeving betreft, wordt in het regeerakkoord isoleren genoemd als belangrijke maatregel om energie te besparen. Maar ook wordt er gesproken over hoe landbouw via nieuwe verdienmodellen kan worden ingezet voor biobased materialen. Dat zou idealiter organisch moeten leiden tot het omscholen van veeteeltboeren naar grondstofleveranciers voor de bouwsector. Ondanks al deze genoemde punten is hoogleraar Ellen van Bueren van de TU Delft wat sceptisch over de uitvoerbaarheid. “Het is niet zonder reden dat de gebouwde omgeving zich niet zo snel ontwikkelt als we zouden willen. Wordt er goed genoeg gekeken naar de uitdagingen die het bemoeilijken?”

Wat is biobased bouwen?

Om te beginnen: waar hebben we het eigenlijk over als we spreken over biobased bouwen? Het is een manier van bouwen met behulp van natuurlijke materialen, zoals hout, vlas, hennep. Kortom: materialen uit de natuur. Ook worden vaak natuurlijke methodes gekopieerd, om zo gebouwen energieneutraler te gebruiken. Voorbeelden van biobased gebouwen in Nederland zijn HAUT in Amsterdam (Arup), Holland Casino in Venlo (MVSA Architects), Beukenrode in Doorn (ORGA). Niet alleen worden minder fossiele materialen gebruikt, ook verbetert de klimaat-prestatie omdat CO2 in hout bewaard blijft.

Ellen van Bueren
Hoogleraar Ellen van Bueren: “De spelregels moeten worden veranderd” | Credit: TU Delft

Sneller en beter met systeembouw

Biobased bouwen wordt gezien als trend voor 2022. Maar dan zijn er natuurlijk de uitdagingen. Waar de gebouwde omgeving bijvoorbeeld volgens deze hoogleraar Van Bueren (leerstoel Urban Development Management) mee kampt, is dat het vaak jaren duurt voordat er een daadwerkelijk gebouwd object staat na een ellenlange fase van planvorming, aanbesteding en participatie en inspraak. Logisch dat oorspronkelijke bouwplannen tegen die tijd niet meer aansluiten bij de actuele vraag. Het is dan lastig om te kunnen inspelen op nieuwe ontwikkelingen. Zeker als het gaat om het inzetten van duurzame innovaties. Van Bueren: “Dan zie je dat in de oude plannen de biobased materialen van vandaag niet zijn in te passen.”

Behalve dat bouwtrajecten langdurig van aard zijn, is ook de bereidheid tot verandering gering, meent Van Bueren. “De spelregels moeten daarvoor worden veranderd.” Een belangrijke speler die naar haar idee daarin pioniert, is de gemeente Amsterdam. Wie in de hoofdstad wil bouwen moet 20 procent van de bouwmaterialen biobased realiseren. In 2050 loopt die eis op naar 50 procent. Ook landelijk is er mogelijkheid tot versnelling. “Dat kan worden ingezet door houtbouw bijvoorbeeld te industrialiseren en over te stappen op systeembouw. Daar werd door architecten lange tijd meesmuilend naar gekeken omdat het hun artistieke vrijheid zou aantasten. Maar inmiddels zijn daar natuurlijk heel mooie ontwerpen mee te maken.”

Biobased als het materiaal van 2022

Ook programmaleider Circulair Bouwen Dingena Verkerk van Arcadis ziet kansen bij de productie en gebruik van materialen. “Biobased is niet zaligmakend. Er zijn tal van traditionele materialen die fantastisch zijn.” Ze denkt daarbij niet alleen aan hout, maar noemt ook een dakpan als voorbeeld. “Die kun je los vervangen, dat is heel duurzaam. Datzelfde geldt voor een baksteen. Het zijn prachtproducten.” Daarnaast is modulariteit van belang: “Je moet kunnen opschalen."

Haar collega Wouter Schik, expert op het gebied van duurzaam bouwen, vult haar aan: “Het jaar 2022 wordt het jaar van biobased materialen, maar we moeten wel naar het hele plaatje blijven kijken en vooral slimmer bouwen.” Schik ziet dat versnelling nodig is. “Industrieel en licht bouwen is onontbeerlijk in het verduurzamingsproces van gebouwen. Maar samenwerking is hierin echt nodig. De aannemer moet het zien zitten, de particulieren en bedrijven moeten het willen en de overheid moet het stimuleren.”

Schermafbeelding 2022 01 06 om 10 03 40
Dingena Verkerk gelooft ook in modulariteit: “Biobased is niet zaligmakend" | Credit: Arcadis

Duurzaam innoveren met biobased materiaal

Hoogleraar Duurzaam Innoveren Jacqueline Cramer van de Universiteit Utrecht is blij met de teruggekeerde post van de minister van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening. Maar de grote vraag is volgens haar welke strategische keuzes gemaakt gaan worden om de problemen op de woningmarkt en duurzaamheid aan te pakken. Zowel Cramer als Van Bueren noemen hierbij de noodzaak om vergezichten te schetsen. Zoals: moeten we nog wel nieuwbouw realiseren nabij de zee en rivieren? Maar ook: hoe bouwen we wat we bouwen?

Cramer: “Toen ik nog minister van VROM was in 2007, hadden we afgesproken dat de woningbouw energieneutraal zou zijn in 2020, dat heette toen ENG. Inmiddels is ENG aangepast tot BENG, Bijna Energie Neutraal Gebouwen.” Ze vindt het veelzeggend dat het woord Bijna eraan is toegevoegd. “Bijna zal nul moeten worden. Er is behoefte aan werkelijke systemische verandering. We moeten stoppen met het vinden van geitenpaadjes enuitvoeren wat er nodig is om de klimaatdoelstellingen te behalen.”

De visie van Cramer is dat er integraal moet worden gekeken naar het gehele plaatje. Dus: hoe zorg je voor betaalbare woningen, hoe zorg je voor het herbouwen van leegstaande gebouwen en kantoren en hoe zorg je voor de juiste biobased materialen. Als voorzitter van het Betonakkoord leerde ze: het is belangrijk om ambitie te hebben en een duidelijke stip op de horizon te zetten. “En het is belangrijk om koplopers te hebben die de toon zetten en laten zien hoe het anders kan. Dit moet het peloton een perspectief bieden voor de komende tien jaar. Waar gaan we naar toe?”

Kijk naar beton op prestatie

Behalve koplopers en een heldere visie, is een regiefunctie vanuit de overheid onontbeerlijk, volgens Cramer. “Mijn hoop is dat de Rijksoverheid de aanbestedingsrichtlijnen aanpast. Als je daarin duurzaamheid verwerkt, zoals in materialen en vervoer, ga je grote stappen maken. Tot op heden is dat niet gebeurd en zijn richtlijnen dus niet sturend genoeg.” De reden hierachter is de grote decentralisatie, zoals de oud-politica dat omschrijft: “In alles wat je kunt verzinnen. De besluitvorming ligt op het laagste niveau, en daardoor krijg je nooit generiek beleid.”

Cramer en Schik van Arcadis noemen normeringen een probleem. “Asfalt waarbij fossiele bitumen voor meer dan 50 procent wordt vervangen door biobased materiaal, mag officieel geen asfalt meer heten… Dus het probleem ligt bij de oude normeringen. Die moeten worden aangepast”, aldus Schik. Volgens Cramer blokkeert normering innovatie. Neem bijvoorbeeld beton: de normen zijn vastgesteld op basis van een zekere hoeveelheid cement. Dat maakt het voor alternatieven zonder cement onmogelijk goedgekeurd te worden.

“Daarom hebben we nu een andere beoordelingsmethode in voorbereiding: beton op prestatie. Dit betekent dat een innovatie goedgekeurd wordt als deze voldoet aan de vereiste prestatie.” Ze zoekt vooral de samenwerking en de systemische verandering om de echte grote stappen te kunnen nemen. “Door alle partijen systemisch mee te nemen, het einddoel en de lange termijn goed voor ogen te houden, kom je vooruit. Het is alleen wel echt tijd voor actie. We moeten nu in de uitvoering.”

Onno Dwars CEO Ballast Nedam Development
Onno Dwars: “De verandering gaat niet snel genoeg, ook niet in het nieuwe regeerakkoord.”

Roep om een sterke en duurzame overheid

Wie ook roept om regie en actie, is CEO Onno Dwars van Ballast Nedam Development. “De verandering gaat niet snel genoeg, ook niet in het nieuwe regeerakkoord.” Hij rekent met een CO2-budget voor Nederland van 909 megaton CO2-budget tot 2050. Hiervoor is voor de bouwsector 100 megaton beschikbaar tot 2050. “Als we doorgaan met wat we nu doen, halen we de eindstreep niet. Over 8 jaar hebben we geen budget meer, en dan hebben we nog 20 jaar te gaan tot 2050. Er moeten drastische wijzigingen komen.”

Dwars is er “400 procent” van overtuigd dat biobased dé bouwmaterialen van de toekomst zijn. In de bouwsector wordt gewerkt met MPG-norm (Milieu Prestatie Gebouwen), wat in euro’s uitdrukt hoeveel negatieve impact een vierkante meter gebouw heeft. Vooralsnog is 0,8 de norm (tachtig eurocent per vierkante meter), dat wordt 0,5 in 2030. Dwars: “En precies daarom hebben we biobased materialen nodig, naast materiaal als beton.”

Hij noemt het gebouw Horizons als voorbeeld, dat Ballast Nedam bouwt in Amsterdam. Onder de 126 woningen komen 30 parkeerplaatsen onder de grond en dan is beton noodzakelijk voor de veiligheid. “Daar gebruiken we toeslagmateriaal voor, zodat die cirkel zo goed als mogelijk is gesloten. Maar je moet verder kijken dan naar bouwmaterialen alleen. Ook installaties zijn belangrijk. Ik hou van zonnepanelen, maar ik wacht op de varianten die CO2-neutraal uit de fabriek komen.”

Door de natuur gestraft

Het doel van Ballast Nedam Development is in 2030 te zorgen dat alle gebouwen CO2-neutraal zijn. Twintig jaar sneller dan het Parijsakkoord. Volgens Dwars staan collega-bedrijven uit de bouwsector te trappelen om mee te doen. “Het is alle hens aan dek. Er is geen onderhandelingsruimte meer. We moeten nu in actie om te zorgen dat we het tij kunnen keren.” Daarom vindt Dwars dat de overheid de leiding moet nemen. Geen doelen meer ter discussie stellen, maar eisen stellen. De marktkennis is er en de partijen die advies kunnen geven ook.

“Nu wordt er gedacht dat we de natuur kunnen beantwoorden in een democratisch model. Maar de natuur is een dictator, die straft ons nu. Daar moet je ook op reageren als een dictator.” En natuurlijk, als de regering de regie pakt en duurzame stappen afdwingt, zal er opstand komen. “Dat hebben we ook gezien met gasloos bouwen. Maar uiteindelijk was iedereen drie maanden nadat de wet was aangenomen vergeten dat we met gas bouwden.” En dat Hugo de Jonge nu op de post van minister van VRO gaat zitten, zou misschien nog wel eens kunnen helpen.

Dwars moet lachen. “Misschien kan De Jonge net als hij bij COVID deed, elke maand de CO2-cijfers presenteren tijdens een persconferentie.” Hij meent het serieus: maak een dashboard en laat zien waar we hadden moeten zitten met onze CO2-uitstoot. “De bouwwereld is in ieder geval volledig mee! We zetten blind onze handtekening.” Of zoals Verkerk van Arcadis zegt: “De regering wil altijd van goed naar best, maar laten we het eerst beter doen. En laten we het vooral samen oppakken. We hebben allemaal de verantwoordelijkheid.”

Schrijf je in voor onze Newsbreak: iedere dag rond 12 uur het laatste nieuws

Wil jij iedere middag rond 12 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan! Schrijf je hier in voor onze Newsbreak.

Change Inc.

schrijf je in voor de nieuwsbrief

Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!

Schrijf je nu in

Nieuws & Verhalen

Changemakers

Bedrijven

Events


Producten & Diensten


Lidmaatschap

Inloggen

Nieuwsbrief & Memberships


Over Change Inc.

Over ons

Waarom Change Inc.

Team

Partnerships & Adverteren

Werken bij Change Inc.

Pers & media

Onze partners

Contact

Start

Artikelen

Changemakers

Bedrijven

Menu