Dit concludeert Wageningen UR in een onderzoek naar de kosteneffectiviteit van reductiemaatregelen voor de emissie van broeikasgassen in de zuivelketen.
De Nederlandse landbouw draagt voor ongeveer tien procent bij aan de uitstoot van CO2, methaan en stikstof (N2O). De zuivelketen is hierin verantwoordelijk voor het grootste aandeel van deze broeikasgassen. Melkveebedrijven eisen binnen de zuivelketen weer het grootste aandeel op.
Voor de melkveehouderij zijn dan ook ambitieuze doelstellingen geformuleerd: 30 procent reductie van broeikasgassen in 2020 ten opzichte van 1990.
Renderende beperking
Volgens de onderzoekers kan de emissie van broeikasgassen op een aantal manieren worden beperkt die zelfs geld opleveren. Betere benutting van meststoffen kan de uitstoot van broeikasgassen beperken. Het zaaien van witte klaver kan de behoefte aan meststoffen verder terugdringen doordat het stikstof uit de lucht bindt en in de grond brengt.
Bij verhoging van de melkproductie per koe met 500 kilogram, door bijvoorbeeld een betere benutting van ruwvoer en geen melkquotumkosten, daalt de CO2-uitstoot per kilo melk per koe, terwijl de omzet stijgt.
Wanneer alle maatregelen worden toegepast zijn naar schatting een emissiereductie van één tot twee megaton CO2–equivalenten per jaar haalbaar. Wanneer de meest kosteneffectieve maatregelen worden toegepast kan de uitstoot met 40 procent worden teruggebracht.
Bron: Boerenbusiness
Foto: via Wikimedia
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in