ECN en TNO elektrificeren chemiesector

De chemische industrie verbruikt veel olie en gas. Als grondstof, maar vaak ook als energiebron. Variabele elektriciteitsbronnen als zonne- en windenergie bieden voor de chemiesector kansen om kosten te besparen én de bedrijfsvoering te verduurzamen.

Het onderzoeksprogramma richt zich op bestaande technologieën, die nog weinig zijn toegepast. Met slimme combinaties en gerichte verbeteringsslagen verwachten ECN en TNO dat ze wel zullen voldoen aan de eisen van de chemiesector.

 

Stoom en waterstof

 

ECN heeft veel expertise op het gebied van elektrische warmtepompen. Met deze warmtepompen kan de chemische industrie gebruikte stoom en andere restwarmte opwaarderen en zo bijvoorbeeld een deel van het gasverbruik vervangen door hernieuwbare stroom.

Een andere technologie in opkomst is elektrolyse. Met elektriciteit is met dit proces water om te zetten in waterstof. Ook hier heeft het gebruik van elektriciteitsoverschotten uit groene bronnen de voorkeur.

Waterstof is in veel chemische processen een waardevolle grondstof. De industrie gebruikt nu meestal aardgas als grondstof om waterstof te produceren.

 

Gebruiksuren

 

Voor grootverbruikers van elektriciteit loont het steeds meer om in te spelen op variaties in stroomprijzen. Deze ontstaan door variatie in energiebehoefte en aanbod. Tegelijkertijd geldt voor vrijwel alle chemische apparatuur dat de bedrijfskosten omlaag gaan als de installaties zoveel mogelijk bedrijfsuren maken. Het onderzoek richt zich dan ook op de vraag of flexibel inzetbare elektrische installaties toch voldoende voordelen opleveren voor de sector.

ECN en TNO ontvingen € 2 mln subsidie van het Ministerie van Economische Zaken om de plannen uit te werken in een roadmap. Deze presenteren de partners begin 2015. Verder zoeken ze proactief naar chemische bedrijven, toeleveranciers en kennisorganisaties die met kennis, ervaring en financiële middelen willen participeren in het programma.

Bron: Topsector Chemie | Foto: isado, via Flickr