Op congressen wordt vaak een beroemde uitspraak van Thomas Edison aangehaald, de uitvinder van de gloeilamp: 'Mislukking is de moeder van alle succes.' Twee slides later gevolgd door: 'Ik heb niet gefaald. Ik heb met succes 10.000 manieren ontdekt die niet werken.' Fouten maken staat voor lef. Aan goede ondernemers hoef je het niet uit te leggen. Als die een start-up beginnen en bij een investeerder aankloppen voor geld, leggen ze het altijd eerlijk uit: 'We hebben zes miljoen euro nodig, waarvan twee miljoen om aan mislukkingen te werken.' En de investeerder krijgt altijd te horen waar het mis is gegaan, want juist daar leer je van.
Het is een heel andere mentaliteit dan die bij de Belastingdienst, waar het melding maken van verkeerde beslissingen alleen al, tot grote paniek leidt. NRC Handelsblad schreef over een cultuur bij de Belastingdienst die het voorkomen en melden van misstanden bemoeilijkt. 'Zo kreeg een medewerker die een verkeerde beslissing probeerde aan te kaarten, en dat met documentatie onderbouwde, nooit een reactie. Daarop probeerde de melder het hogerop, maar ook dat leverde geen reactie op. Pas toen de raadspersonen de melding als "urgent" beoordeelden en doorgaven aan de ambtelijke top, werd een extern onderzoek ingesteld.' Alsof de Belastingdienst denkt dat wij na de Toeslagenaffaire nog steeds denken dat ze nooit fouten maken.
Ook de non-profitstichting 'Hulptroepen Alliantie' van Sywert van Lienden en Bernd Damme laat zich niks gelegen aan de wijze woorden van Edison. De Volkskrant schrijft: 'De stichting hamerde er altijd op zonder winstoogmerk mondkapjes aan de zorg te leveren, maar de oprichters bleken een bedrijf te hebben opgezet waarmee ze in het geheim wel winst boekten, uiteindelijk ruim 28 miljoen euro. Vrijwilligers, medewerkers en zakelijke partners wisten niets van die commerciële belangen.' En: 'De non-profit stichting (...) heeft afgelopen maanden toezeggingen over financiële transparantie en verantwoording van de eigen site gewist. De stichting schermde met een onafhankelijke audit, maar de genoemde accountants zeggen van niets te weten.' Een gevalletje van-kwaad-tot-erger. Waarbij transparant zijn over fouten door de jonge stichtingvoerders, geheel volgens de old-school regels, als iets wordt gezien om je zorgen over te maken. 'We moeten het de mensen niet vertellen, ze kunnen boos worden.'
In een scherp stuk in het FD houdt Femke de Vries (partner &samhoud, bijzonder hoogleraar toezicht aan de RUG en oud-bestuurslid van toezichthouder AFM) een pleidooi voor bestuurders die fouten toegeven. Daarbij citeert ze uit een boek dat ik vorig jaar met plezier las, van de Amerikaanse sociaal-psychologen Carol Travis & Elliot Aronson: 'Mistakes were made (but not by me).' Travis & Aronson noemen 'onze cultuur' een 'fout-fobische cultuur.' Door het 'gelijkstellen van domheid met fouten', zorgen we ervoor dat mensen niet leren van hun fouten. Jammer, want dan neem je ook je verantwoordelijkheid niet, zeggen de sociaal-psychologen. Doe het wel, schrijft Femke de Vries. Omdat je dan ook een belangrijk signaal geeft aan de mensen binnen je eigen bedrijf: 'we maken allemaal fouten.' Je leert er pas van als je ze toegeeft: 'Dat is pas maatschappelijke waarde creëren.'
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in