Het kabinet overweegt maatregelen om de stikstofuitstoot snel terug te dringen. Doordat de uitstoot vooralsnog niet daalt, lopen grote bouwprojecten vertraging op. De bouw van 1 miljoen woningen om de woningnood op te lossen klinkt daarmee nog ver weg. Omdat de landbouwsector een van de grootste stikstofuitstoters is, valt hier volgens het kabinet nog veel te winnen.
Welke scenario’s zijn er?
In de stukken van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) die NRC eerder inzag, staan twee scenario’s voor het omgooien van de landbouwsector. In het eerste geval stelt het ministerie van Financiën voor om productierechten van stikstof uitstotende boeren op te kopen. De kosten schatten de ambtenaren op 9 miljard euro. De andere optie is ambitieuzer: het ministerie van Landbouw stelt voor dat de overheid de grond van boeren opkoopt om die in te richten voor duurzamere vormen van landbouw, waarbij bijvoorbeeld minder dieren nodig zijn. Die kostenraming wordt geschat op 17 miljard euro.
In de twee scenario’s koopt de overheid de grond van boeren op, waarbij de boeren worden onteigend. Onteigening is niet vrijwillig, en dat is volgens Iman Stratenus, oprichter van Natuurrijk Nederland, niet de juiste motivatie om de agrarische sector te verduurzamen. Volgens hem is er nog een ander scenario, waarbij de boeren een eerlijke prijs krijgen en er meer ruimte komt voor natuur en woningen.
Vrijwilligheid en ruimhartigheid zouden volgens Stratenus de basis moeten zijn voor de transitie naar duurzamere landbouw. “Op die manier ontmoet je veel meer welwillendheid”, zegt hij. Bij het onteigenen verwacht hij dat boeren veel sneller weerstand geven. “Als iemand mij vertelt dat ik mijn huis moet verkopen dan zou ik daar natuurlijk ook niet mee akkoord gaan. Maar als iemand met mij in gesprek gaat en tegemoetkomt, ben ik veel sneller bereid om er serieus over na te denken.”
50 procent meer natuur
Stratenus maakte een plan hoe Nederland de stikstofuitstoot kan terugdringen, met vooral meer natuur, meer woningen en iets minder landbouw. “Het idee raakt aan de problemen van klimaatverandering, milieuvervuiling, biodiversiteitsverlies en de woningnood, maar dan wel met het behoud van welvaart.”
Bijna 70 procent van het Nederlandse landoppervlak bestaat uit landbouw. “In het plan willen we 1,2 miljoen hectare landbouwgrond omzetten in natuur: bos, heide, riet en graslanden met veel biodiversiteit.” Dat betekent dat de landbouwgrond van 66 procent naar 30 procent van het totale grondoppervlak van Nederland wordt teruggebracht. “De halvering van het grondgebied betekent niet een halvering van de agrarische sector. Een groot deel van de grond wordt nu gebruikt voor de productie van veevoer.”
Een deel van de vrijgekomen landbouwgrond wil Stratenus omzetten in bouwgrond: zo’n 50.000 hectare. Dat is 4 procent van de omgevormde landbouwgrond. “Op die bouwgrond kunnen we huizen bouwen. Zo veel dat we de gehele woningnood kunnen oplossen: er ontstaat ruimte voor 1 miljoen woningen.”
Maar hoe wordt dit plan gefinancierd? Ook daar heeft Stratenus over nagedacht. “Als de agrarische sector de helft van de landbouwgrond moet afstaan, moet daar iets riants tegenover staan. Zo’n uitkoop- en subsidieregeling gaat veel geld kosten.” Met een berekening schat hij dat er zo’n 100 miljard euro nodig is om het plan te bekostigen. Dit plan kost zes keer zoveel als het duurste plan van het PBL, wat uitkwam op 17 miljard euro. Maar juist die hoge prijs moet kan boeren over de streep trekken.
Maar deze kosten worden terugverdiend door de 4 procent van de gekochte landbouwgrond om te zetten in bouwgrond. “De nieuwe bouwgrond zal zo’n 2,6 miljoen euro per hectare waard zijn. Met 50.000 hectare kunnen we ruim de 100 miljard euro terugverdienen die we nodig hebben.’’
Daarmee is de woningnood volgens Stratenus opgelost, is er fors meer natuur in Nederland bijgekomen en hebben boeren een riante vergoeding gekregen voor het afstaan van een deel van hun grond. Meer natuur komt ten goede van de biodiversiteit en leefbaarheid. En het is volgens hem hard nodig. “Het zegt al genoeg dat het kabinet deze plannen heeft: dat laat de urgentie van het probleem zien.”
Is het haalbaar?
Op gemeentelijk en provinciaal niveau worden er stappen gemaakt voor een groener Nederland, maar Stratenus mist een centrale regie. “Het is een lastige opgave, want er spelen zo veel problemen tegelijkertijd: woningnood, energietransitie en het stikstofprobleem. Dat zijn allemaal stukjes van een grote puzzel. De overheid kan maar op bepaalde punten regie voeren.” Stratenus wil juist daar iets op verzinnen. “We hebben veel reacties gekregen van wetenschappers over dit idee, maar ook van financiële instellingen die geïnteresseerd zijn. Ik verwacht niet dat het idee direct wordt opgenomen in het nieuwe regeerakkoord, maar we bieden mensen wel een ander perspectief.”
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in