Aan het woord is Patrick van Duijnhoven. Als directeur Transport & Logistiek spreekt hij regelmatig met klanten over mensenrechten. Dat gesprek aangaan is belangrijk, omdat klanten soms zelf niet weten of zij meewerken aan schijnconstructies. Die connectie is soms dichterbij dan bedrijven denken. “Niet alleen transport- en logistiekbedrijven, maar ieder bedrijf dat werkt met transporteurs moet hierover nadenken.”
Mensenrechtenschending: ook in Nederland
Van Duijnhoven gaat het gesprek over mensenrechten aan met klanten. In dat gesprek draait het in de eerste plaats om bewustwording creëren: aantonen waar de schendingen plaatsvinden. De volgende stap is daarnaar handelen.
'Bij mensenrechtenissues denkt men al gauw aan textielfabrieken in Bangladesh'
“Bij mensenrechtenissues denkt men al gauw aan textielfabrieken in Bangladesh, maar wij kijken in ons mensenrechtenprogramma ook naar risicovolle sectoren binnen de Nederlandse economie”, vult Ruben Zandvliet, ESE Risk Advisor van ABN AMRO aan. Het gaat bijvoorbeeld om sectoren als de bouw, de uitzendbranche en de landbouw.
Zandvliet werkt binnen ABN AMRO mee aan het mensenrechtenprogramma en spreekt daarom ook regelmatig met Van Duijnhoven.
Mensenrechten onderdeel van de duurzaamheidsstrategie
De heren zitten samen aan een tafel in het restaurant van Circl, het circulaire paviljoen van ABN AMRO. Net als het stimuleren van de overgang naar een circulaire economie, valt het thema mensenrechten binnen de duurzaamheidsstrategie van de bank.
ABN AMRO wil dat haar klanten mensenrechten respecteren, maar dat is lastiger te meten dan bijvoorbeeld de thema’s circulariteit of klimaat, stelt Zandvliet.
“In 2030 willen we bijvoorbeeld dat al onze hypotheken en al het vastgoed dat we financieren gemiddeld een A-label hebben. Dat is een hele duidelijke, heldere ambitie. Daar kun je met zijn allen naar toewerken. Maar mensenrechten respecteren; hoe doe je dat? Risico’s verschillen per sector en per land. Bij de ene klant is leefbaar loon een belangrijk onderwerp, bij de andere klant ligt de nadruk op landrechten. En bedrijven zijn nooit klaar met het respecteren van mensenrechten. Het is een continue proces, maar daarom niet minder nodig voor de bank om op te pakken.”
Bewustzijn creëren
ABN AMRO wil bewustzijn creëren over mensenrechten en ervoor zorgen dat iedereen zijn verantwoordelijkheid neemt. Dat begint bij eigen verantwoordelijk. Dat is één van de redenen waarom ABN AMRO in 2016 de eerste bank wereldwijd was die een mensenrechtenrapport publiceerde volgens de Guiding Principles on Business and Human Rights van de Verenigde Naties.
Die richtlijn maakt het mogelijk voor bedrijven om op gestructureerde wijze inzicht te geven in hun inspanningen rondom mensenrechten. Vlak daarna sloot ABN AMRO een bankenconvenant met onder andere alle Nederlandse banken, maatschappelijke organisaties en de overheid. Hierin is afgesproken dat de banken binnen drie jaar vooruitgang boeken op een aantal thema’s rondom mensenrechten, bijvoorbeeld door te analyseren hoe de convenantspartijen gezamenlijk invloed kunnen uitoefenen.
Mensenrechtenrapport
Vandaag komt het nieuwste rapport uit. Daarin benoemt ABN AMRO welke vooruitgang er is geboekt op de voor de bank belangrijkste mensenrechtenthema’s: discriminatie, privacy, arbeidsrechten en landgerelateerde mensenrechten. In een tijdlijn vanaf 2011 laat de bank zien welke activiteiten de afgelopen acht jaar zijn geïnitieerd.
Ook is er aandacht voor projecten waarin ABN AMRO het voortouw nam, zoals bij de totstandkoming van de Responsible Ship Recycling Standards. Het doel daarvan is om te voorkomen dat werknemers bij de sloop worden blootgesteld aan bijvoorbeeld asbest of gevaarlijke chemicaliën.
Het rapport sluit af met een aantal concrete doelen die de bank zichzelf stelt. Zo wil ABN AMRO werken aan betere klachtmechanismen voor slachtoffers van mensenrechtenschendingen. In het rapport wordt benadrukt dat voorkomen beter is dan genezen, maar als mensenrechtenschendingen zich voordoen dan hebben slachtoffers het recht om hun verhaal te doen.
Mensenrechten in de transport- en logistieksector
Eén van de sectoren waar de bank veel aandacht aan besteedt is de transport- en logistieksector. Als logistieke bedrijven minder onderscheidend vermogen hebben, dan kunnen zij zich in tenders alleen onderscheiden op prijs. Terwijl de marges vaak klein zijn. “Als er druk ontstaat op de prijs, dan bestaat de kans dat bedrijven gaan zoeken naar middelen om het nog goedkoper te doen”, zegt Van Duijnhoven. Eén van die manieren is een schijnconstructie om goedkope arbeidskrachten uit het buitenland te laten rijden voor Nederlandse transporteurs. “En daar gaat het dan mis.”
Hij legt uit hoe een mogelijke schijnconstructie eruit kan zien, waarbij een Nederlands transportbedrijf op papier een vestiging in een lagelonenland heeft, bijvoorbeeld Roemenië. “In Roemenië kan ik Roemeense chauffeurs aannemen. Als ik die Roemeense chauffeurs alleen maar laat rijden voor Nederlandse opdrachtgevers en de chauffeurs worden aangestuurd vanuit de vestiging in Nederland dan is er mogelijk sprake van een schijnconstructie.”
Want, zegt hij, op papier is het bedrijf dan gevestigd in Roemenië, maar in de praktijk worden de chauffeurs volledig aangestuurd vanuit Nederland. Feitelijk dienen ze dan te worden betaald conform Nederlands recht en Nederlands loon en niet op basis van Roemeens recht en loon. Een ander voorbeeld is dat buitenlandse chauffeurs (vooral in het weekend) overnachten op Nederlandse parkeerplaatsen, zodat ze extra lange dagen kunnen maken of huisvestingsproblematiek wordt omzeild.
Het gesprek aangaan
Om dit soort constructies bij klanten te voorkomen gaat ABN AMRO het gesprek aan. Van Duijnhoven merkt dat klanten dat vaak niet verwachten. “Zij verwachten dat wij praten over betalingsverkeer, financieringen en over hoe we groei mogelijk kunnen maken, maar niet dat wij vragen of de constructie met buitenlandse chauffeurs wel of niet juist is.” Als er twijfels over die constructie bestaan, verwijst hij klanten bijvoorbeeld door naar een advocatenkantoor dat zich veel met dit thema bezighoudt.
'Er is een kentering in de markt gaande'
Er is een kentering in de markt gaande, stelt hij. Zo zijn er boetes uitgedeeld en zijn er bedrijven failliet gegaan doordat ze dit soort constructies gebruikten. Tegelijkertijd benadrukt Van Duijnhoven dat het aantal bedrijven dat met zulke schijnconstructies werkt in de praktijk meevalt. En de aantallen van bedrijven die willens en wetens op deze manier te werk gaan liggen nog lager.
“Je wilt als bedrijf nooit de voorpagina’s van de kranten halen, omdat jij een mogelijke schijnconstructie hebt, want dat kost je altijd business. Sterker nog je kan out of business raken, omdat sommige verladers zeggen dat zij per direct afscheid zullen nemen van hun vervoerder als er sprake is van schending van mensenrechten. Dus primair zet een logistiek dienstverlener zijn bedrijfscontinuïteit op het spel.”
Afscheid nemen
Toch is het weleens voorgekomen dat ABN AMRO na twee jaar praten met een klant afscheid nam, omdat het bedrijf zijn constructie niet wilde aanpassen.
“Er zijn klanten die zich van geen kwaad bewust zijn. Die denken dat zij een constructie hebben die past, maar die bij de toetsing niet juist blijkt te zijn. Dan krijgen zij de tijd om dat alsnog te corrigeren. Onze vraagstelling is er namelijk primair voor bedoeld om bewustzijn te creëren. Maar als een klant willens en wetens zegt: ik ga er gewoon mee door, ik blijf hier de wet overtreden, dan is het geen klant voor ABN AMRO. Dan nemen we echt afscheid.”
'Ieder bedrijf heeft een verantwoordelijkheid om mensenrechten te respecteren'
Het kan dat deze klant vervolgens bij een andere bank wel financiering krijgt. Hoewel Zandvliet verwacht dat de kansen daarop kleiner worden, omdat meer banken klanten kritischer bevragen.
Zandvliet vindt het niet vreemd dat banken deze rol op zich nemen. “Ieder bedrijf heeft een verantwoordelijkheid om mensenrechten te respecteren en om te zorgen dat het bedrijf niets doet dat tegen de bescherming van mensenrechten ingaat. Als wij zien dat er een link is tussen ABN AMRO en arbeidsuitbuiting bij een klant van de bank, dan hebben wij daar een verantwoordelijkheid om ons in te zetten.”
De keten betrekken
Van Duijnhoven praat niet alleen met transport- en logistieke bedrijven, maar onder andere ook met de partijen die de tenders uitschrijven, de verladers. Hij wil bij de partijen die goederen vervoerd willen hebben ook bewustwording creëren over de invloed die zij hebben. “Dan begin je bij de bron.”
Zo kunnen grote supermarktketens of grote industriële bedrijven in tenders aangeven dat de logistieke bedrijven worden getoetst; dat zij conform wetgeving moeten handelen. Dat is ook in het voordeel van de verladers zelf, benadrukt Van Duijnhoven. “Zij hebben er namelijk geen enkele baat bij als de vervoerder die met hun producten rijdt morgen de voorpagina’s van de kranten haalt.”
Vanwege de rol die andere partijen in de keten spelen, voert ABN AMRO steeds vaker gesprekken met de keten. Zo spreekt de bank met verschillende brancheverenigingen van diverse sectoren, van Transport en Logistiek Nederland (TLN) tot de retailers. “Dan doe je niet alleen aan symptoombestrijding, maar los je het op aan de bron. Want als je het in de keten kunt oplossen, dan is het bij die logistiek dienstverlener geen probleem meer.”
Lees verder: ABN AMRO: 'Wij willen naast de financiële cijfers ook de CO2-uitstoot van de klant weten'
Afbeeldingen: Adobe Stock
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in