Het schip is gebouwd door het Japanse Kawasaki Heavy Industries. Het werd in 2019 gedoopt en te water gelaten.
De waterstof die de Suiso Frontier zal vervoeren is gemaakt uit kolenstroom, waarbij de CO2 wordt afgevangen en opgeslagen. Het transport is onderdeel van een samenwerkingsproject van de overheden van Japan en Australië. Doel van het project is als eerste in de wereld zowel de productie het transport en de afname van waterstof te demonstreren. Want vloeibare waterstof is tot nu toe nog nooit in een schip vervoerd.
Maar daar zal spoedig verandering in moeten komen, als de voorspelde groei van de waterstofmarkt uitkomt. Volgens het IRENA zal waterstof in 2050 voorzien in 12 procent van de wereldwijde energievraag. Dertig procent daarvan zal over landsgrenzen verhandeld en dus ook vervoerd worden.
Waterstof uit Saoedi-Arabië
Het overgrote deel van deze duurzame energiedrager zal geproduceerd worden in zonnige regio’s waar het veel waait. Saudi Arabië, het Midden Oosten, Zuid Amerika en Australië hebben goede papieren. Die waterstof zal worden afgenomen door regio’s waar minder gunstige omstandigheden zijn voor de productie van duurzame energie. Maar liefst dertig landen en regio’s zijn op dit moment actief op zoek naar mogelijkheden om waterstof te importeren of exporteren.
Ook Nederland zet in op het importeren van groene waterstof. Zo schat de haven van Rotterdam dat in 2050 jaarlijks maar liefst 18 miljoen ton waterstof binnenkomt. Een groot deel daarvan is bestemd voor gebruik in omringende landen, met name Duitsland. Het Havenbedrijf Rotterdam verkent de mogelijkheden voor de import van waterstof uit landen zoals Marokko, Oman, Zuid-Afrika, Uruguay, Chili, Brazilië, Australië en Canada. De vraag is op welke manier al die waterstof het beste vervoerd kan worden.
De proefvaart van de 116 meter lange Suiso Frontier onderzoekt de technische en commerciële haalbaarheid van het transport van waterstof in vloeibare vorm. Want daaraan zitten nogal wat haken en ogen. Om te beginnen is waterstof een zeer vluchtig gas. Door het vloeibaar te maken neemt het 800 keer minder ruimte in.
Maar dat is een energie-intensief proces omdat waterstof pas vloeibaar is bij een temperatuur van -253°C. Ter vergelijking: aardgas, dat al in vloeibare vorm de zee over gaat, wordt vloeibaar bij -160°C. Dat maakt het vervoer van waterstof over lange afstanden dus vrij kostbaar.
Waterstof en ammoniak
Alternatief is het ‘inpakken’ (en uitpakken) van waterstof in een ander molecuul, zoals ammoniak (NH3), methanol of een Liquid Organic Hydrogen Carrier (LOHC). Ammoniak is al vloeibaar bij -33°C. Dat kan de kosten aanzienlijk drukken, ware het niet dat er dan installaties nodig zijn om de waterstof bij de bron weer ‘uit te pakken’.
De kosten voor het omzetten van waterstof in ammonia en vice versa zullen dermate hoog zijn dat het kostentechnisch niet veel verschilt van het transporteren van pure waterstof. Tenzij de ammoniak direct als brandstof wordt gebruikt. Bij verbranding van ammoniak komt geen CO2 vrij. Bovendien zijn voor het transport van die stof al schepen in de vaart.
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in