Wat gebeurt er met afgedankte auto's?

Ieder jaar gaan er gemiddeld zo’n 200.000 sloopauto’s in Nederland naar demontagebedrijven. Wat gebeurt er met een afgedankte auto? En hoe gaan we om met de nieuwkomers: de elektrische auto?

Adobe Stock 87907901
Een auto gaat gemiddeld zo’n 19,5 jaar mee. Dan is een auto vaak aan het eind van z’n levensduur. | Credit: Adobe Stock

Een ongeluk of einde leven: vaak zijn dat de twee redenen waarom een auto niet meer functioneert. Hij moet naar de sloop, ook wel: een demontagebedrijf. Het aantal sloopauto’s was in 2022 historisch laag, merkte Auto Recycling Nederland (ARN) recent op. Vorig jaar zijn in totaal 176.887 auto’s afgemeld voor demontage. Een jaar eerder waren dat er 220.926. Een daling van 20 procent.

Die verandering heeft twee belangrijke oorzaken, ziet Martijn Boelhouwer, van ARN. “De nieuwverkoop in 2022 was ook historisch laag. En hoe minder nieuwkoop, hoe minder er in dat jaar afgedankt wordt”, zegt Boelhouwer. Ook ziet Boelhouwer dat mensen langer met hun auto doorrijden. “De gemiddelde leeftijd waarop een auto wordt afgedankt, neemt elke drie jaar met een jaar toe. Dat verklaart voor een deel waarom er vorig jaar minder auto’s werden afgedankt.”

Bovendien is de export van auto’s in 2022 toegenomen. Die auto’s komen niet bij demontagebedrijven in Europa terecht, maar blijven langer op de weg rijden in bijvoorbeeld Afrikaanse landen. En dat heeft een risico. “Het zou kunnen dat de zogenoemde ‘fake export’ is toegenomen. Daarbij wordt de auto op papier naar het buitenland geëxporteerd, maar eigenlijk op een niet-duurzame manier gesloopt.”

Recylingnetwerk voor auto’s

Samen met zo’n 300 partijen – van demontagebedrijven tot shredderbedrijven en recyclingbedrijven - geeft ARN vorm aan autorecycling in Nederland. Het recyclingnetwerk heeft ervoor gezorgd dat het recycling percentage van afgedankte auto’s extreem hoog is. 98,7 procent van het gewicht van een auto krijgt namelijk een nieuw leven.

Na 23 jaar klaar voor de sloop

Een auto gaat gemiddeld zo’n 19,5 jaar mee. Dan is een auto vaak aan het eind van z’n levensduur. Een demontagebedrijf haalt eerst alle vloeistoffen uit het wrak. Daarna worden de onderdelen die geld opleveren van de auto afgehaald. Bijvoorbeeld het motorblok, een deur of een spiegel. “Maar er zijn ook onderdelen die juist geld kosten om af te voeren, zoals de vloeistoffen of versleten banden”, zegt Boelhouwer.

Martijn Boelhouwer
Martijn Boelhouwer: "Nederland behoort tot de koplopers. 98,7 procent van een sloopauto wordt gerecycled”

Die materialen worden door verschillende bedrijven verwerkt. “Zo verwerkt GS Recycling alle vloeistoffen. Dat moet natuurlijk veilig gebeuren. Veel vloeistoffen krijgen een nieuw leven, maar voor sommige is dat nog niet mogelijk.” Boelhouwer noemt afgewerkte olie als voorbeeld. “Je kunt daar eigenlijk gewoon weer nieuwe olie van maken. Alleen wijkt de kleur net een beetje af, en dat betekent dat het niet in de schappen mag liggen.”

Nadat alle onderdelen van het wrak zijn losgekoppeld blijft er slechts een kaal autowrak over. Dat wordt vervolgens helemaal in elkaar gedrukt en gaat naar een shredderbedrijf. “Dat is heel fascinerend om te zien. Het samengeperste wrak wordt tot hele kleine stukjes metaal versnipperd. Die stukjes metaal gaan naar de metaalverwerkende industrie.”

Nederland is koploper recyclen

De Europese Unie stelt als eis dat alle sloopauto’s voor 95 procent gerecycled moeten worden. In Nederland ligt dat percentage al flink hoger. “Nederland behoort tot de koplopers. 98,7 procent van een sloopauto wordt gerecycled”, zegt Boelhouwer.

Het hoge recyclingpercentage in Nederland is deels te verklaren door de recyclingbijdrage die iedere automobilist moet betalen bij de aanschaf van een auto. Dat is een bedrag van 22,50 euro. “Een relatief overzichtelijk bedrag als je het vergelijkt met de aanschafwaarde van een gemiddelde auto”, zegt Boelhouwer. De recyclingbijdrage zorgt ervoor dat ARN haar taak kan uitvoeren: zo veel mogelijk demontagebedrijven helpen om zo goed mogelijk te recyclen. “Dat geeft ons de mogelijkheid om alle onderdelen die in de keten van autorecycling nodig zijn en geld kosten, te faciliteren.”

Zo heeft ARN bij de oprichting dertig jaar geleden gekeken naar de behoefte van de demontagebedrijven. Een van de grootste obstakels bleek een auto te ontdoen van vloeistoffen. “Dat gebeurde letterlijk met pannetjes, jerrycans en emmertjes”, vertelt Boelhouwer. “Wij hebben voor ieder demontagebedrijf een droogleginstallatie aangeschaft, waarmee je binnen tien minuten een auto hebt ontdaan van vloeistoffen. Via slangen gaat de vloeistof naar de juiste opslagplaats, zonder dat er een druppel gemorst wordt.”

Die droogleginstallaties heeft ARN voor de aangesloten bedrijven gekocht en onderhouden. “Sinds vorig jaar hebben we besloten dat het eigendom overgaat naar de bedrijven zelf. De markt pakt het nu op.”

Elektrische auto’s naar de sloop

ARN ziet steeds vaker elektrische auto’s die klaar zijn voor de sloop, bijvoorbeeld nadat een auto betrokken is geweest bij ongeluk. Voor de batterijen uit elektrische auto’s ligt het recyclingpercentage op 80 procent. Een deel van de aandrijfbatterijen krijgt een tweede leven en een deel gaat naar recyclingbedrijven waar kostbare grondstoffen worden teruggewonnen.

Dat laatste is precies waar de grootste uitdaging ligt. Boelhouwer: “Daar is nog heel veel ontwikkeling nodig en opschaling mogelijk.” Daarnaast ziet Boelhouwer dat de waarde van een batterij ondergewaardeerd wordt. “Je hoort vaak: ‘batterijen, daar kun je niks mee.’ Maar dat is echt onzin. Naast het recyclingpercentage van 80 procent komt het ook steeds vaker voor dat dealers een module in een batterij vervangen om de levensduur van de batterij te verlengen.”

‘Honderd procent recyclingpercentage is niet mogelijk’

Het recyclepercentage ligt in Nederland al relatief hoog, vergeleken met andere landen. Om van de 98,7 procent naar 100 procent te gaan, zijn nog een aantal stappen nodig. “Wij denken eigenlijk dat dat niet gaat lukken, en dat heeft met drie dingen te maken. We kijken naar het recyclingpercentage, de kosten en de CO2-uitstoot. Die laatste 1,3 procent is niet alleen het duurst om voor elkaar te krijgen; het kost bovendien gigantisch veel energie. Is dat het waard, en kan het überhaupt? Ons antwoord daarop is ‘nee’. We willen liever investeren in hoogwaardige recycling en zorgen dat meer materialen een hoogwaardige toepassing krijgen.”

Meer lezen?

Change Inc.

schrijf je in voor de nieuwsbrief

Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!

Schrijf je nu in

Nieuws & Verhalen

Changemakers

Bedrijven

Events


Producten & Diensten


Lidmaatschap

Inloggen

Nieuwsbrief & Memberships


Over Change Inc.

Over ons

Waarom Change Inc.

Team

Partnerships & Adverteren

Werken bij Change Inc.

Pers & media

Onze partners

Contact

Start

Artikelen

Changemakers

Bedrijven

Menu