Ondanks dat er sinds 1995 meer aandacht is voor het eenzijdige beeld dat de referentieman oplevert, is zijn invloed nog steeds merkbaar. Zowel in kantoren als in steden.
Reference man
De reference man is ‘geboren’ in 1975. Toen introduceerde de Task Group on Reference Man het begrip. Deze man is tussen de twintig en dertig jaar oud, weegt 70 kilo, is 1,70 lang en heeft een Kaukasisch uiterlijk. Sindsdien wordt deze Reference Man onder andere gebruikt als dummy voor auto-crashtests, om kantoortemperatuurvereisten te ontwerpen en wetenschappelijk onderzoek te doen. In 1995 volgde Reference Woman. Zij is tussen de twintig en vijftig jaar oud, weegt 60 kilo, is 1,63 lang en wit. Vanaf 1995 wordt er ook meer onderzoek gedaan naar niet-witte referentiemensen.
Het mannelijke kantoor
In het kantoor van de referentieman zijn de standaardtemperaturen ingesteld op de voorkeuren van bepaalde mannen. Terwijl zij aangenaam tikkend achter hun laptops zitten, pakken vrouwen er een sjaal bij. Sommige kantoorgebouwen hebben grote ijzeren roosters voor de ingang: daar blijven vrouwen met pumps in steken. Ook glazen trappen zijn niet prettig voor vrouwen die rokken en jurken dragen.
De mannelijke stad
Het ontwerp van de mannelijke stad gaat uit van het broodwinnaars-model: één persoon gaat naar het werk met de auto terwijl de ander thuisblijft om voor de kinderen te zorgen en het huis schoon te maken. Dat maakt goede bereikbaarheid van de (snel)weg ideaal.
In 1988 realiseerde men zich dat deze manier van ruimtelijke ordening tot gender-segregatie leidt. De aandacht verschoof vervolgens van suburbanisatie in groeisteden naar het concept van de compacte stad. Door de nieuwe mindset kwamen wonen, werken en recreëren veel dichter bij elkaar. Kantoren binnen fietsafstand van woongebieden of kantoren dicht bij (intercity)treinstations werden het nieuwe ideaal.
De invloed van vrouwen op de favoriete kantoorlocatie
Tussen 1997 en 2007 nam het aantal vrouwen dat betaald werk ging doen in korte tijd snel toe. Dat had invloed op kantoorlocaties, stellen de onderzoekers. ‘In de jaren ’90 zagen we een verschuiving van kantoren. Waar voorheen locaties dicht bij snelwegen de voorkeur hadden, geldt dat nu voor OV-locaties. Deze verschuiving in voorkeuren kan veel redenen hebben, maar wij denken we dat deze verschuiving (in ieder geval gedeeltelijk) werd veroorzaakt door de toename van de arbeidsparticipatie van vrouwen’, schrijven de onderzoekers.
Een van de redenen dat vrouwen hier invloed op hadden is omdat zij nog steeds de meeste zorgtaken uitvoeren. De verzorgenden stellen andere eisen aan kantoorlocaties dan niet-verzorgenden en hun reis-patronen zien er anders uit.
Zo gaat de niet-verzorgende 's morgens het huis uit om te werken en reist aan het eind van de dag mogelijk via de sportschool terug naar huis. Het schema van de verzorger bevat meer verschillende locaties. Die zet 's morgens eerst de kinderen af op school, gaat dan naar werk, gebruikt de lunchpauze mogelijk om wat boodschappen te doen of iets te halen bij de drogist, haalt aan het einde van de werkdag de kinderen weer van school of de kinderopvang en brengt ze naar naschoolse activiteiten. De verzorgende doet dus veel meer (korte) verplaatsingen en moet schakelen tussen verschillende activiteiten en verantwoordelijkheden. Daarom kiest een verzorger meestal liever voor een kortere reistijd naar werk.
Een vrouwvriendelijke stad
In 1997 kreeg Wenen een wijk die was ontwikkeld met de (vrouwelijke) verzorger in gedachten. Dat leverde brede trappenhuizen op en op elke verdieping was er ruimte om kinderwagens neer te zetten. Ook over de hoogte van de gebouwen is nagedacht. Deze zijn zo ontworpen dat er goed zicht is vanaf de straat. Geen donkere hoekjes dus. Hierdoor voelen mensen zich veiliger. De stad voerde ook andere kleine ingrepen uit. Zo plaatste de stad meer lantaarnpalen en zorgde die voor openbare volleybal- en badmintonfaciliteiten in parken. Al deze aanpassingen bij elkaar ‘zorgden voor een groter gevoel van veiligheid en een toename van de deelname van vrouwen aan het openbare leven.’
We zijn er nog niet
'Sinds vrouwen in groten getale onderdeel zijn geworden van de beroepsbevolking, heeft onderzoek al aangetoond dat zowel de openbare ruimtes als kantooromgevingen worden ontworpen op basis van de zogenoemde ‘reference man’ in plaats van een ‘reference woman’, schrijven de onderzoekers. Het onderwerp is dus niet nieuw. Toch is het nodig er aandacht aan te blijven besteden.
'Alhoewel vrouwenrechten zich in de afgelopen honderd jaar hebben ontwikkeld en vrouwen hun intrede deden op de arbeidsmarkt en een steeds gelijkwaardigere rol in de samenleving kregen, ervaren we nog steeds de overblijfselen van de patriarchale samenleving.'
Lees meer:
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in