Een gele bagagebak vormt de basis: de zitting, rugleuning en armleuningen van de bank zijn allemaal van het gele kunststof gemaakt. De poten zijn van vurenhout dat eerder is gebruikt voor bekisting van grote bouwconstructies, zoals tunnels. Het ontwerp wordt compleet met gepersonaliseerde kussens van restgaren uit decoratiewinkels.
De ontstaansgeschiedenis van dit circulaire meubelstuk is illustratief voor de uitdagingen waar partijen die inzetten op een circulaire economie tegenaan lopen. Omdat de infrastructuur nog niet compleet is, speelt toeval een grote rol. Samenwerking, doorzettingsvermogen en flexibiliteit bleken de bouwstenen tot succes.
Toevallige ontmoeting
Een toevallige ontmoeting zette de productie van de bank in gang. Een afvaardiging van Vanderlande reist in 2016 met het openbaar vervoer naar een innovatiebeurs in Amsterdam. Zij hebben een bak bij zich die het bedrijf ontwikkelt voor bagagevervoer op luchthavens. De gele bagagebak is groot en onhandig, daarom besluit het gezelschap de bak na de beurs niet mee terug te nemen.
Tessa van der Meer, die voor We Beat the Mountain aanwezig is op de beurs, wil wel nadenken over een nieuwe bestemming voor de bagagebak en komt al snel op het idee van de circulaire bank. Haar organisatie ontwikkelt nieuwe producten uit afvalstromen. Kantoorinrichter Desko is gedeeld eigenaar van We Beat the Mountain.
Populaire bank
De eerste twee banken worden voor Vanderlande gebouwd, maar ze blijven niet lang op het kantoor. Schiphol krijgt al snel de eerste cadeau voor het 100-jarig bestaan van de luchthaven. De tweede komt in Vancouver terecht.
Vanderlande wil meer van dit soort bankjes ontwikkelen, maar de hoge prijs van het eerste ontwerp is een probleem. Doordat kantoorinrichter Desko wel wil investeren in een prototype en zijn koop- en marketingkanalen beschikbaar stelt wordt opschaling mogelijk.
De kantoorinrichter wil de ontwikkeling van het circulaire meubelstuk mogelijk maken, omdat het idee aansluit bij de ambitie van de kantoorinrichter om de grondstofketens van zijn producten volledig te sluiten. Desko zet al jaren in op behoud van bestaande waarde van kantoormeubilair.
Partners
Van der Meer van We Beat the Mountain verzamelt geschikte partners. Samen gaan zij voor een niet te dure, circulaire en sociale bank. Dit is gemakkelijker gezegd dan gedaan, want waar vind je geschikt resthout? Waar moet het product worden gemaakt en hoe zorg je ervoor dat er zo min mogelijk kilometers worden gereden?
Vanderlande levert de bagagebakken; Het resthout komt van VolkerWessels; Desko zorgt voor de opslag en het transport; Tom Bokkers van Bokkers van der Veen Architecten maakt het ontwerp; De sociale werkplaats Vandebouwplaats zet de circulaire bank elkaar. Tot slot levert No Waste Decoration gepersonaliseerde kussens gemaakt van restgaren uit decoratiewinkels.
Wat begon als een grappig initiatief loopt uit op een goedlopende business. Binnen een jaar nadat de eerste bank is ontworpen, zijn de gele meubelstukken over de hele wereld terug te vinden. Op de dag van de bagage in oktober zijn een aantal exemplaren op London Heathrow geplaatst. De banken daar zijn voorzien van paars-witte kussens: de kleuren van de luchthaven.
Opschalen
Er staan circa 30.0000 bakken op vliegvelden over de hele wereld. Toch is de kans klein dat deze straks allemaal worden verkocht als bank, omdat het terughalen van de bakken veel energie kost. Cor Goelema, lead engineer sustainability bij de Research & Development-afdeling van Vanderlande, schat dat circa 500 bakken momenteel beschikbaar zijn als grondstof voor banken.
Desko ziet het wel zitten om deze bakken als grondstof te gebruiken. De kantoorinrichter denkt erover om deze bakken binnenkort als banken aan particulieren en bedrijven te verkopen en delen de kennis die zij hierbij opdoen graag om de circulaire economie te stimuleren.
Van der Meer hoopt dat het circulaire meubelstuk mensen de kansen van reststromen doet inzien. Volgens haar bevatten restromen vaak nog waarde. Deze waarde inzetten is nodig in een tijd waarin de bevolking groeit en de grondstoffen schaarser worden.
“We kunnen niet blijven consumeren,” vult architect Bokkers aan. Hij denkt dat we naar een circulaire economie toe moeten. “Dat wordt een van de grootste uitdagingen van de komende 50 jaar.”
Investeren in afval
Vanderlande is zich ook bewust van de uitdagingen. “We voelen ons steeds verantwoordelijker voor de producten die wij genereren,” zegt Goelema. Het bedrijf denkt na over de beste manieren waarop hun producten hergebruikt of gerecycled kunnen worden. Dit vindt Goelema logisch: “Wij kennen het product het beste.”
Wat er met de gele bagagebakken moet gebeuren wanneer ze zijn afgeschreven, is nu vooral een moreel probleem, maar in de toekomst verwacht Goelema dat wetgeving ook een rol gaat spelen. “Het is geen acuut probleem, maar een kans om verantwoordelijkheid te nemen en ervoor te zorgen dat materialen langer meegaan,” zegt Goelema.
“Grondstoffen zijn niet oneindig, daarom is het belangrijk om te investeren in afval"
“Een product is een tijdelijke opslag van materiaal. Doordat onze bagagebakken nu als bank worden gebruikt, worden ze nog niet verbrand, gestort of gerecycled,” aldus Goelema. Volgens Van der Meer is dit momenteel het enige initiatief voor Vanderlande om op een duurzame manier van de bakken af te komen.
Zij wijst erop dat bedrijven vaak moeten betalen om hun afval op te laten halen en verwerken. Daarom hoopt zij dat bedrijven gaan investeren in hun afvalstromen wanneer hun contracten met afvalverwerkers aflopen. “Grondstoffen zijn niet oneindig, daarom is het belangrijk om te investeren in afval,” zegt Van der Meer.
Buiten de keten kijken
Wanneer bedrijven besluiten hun afval niet direct af te schrijven, levert dit nieuwe uitdagingen op. Dat merkt Vanderlande ook. Als de bagagebak onbruikbaar wordt voor het bedrijf is alleen recycling of verbranding nog mogelijk, terwijl de bak in een andere markt wellicht nog wel hergebruikt kan worden.
“Het is essentieel om buiten het eigen vakgebied te kijken, want dat vergroot de oplossingsruimte,” zegt Goelema, maar welk vakgebied zou geïnteresseerd kunnen zijn in een restproduct zoals een afgeschreven bagagebak?
Transparantie
Daarom pleit Goelema voor transparantie over gebruikte materialen en afvalstromen. Hij ziet het IMDS-systeem in de Automotive-sector als een goed voorbeeld. De sector heeft een materialendatabank waarin bedrijven, onder strikte voorwaarden, inzicht hebben in elkaars materiaalgegevens.
“Nu is het duurder om een product zoals een plank op te slaan, dan om deze te verbranden”
Van der Meer is het ermee eens dat meer transparantie belangrijk is. Informatie over aantallen en leverdatum kan worden gebruikt om vraag en aanbod aan elkaar te koppelen. Deze data is er nu niet. Bokkers wijst nog op een andere uitdaging voor de circulaire economie: “Nu is het duurder om een product zoals een plank op te slaan, dan om deze te verbranden.”
Materialenpaspoort
Voor de bagagebakken van Vanderlande wordt het verbrandingsmoment nog even uitgesteld. Toch denkt Goelema al wel na over het moment dat de banken niet meer bruikbaar zijn. Met dat idee in zijn achterhoofd stelt hij een materialenpaspoort op.
In dit document benoemt hij de materialen waaruit de bank bestaat. Dit kan van pas komen wanneer in de toekomst wordt besloten om de verschillende onderdelen te recyclen. Dit is handig als de bank voor particulieren beschikbaar komt en Vanderlande geen zicht meer heeft op de eigenaren.
De circulaire bank is op dit moment niet helemaal herbruikbaar doordat het polyurethaanschuim in de bank niet gerecycled kan worden. Bij het eerste ontwerp jaren geleden is hier niet over nagedacht. In de nieuwe bakken zit geen schuim meer.
Goelema is optimistisch. “Als mensen over tien jaar van het bankje af willen, zijn er misschien weer op andere vlakken mogelijkheden om het materiaal zo lang mogelijk in leven te houden en niet te verbranden.”
Afbeeldingen: Vanderlande
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in