Dat schrijft dagblad Trouw. Het Nederlandse baggerbedrijf Boskalis begint in 2016 met het aanleggen van de Marker Wadden. Dat is een groot moerasgebied met eilanden van klei en slib in het Markeermeer. Het meer grenst aan de noordoostelijke zijde aan het IJsselmeer.
Na de afsluiting van het IJsselmeer is het Markermeer vervuild met een grote slibdeken op de bodem. In opdracht van de Rijkswaterstaat gaat Boskalis het slib rondom de eilanden verwijderen en gebruiken om voedselrijk wetland en oevers te ontwikkelen. De baggeraars graven metersdiepe geulen om het slib op te vangen.
Deze ‘slibmotor’ moet met behulp van waterstromingen functioneren als een stofzuiger die het troebele water helder maakt. Vervolgens kunnen mosselbanken zich in het schone water herstellen en het fijnste slib uit het water filteren.
Zo wordt het water weer aantrekkelijk voor vissen. De eilanden van klei en slib bieden daarnaast ruimte aan watervogels.
Nieuwe natuur
Bezoekers kunnen het natuurgebeid bereiken via een jachthaven. Volgens het baggerbedrijf kan de innovatieve bouwwijze met slib een nieuw Nederlands exportproduct worden.
Het nieuwe natuurgebied moet uiteindelijk 10.000 hectare groot worden. De eerste fase van de bouw moet een eiland opleveren dat zal uitgroeien tot ongeveer 500 hectare en een onderwaterlandschap met paaiplaatsen, geulen en slenken van circa 1.000 hectare.
Met dit project is een aanneemsom van € 33 mln gemoeid, meldt Boskalis in een persbericht. Het bedrijf voert het ontwerp uit van de Nederlandse landschapsarchitect Rik de Visser van bureau Vista.
Bron: Boskalis, Trouw | Foto: Marieke Kuijjer, Creative Commons (Cropped by DuurzaamBedrijfsleven)
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in