Als er dan toch een distributiecentrum komt, dan zo duurzaam mogelijk

In Steenwijk wordt een gloednieuw distributiecentrum uit de grond gestampt. Waar sommigen betwijfelen of we nu écht meer van deze hallen nodig hebben, blijft de vraag volgens logistiek vastgoedontwikkelaar Panattoni stijgen. En dan kan zo’n complex maar beter zo duurzaam mogelijk worden gebouwd.

STEENWIJK G
Het nabijgelegen Eesermeer kan dienst doen als natuurlijke warmtewisselaar. | Credit: Panattoni

Logistieke panden zijn niet bepaald duurzaam te noemen. In 2023 was slechts 5,5 procent voorzien van een BREEAM-NL certificaat, het keurmerk dat de duurzaamheidsprestaties van bedrijfspanden aanduidt. Panattoni-directeur Jeroen Gerritsen vindt dat zorgelijk. “Hoewel de vraag naar logistiek vastgoed stijgt, blijft de beschikbaarheid van duurzaam gecertificeerd vastgoed achter. Daardoor houden we een niet-duurzame voorraad bedrijfsgebouwen in stand die bijvoorbeeld nog afhankelijk zijn van aardgas. Nieuwe en duurzamere bedrijfspanden zijn het alternatief.”

Natuurinclusief bouwen

Het project op bedrijvenpark Eeserwold in Steenwijk is daar een voorbeeld van. Daar wordt een logistiek complex van 34.000 vierkante meter gebouwd. Op een natuurinclusieve manier, zegt Melanie Moolman van Panattoni. “Het is een unieke locatie. Een omgeving met veel groen, vlak bij het Eesermeer dat ruim vier hectare beslaat. We wisten meteen dat we de natuur wilden betrekken bij de bouw. Anders zou het ontzettend zonde zijn van de omgeving.”

Aan landschapsarchitect Amina Mnif de taak om het distributiecentrum zo goed mogelijk in te passen in het gebied. “Dat gaat veel verder dan wat groen aanleggen rondom het pand. We hebben in kaart gebracht welke planten er al zijn en vervolgens gekeken wat we kunnen toevoegen. We kiezen voor inheemse soorten, want die dienen als voedsel voor bestuivers, insecten en vlinders. Het ontwerp bestaat uit planten die snel groeien en bomen die de ruimte hebben om groot te worden. De natuur mag hier zijn gang gaan en gerust een beetje verwilderen. Graag zelfs, want op die beschutte plekken kunnen vogels zich nestelen. Er komen nestkastjes en rondom het meer worden diervriendelijke oevers aangelegd met veel planten. Zo willen we de biodiversiteit in het gebied vergroten.”

Verdozing van het landschap

Van verdozing van het landschap is volgens Moolman geen sprake. “Dat we dit project realiseren met de natuur in gedachten, doet veel voor het oog. Het hekwerk op het terrein versieren we met klimplanten. Het parkeerterrein bij het pand bestaat niet uit asfalt, maar voor een groot deel uit gras. Zo kan het regenwater worden opgenomen door de grond.”

Groene stroom

Het distributiecentrum krijgt een dak met zonnepanelen, waardoor het deels kan voorzien in de eigen energiebehoefte. Ook onderzoekt Panattoni of het mogelijk is om zonne-energie te leveren voor de productie van groene waterstof op het bedrijventerrein.

Eesermeer als warmtewisselaar

Het nabijgelegen Eesermeer kan dienst doen als natuurlijke warmtewisselaar. “Dat betekent dat koud water uit het meer kan worden getransporteerd naar het gebouw. Dit zorgt voor natuurlijke koeling en maakt dure, energieverslindende koelmachines overbodig. Dit is extra interessant voor bedrijven met gekoelde opslag, denk aan voedsel, bloemen en medicijnen”, aldus Moolman.

STEENWIJK Tuin
De plantvlakken en grasoppervlakten die worden aangelegd bij het complex beslaan zo'n 16.500 vierkante meter. | Credit: Panattoni

Rol voor de natuur

Mnif ziet dat de natuur nu vaker wordt meegenomen in bouwprocessen dan een paar jaar geleden. Een goede ontwikkeling, vindt ze. “Het project in Steenwijk is groot. Er komen honderden bomen, struiken en meterslange hagen bij. De plantvlakken en grasoppervlakten die worden aangelegd bij het complex beslaan zo'n 16.500 vierkante meter. In andere projecten is daar lang niet altijd plek voor. Toch is er met beperkte ruimte veel mogelijk. Denk aan verticale beplanting zoals hagen en klimplanten. Bedrijventerreinen kunnen veel natuurinclusiever worden ingericht. Alle beetjes helpen.”

Helemaal niet bouwen?

Zou het voor de natuur niet nog beter zijn wanneer er helemaal niet wordt gebouwd? Algemeen directeur Gerritsen wijst erop dat 80 procent van het portfolio van Panattoni bestaat uit projecten op voormalig bebouwde locaties. “Hier stonden dus al industriële gebouwen. Deze vervangen we door nieuwe, aardgasvrije en duurzaam gecertificeerde gebouwen. Dat is belangrijk, want de vastgoedsector veroorzaakt veel CO2-uitstoot door energieverbruik. Het is daarom essentieel om het energiegebruik in gebouwen substantieel te verminderen en de opwekking van hernieuwbare energiebronnen waar mogelijk te verhogen. Bovendien zijn bestaande terreinen, waarop deze verouderde gebouwen gevestigd zijn, over het algemeen vervuild, niet natuurinclusief ontworpen en tijdens de aanleg is geen rekening gehouden met klimaatadaptatie. Daarom blijven we investeren in duurzame vastgoedontwikkeling.”

Lees ook:

Change Inc.

schrijf je in voor de nieuwsbrief

Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!

Schrijf je nu in

Nieuws & Verhalen

Changemakers

Bedrijven

Events


Producten & Diensten


Lidmaatschap

Inloggen

Nieuwsbrief & Memberships


Over Change Inc.

Over ons

Waarom Change Inc.

Team

Partnerships & Adverteren

Werken bij Change Inc.

Pers & media

Onze partners

Contact

Start

Artikelen

Changemakers

Bedrijven

Menu