Wat doet Deltalinqs om de klimaatdoelen van Parijs te halen?
“Ik ben heel optimistisch. Als we het als Nederland slim doen, kunnen we een nieuwe economie creëren waarmee we ook heel competitief zijn. Maar dat vereist wel dat we er op tijd bij zijn. Want niet groen geproduceerd gaat gewoon een prijs krijgen. En ik denk dat het moment dat dit gebeurt heel veel sneller komt dan mensen in de gaten hebben. Dan kan het zo snel mogelijk vergroenen een competitievoordeel opleveren. Wie het eerst duurzaam is, heeft daar het meeste baat bij.
Er zijn heel veel afslagen die een bedrijf kan nemen op de weg naar klimaatneutraal. En elke keer dat een bedrijf bij zo’n afslag staat is de vraag: welke weg gaat de goede kant op? Dan is het heel fijn als je met elkaar op de kaart kunt kijken of het de slimste afslag is, of dat je beter een volgende kunt nemen.
Het Deltalinqs Climate Program is een goed voorbeeld van hoe je door nauw met elkaar samen te werken stappen kunt zetten die je als individueel bedrijf niet kunt maken. Omdat het alleen te ingewikkeld is, te groot, te duur of te eenzaam. Dat klinkt raar, want het zijn bedrijven die vaak concurrenten van elkaar zijn, maar tegelijkertijd verkennen zij ook met elkaar waar het heengaat in de toekomst. Want er is nog veel onduidelijk. Wat is haalbaar, welke productiemethodes moeten worden gebruikt? Daarom kruipen ze naar elkaar toe om te kijken wat ze samen kunnen doen. Dat zijn vaak ingewikkelde gesprekken, die ze onder de veilige paraplu van Deltalinqs kunnen voeren. Daarmee zorgen we dat die stappen toch genomen worden. Dat is heel succesvol."
Hoe gaat Deltalinqs de komende jaren bijdragen aan de toekomsteconomie?
“Ik ben het helemaal eens met alle berichten en rapporten dat het veel sneller moet, dat er meer moet gebeuren en dat we nog maar heel weinig tijd hebben. Een van de manieren waarop Deltalinqs bijdraagt aan die versnelling is door sterk te pleiten voor duidelijke regelgeving en financiële steun waar dat nodig is.
Twintig procent van de Nederlandse CO2-reductie voor 2030 moet uit Rotterdam komen. Dit is een maatschappelijke opgave die geen precedent heeft. Daar zijn projecten voor nodig die bedrijven niet individueel kunnen doen. Daarvoor moeten goede afspraken gemaakt worden met de politiek over wat er de komende jaren gaat gebeuren.
Naast het managen van het Deltalinqs Climate Program praten we daarom voortdurend met publieke stakeholders om hen te overtuigen welke regelgeving en steun nodig is. Het gaat dan vooral om langetermijnperspectief, want dit zijn investeringen van miljarden. Veel bedrijven die in Rotterdam zitten zijn onderdeel van internationale conglomeraten. Rotterdam is voor hen één van de vele plekken waar ze bepaalde investeringen kunnen doen. Die investeringsbeslissingen voor meer duurzaamheid worden uiteindelijk ook op zakelijke gronden genomen. Dus: waar haal ik de meeste klimaatwinst? Ook op klimaatgebied is er dus grote competitie.”
"Het 'broeit' in Rotterdam, je voelt ineens de opwinding"
Wat zijn de grootste uitdagingen voor de Rotterdamse haven de komende jaren?
“De haven van Rotterdam is extreem efficiënt ingericht. Nergens kunnen fossiele producten zo goedkoop worden geproduceerd. Als je daar een duurzaam alternatief tegenover wilt zetten, moet dat ook heel efficiënt zijn. En die wedstrijd verliest duurzaam op dit moment nog. Omdat de schaalgrootte er nog niet is, omdat de grondstoffen schaarser en duurder zijn, omdat het om technieken gaat die nog niet helemaal zijn uitontwikkeld.
De komende jaren is daarom veel overheidsgeld en nieuwe regelgeving nodig. H-Vision is verreweg het verst gevorderd en ook het grootste project als je kijkt naar CO2-reductie. Maar daar lopen we vast in de brei aan regelgeving. We proberen nu een bal door een vierkant gat te duwen. Dat gaat niet.
Maar ik merk ook dat het in Rotterdam ‘broeit’. Je voelt ineens de opwinding. De omslag is gemaakt: die transitie van energie en grondstoffen gaat gebeuren. En iedereen ziet en ruikt kansen - ondanks de onduidelijkheden die bij zo’n transitie horen. Hier toont zich de Rotterdamse ondernemingszin.
Ik zie dat bedrijven, van multinationals tot MKB en startups, heel actief ideeën, plannen en kennis uitwisselen, en kijken of en hoe ze met elkaar kunnen samenwerken. Dat is vaak pionieren en puzzelen, want het gaat veelal om ingrijpende aanpassingen in vaak zeer complexe productieketens en logistieke processen. Maar door de korte lijnen hier zie je ook grote stappen gezet worden.
De presentatie door de Europese Commissie van de Fit for 55 plannen hebben wellicht het laatste zetje gegeven. Hoewel die plannen nog niet volledig vastliggen, zijn de ambities en het tempo duidelijk, én er wordt een ‘level playing field’ voor heel Europa geschapen. Het zijn de contouren van een nieuwe economie, wat heet: een nieuwe maatschappij. En Rotterdam zegt: kom maar op.”
Dit artikel is onderdeel van een reeks interviews met directeuren en andere beslissers over hun impact op de toekomsteconomie. Eerder spraken wij Piet Jan Heijboer van Croonwolter&dros, Rob van den Dool van Yumeko en Jaap Wassink van Coca-Cola. Benieuwd naar hun verhalen? Lees ze hier.
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in