Dat schrijft minster Henk Kamp van Economische Zaken in een brief aan de Tweede Kamer. Lange tijd leek het erop dat de energie-intensieve industrie deze doelstelling niet zou gaan halen. De bedrijven liepen daarmee het risico dat de regering via wetgeving de afspraken uit het energieakkoord moest gaan afdwingen. De betrokken industriepartijen weten dat met het pakket in extremis te voorkomen.
Kamp: “Met het Energieakkoord uit 2013 heeft het kabinet, samen met alle betrokken maatschappelijke partijen, een belangrijke stap in de energietransitie gezet. Met de uitvoering van het Energieakkoord liggen we goed op koers, maar de energie-intensieve industrie bleef nog achter. Met dit akkoord nemen ook zij uiteindelijk hun verantwoordelijkheid om te komen tot een forse energiebesparing.”
Een door de industrie zelf gesloten akkoord heeft voor Kamp de voorkeur boven verplichtende maatregelen vanuit de overheid. “Dit besparingsakkoord past het beste in de aanpak die we met de partijen van het Energieakkoord beogen en toont aan dat alle partijen van het Energieakkoord gecommitteerd blijven aan het uiteindelijke doel ervan: een duurzame energievoorziening in een CO2-arme samenleving.”
Flexibiliteit
De energie-intensieve bedrijven hebben in het akkoord individuele besparingsafspraken gemaakt die optellen tot totaal 9 Petajoule. Dit staat gelijk aan een hoeveelheid gas en elektriciteit die verbruikt wordt door 135.000 huishoudens. Haalt een bedrijf zijn individuele doelstelling niet, dan is het bedrijf verplicht tot het voldoen van een financiële sanctie. Onderling kunnen bedrijven wat ze meer besparen of te weinig, uitruilen.
Hans de Boer, voorzitter van werkgeversorganisatie VNO-NCW: “De afspraken van dit akkoord geven de bedrijven de flexibiliteit en ruimte om te zorgen dat de doelen uit het Energieakkoord gehaald worden.”
De verplichting van besparing van 9 Petajoule vloeit voort uit het Energieakkoord. Hierin was een totale energiebesparingsdoelstelling van 100 Petajoule opgenomen.
De energie-intensieve sector omvat bedrijven uit onder meer de raffinageindustrie, chemische industrie en de metaalsector. Deze bedrijven zijn verantwoordelijk voor een groot deel van het energieverbruik en de totale uitstoot van CO2 in Nederland.
Het voorstel van de industrie is positief beoordeeld door het Energieonderzoek Centrum Nederland, (ECN). Het plan zal verder worden afgestemd met de partijen van het Energieakkoord.
Kamp wijst in zijn brief op het voorbeeld van Tata Steel. Het bedrijf streeft verbetering van energie-efficiëntie na in haar warmbandwalserij op haar vestiging in IJmuiden. Tata Steel vervangt twee energieslurpende ovens door ovens die werken volgens een ander principe. Dit is een investering voor de lange termijn, waarbij strategisch ingezet wordt op CO2- en energiebesparing en niet op korte termijn financieel rendement, aldus de minister.
Bron: Rijksoverheid | Foto: Zhao jian kang/Shutterstock
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in