Jong beginnen is het grootste voordeel dat deze groep ondernemers heeft. Job van der Weg is student aan de Vrije Universiteit Amsterdam en wil met zijn bedrijf, Nationale Textielactie, de kledingindustrie volledig circulair maken. Volgens Van der Weg is zo jong mogelijk starten het beste moment. “Je hoort veel verhalen van mensen die ooit nog eens willen ondernemen. Je verantwoordelijkheden groeien en je hebt steeds meer kosten. Waag de sprong in het diepe, nu die sprong nog niet zo diep is als hij later zal zijn.”
Julian Klop, van Productiehuis Klop Media en oud-student aan de Fontys Hogeschool Journalistiek, sluit zich aan bij het punt van Van der Weg. Met zijn producties stimuleert Klop jongvolwassenen om te ondernemen. Dit is volgens Klop dé manier om je kosten eruit te werken met een eigen onderneming in plaats van een bijbaantje. Al helemaal nu veel bijbaantjes wegvallen in coronatijd. “We hebben nog geen gezin om voor te zorgen, geen duur koophuis en je reist gratis. Als student is de enige zorg die je hebt het collegegeld van 220 euro per maand en je kamer van 300 euro.”
Niet altijd even makkelijk
Maar jong beginnen heeft ook een keerzijde. Je hebt bijna geen ervaring in het werkveld en ook op het gebied van ondernemen is het moeilijk. Waar haal je die kennis vandaan als je óók nog eens studeert? Volgens Edu van Seumeren en Willemijn Schilten ligt de oplossing bij gewoon doen, risico nemen en soms wat bluf in de strijd gooien.
Van Seumeren (rechts) is student bedrijfskunde aan de Hogeschool van Amsterdam (HvA) en mede-eigenaar van de sociale onderneming Peukenzee. Met bedrijfsplannen en campagnes gaat hij de strijd aan met de vervuilende peuken op straat. Volgens Van Seumeren, is de beste manier om een onderneming te beginnen, gewoon doen. “Probeer van alles uit, maak fouten en kom tot iets nieuws. Mensen verklaarden ons in het begin voor gek dat we peuken gingen rapen. Een risicootje nemen hoort erbij, maar doe dat alleen als je er zelf achter staat. Neem geen risico om het risico nemen.”
Schilten (links), student aan de Fontys Hogeschool Journalistiek, sluit zich aan bij het punt van Van Seumeren: “een beetje bluf is niet erg.” Zij runt samen met haar compagnon TrustLabs, waarmee ze het journalistieke nieuws betrouwbaarder willen maken. “Stap buiten je comfortzone en groei van de moeilijke dingen. Wat wij ook vaak hebben, is een duidelijk onderbuikgevoel voor maatschappelijke verandering. Als je zo’n momentum denkt te hebben, onderzoek het en kijk wat eruit komt.”
Drie stappen voor onderscheidend vermogen
Met je bedrijf pak je altijd een probleem aan of verbeter je iets; geef je jouw klant een medicijn of een vitaminepil? En hoe bouw je jouw oplossing en visie uit, zodat jij een duidelijk onderscheidend vermogen hebt?
Klop, van Productiehuis Klop Media, heeft daar drie stappen voor: “stap één is nadenken over je marktpositie. Wat wordt je kop op LinkedIn? Met welk beroep bestempel je jezelf? In mijn vakgebied zegt het beroep ‘freelance journalist’ niet zo veel. Als je jezelf ‘audiovisueel journalist’ of ‘medisch journalist’ noemt, ben je al een stuk verder.
Op twee komt je onderscheidend vermogen. Voor de journalistiek geldt bijvoorbeeld: medium, genre en onderwerp. Een voorbeeld is politiek verslaggever voor de televisie. Zelfs dat kan je nog verder uitdenken, want een politiek verslaggever voor het jeugdjournaal is er niet één voor het NOS Journaal. Of: Jan Versteegh en Tim Hofman zijn allebei BNNVARA-presentatoren. Met Jan kan je langs je grootouders, maar met Tim weet ik dat nog zo net niet."
En tot slot: "Je kan uniek zijn, maar als je jezelf niet zichtbaar maakt wordt het niet opgemerkt. Je wil dat mensen aan je denken als ze iets horen. Als je die drie dingen in balans weet te brengen en alles voor jezelf uitdoktert, dan kom je heel ver.”
Niet kijken naar de grote jongens
Mathew Welson, samen met Van Seumeren mede-eigenaar van Peukenzee en student bedrijfskunde aan de HvA, weet dat je niet moet focussen op de grote bedrijven. “Werk jezelf niet toe naar bedrijven met succes. Focus vooral op waar jíj het verschil wil en kan maken. Dat is minstens net zo waardevol als iemand met wereldwijd succes.”
Al met al hoeft het ondernemen niet in je bloed te zitten; je kan het jezelf aanleren, als je dat wil. Jong beginnen is het halve werk, maar is niet altijd even makkelijk. Key is het uitdenken van het probleem dat je aanpakt en wat daarin jouw onderscheidend vermogen is. Over één ding zijn deze jonge ondernemers het eens: volg je visie en pak momentum, kijk vervolgens waar dat je brengt.
Bron: SDG's on stage | Beeld: Adobe Stock
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in