In het Urgenda-vonnis staat dat Nederland eind 2020 de CO2-uitstoot met 25 procent moet verlagen ten opzichte van 1990. Tot nu toe is dat 20 tot 21 procent, berekende het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL). Om aan het vonnis te voldoen, zou de CO2-uitstoot met 11 tot 12 megaton extra omlaag moeten.
De coronacrisis vraagt echter op dit moment alle aandacht, stelt het kabinet. “Veel mensen, ook wij, hebben nu andere dingen te doen”, zei minister Wiebes van Economische Zaken en Klimaat na afloop van de ministerraad.
Vooruitkijken
Hoewel het voor zowel coalitie- als oppositiepartijen geen eenvoudige kwestie is, gaan er ook stemmen op om toch met extra klimaatplannen aan de slag te gaan. D66-Kamerlid Matthijs Sienot begrijpt bijvoorbeeld dat de aandacht nu uitgaat naar de coronacrisis, maar vind wachten met CO2-maatregelen onverantwoord. “Hoe langer we wachten, hoe groter de kans op een boete”, vertelde hij in de aanloop naar de ministerraad aan de NOS.
GroenLinks-Kamerlid Tom van der Lee vindt het geen goed idee om bedrijven nu extra te belasten, maar wil wel verder vooruitkijken dan de coronacrisis. “Een stimuleringspakket kan ook bijdragen aan een duurzaam herstel uit deze crisis.” Het feit dat de verhoging van de opslag duurzame energie en de verhoging van de energiebelasting worden opgeschort, kan volgens hem de prikkel om te verduurzamen wegnemen. “Dus is het belangrijk om snel met een afgewogen pakket te komen.”
Urgenda
Urgenda klaagt het kabinet niet opnieuw aan als het doel van 25 procent net niet gehaald wordt. “Waar het ons om gaat is dat de daling overtuigend is ingezet”, zegt directeur Marjan Minnesma. De organisatie presenteerde in februari zijn 54-puntenplan om de CO2-reductie te bereiken. Samen kosten deze maatregelen € 2 mrd.
Lees ook: 'Coronacrisis leert ons dat we vol op klimaatverandering moeten inzetten'
Bron: NOS | Beeld: AdobeStock
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in