Eind vorig jaar interviewde ik vijftig ondernemers en bestuurders over hun duurzame strategie en de impact van de coronacrisis. De gemene deler die ik optekende bij bekende bestuurders als Wouter Bos van Invest-NL en Wiebe Draijer van Rabobank, maar ook bij ondernemers als Jaap van Eck van Eteck en Kees Aarts van Protix, was onmiskenbaar. Ja, corona hakt erin, soms vertraagt het projecten, maar vaak versnelt het investeringen juist. Want allemaal zijn ze overtuigd dat de coronapandemie laat zien ‘dat het zo niet verder kan’.
De wereld moet het dus over een duurzamere boeg gooien, het bedrijfsleven voorop. We moeten toekomstbestendiger worden zodat klimaat, biodiversiteit, volksgezondheid en welvaart weer in balans komen. Het huidige economische systeem heeft ongekende welvaart gecreëerd, maar ook roofbouw gepleegd op de planeet. Dat moet stoppen.
Drive, optimisme en energie
De drive en de energie die ik in al die gesprekken voelde, maakten me optimistisch. Tussen de twee lockdowns in praatte ik bij de koffiemachine over de aanstaande versnelling in de transitie naar een duurzamere economie en een betere toekomst. Die verwachting sloot ook goed aan bij de waarschuwing van bijvoorbeeld Peter Bakker, die in maart 2020 zei dat de huidige vorm van kapitalisme zijn ‘license to operate’ aan het verliezen is.
Dat crisisoptimisme kreeg afgelopen weken een knauw. Zo was er het interview medio december met Shell-topman Ben van Beurden in Elsevier Weekblad. De olie- en gasbaas laat weten dat er bij de strategie-update later dit jaar ‘een ander verhaal’ verteld gaat worden, maar blijft verder bij zijn conservatieve fossiele reflexen. Het risico dat de financiële wereld ziet in ‘stranded assets’ (olie-investeringen die ooit nutteloos zullen zijn en dus afgeschreven moeten worden) wuift hij weg. “We hebben zo’n 11 miljard vaten aan olie en gas als reserves. [...] Er is geen logische reden om te denken dat we dat niet produceren [...]”, aldus Van Beurden.
Duurzame strategie ontbreekt bij Shell
Natuurlijk heeft de wereld nog decennia olie en gas nodig. Het is niet realistisch dat binnen tien jaar alle benzineauto’s zijn vervangen door elektrische auto’s, of dat alle huizen van het gas zijn, of dat industrie en chemie geen fossiele grond- of brandstoffen meer nodig hebben. Maar in de strategische vergezichten van Shell ontbreekt de actieve houding om klimaatverandering aan te pakken, om verantwoordelijkheid te nemen voor de negatieve externe effecten van de fossiele industrie.
Dat is een teleurstelling, want we hebben bedrijven als Shell nodig om de draai te maken. Shell staat helaas niet alleen. Bij het gros van het bedrijfsleven blijft het hemd nader dan de rok. De Meerjarenafspraak Energie Efficiëntie - het convenant dat de overheid met het bedrijfsleven sloot - leidt bijvoorbeeld niet tot de afgesproken energiebesparingen. Bedrijven doen dus niet wat ze hebben afgesproken. Reden: corona, dus we hebben nu even geen tijd voor veranderingen en investeringen.
BP zegt wat ik bij Shell zo mis
Toch blijf ik een optimistisch mens. Want er blijven altijd lichtpuntjes en er zullen ieder jaar méér bedrijven zijn die het vizier op de lange termijn in plaats van de korte termijn richten. Ook Shell zal gaan inzien dat een duurzaam bedrijfsmodel een toekomstbestendig bedrijfsmodel. Gelukkig is er de topman van BP, Bernard Looney, die zijn ‘license to operate’ wil behouden en in een opiniestuk op de website van CNN hardop zegt wat ik bij Van Beurden zo mis: “We kunnen klimaatverandering alleen tegengaan als het bedrijfsleven zijn rol pakt.”
Roy op het Veld is hoofdredacteur van Change Inc. Reageren? Mail naar roy@change.inc
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in