In Dongen produceert Coca-Cola 82 procent van haar frisdranken voor de Nederlandse markt. De alom bekende glazen flesjes worden in Noord-Brabant gemaakt door buurman Ardagh. Bij die partij is de energiewinst te halen.
Hoofd distributie en productie bij Coca-Cola, Rein de Jong, is enthousiast: “Normaal heeft onze fabriek stoomketels nodig, die verbruiken veel energie. We gaan nu testen of het mogelijk is om restwarmte die vrij komt bij de productie van de glazen flessen de ketels kunnen vervangen. In totaal kan dat een besparing van 30 procent opleveren. Ofwel, 15 megawatt. “
Staatssecretaris Atsma (Infrastructuur & Milieu) was lovend over het duurzame ondernemerschap van Coca-Cola. “Coca-Cola is in zijn sector de koploper op het gebied van duurzaamheid.” Volgens hem is de manier waarop het Amerikaanse frisdrankmerk samenwerkt met zijn buurman Ardagh “een voorbeeld voor het hele bedrijfsleven”.
“Coca-Cola is in zijn sector de koploper op het gebied van duurzaamheid.”Joop Atsma, staatssecretaris Infrastructuur & Milieu
Geschiedenis van innovaties
Met de testopstelling is een investering gemoeid van €120.000. Coca-Cola neemt een derde voor zijn rekening, Ardagh nog een derde en de resterende €40.000 komt van de overheid.
Het is niet de eerste keer dat de vestiging in Dongen geld heeft vrijgemaakt voor duurzame oplossingen. Zo gaat Coca-Cola efficiënt om met druklucht en is ook het waterverbruik flink afgenomen. Dongen heeft nog slechts 1,41 liter water nodig per geproduceerde liter frisdrank. In 2005 was dat nog 2,75 liter.
Het is allemaal onderdeel van een wereldwijde competitie binnen het Amerikaanse concern. “Binnen Coca-Cola is er interne concurrentie om de beste te zijn op duurzaam gebied. Momenteel staan we op de zesde plek,” zegt De Jong. In 2020 wil vestiging Dongen een derde minder CO2 uitstoten en meer dan 100 procent recyclen. Dat kan volgens De Jong door hun vestiging 100 procent te laten recyclen en daarnaast de hele waardeketen door te lichten.
“Binnen Coca-Cola wereldwijd is er interne concurrentie om de beste te zijn.”Rein de Jong, hoofd productie en distributie Coca-Cola Dongen
Het bedrijfsleven regelt het wel
Het is opmerkelijk dat Coca-Cola vestiging 2020 als datum stelt. Dat is immers de datum waarop Nederland, net als alle EU-landen, heeft toegezegd de Europese 20-20-20-doelstelingen te hebben gerealiseerd. Met name het doel om 14 procent duurzame energie op te wekken lijkt Nederland niet te gaan halen. Dat wordt vergezeld van veel kritiek op het zwalkende beleid van de overheid. Atsma vindt echter dat de verduurzaming van Nederland niet in eerste instantie een taak is van de overheid. “Het bedrijfsleven is leidend, niet de overheid,” zegt Atsma. Kritiek van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) op gebrek aan visie bij de Nederlandse overheid als het op duurzaamheid aankomt wuift hij weg. “Zo’n planbureau is voor de visie, de Nederlandse overheid voor het handelen.”
Volgens Atsma zijn kleine, niet-structurele investeringen in bedrijven “de manier waarop topsectoren gestimuleerd moeten worden.” Dat het incidenteel op maat stimuleren van projecten in het bedrijfsleven met kleinschalige subsidies beter werkt dan een structureel subsidiebeleid wordt volgens hem aangetoond in Duitsland. “Daar gaat de overheid gebukt onder de zware druk van subsidies.”
“Het bedrijfsleven is leidend, niet de overheid.”Joop Atsma, staatssecretaris Infrastructuur & Milieu
Volgens de demissionaire staatssecretaris liggen er in Nederland andere kansen en dat vraag om ander beleid. “Wij zijn op zee en met water in het algemeen sterk, daar moeten we gebruik van maken.”
Foto: Geisha
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in