Sunrock is een van de snelst groeiende bedrijven in de Nederlandse energiesector. In drie jaar tijd groeide het bedrijf uit tot marktleider in de grootschalige zonne-installaties in Nederland. Oorspronkelijk ontwikkelde Sunrock alleen grootschalige zonneprojecten op daken, zoals op de distributiecentra van Coolblue en het logistieke vastgoed van DHG. Sinds een jaar komen daar meer grondgebonden en drijvende projecten bij, bij voorkeur op oude vuilstortplaatsen of zandwinplassen. “In elk geval niet op landbouwgrond en altijd in samenwerking met de omgeving”, zegt Maarten de Haas. “Want dat is de enige manier waarop we de klimaatdoelen kunnen halen.”
Volwaardige partner
De Haas is sinds een jaar ‘Director Large Projects’ bij Sunrock en verantwoordelijk voor ‘alles wat niet op daken gaat’. En dat vereist een speciale aanpak. “Wij zoeken heel proactief de samenwerking op met lokale belanghebbenden. We benaderen energie coöperaties en lokale werkgroepen om met hen samen een plan te maken.” En dat werkt. “Eigenlijk zijn ze altijd enthousiast. Dat komt omdat ze merken dat we ze als volwaardige partner beschouwen.”
Het is een mes dat aan twee kanten snijdt vindt De Haas. “Lokale partijen weten veel beter wat er in de omgeving speelt. Maar zij hebben weer moeite hun project rond te rekenen. Of goedkoop financiering aan te trekken. Ik zou willen dat het voor iedereen duidelijk is dat wij, bijvoorbeeld door schaalvoordelen kunnen bijdragen om lokale initiatieven verder te helpen.”
Wantrouwen
Want iedereen moet kunnen participeren, vindt De Haas. Toch is dat lang niet altijd gemakkelijk, weet hij uit ervaring. Want bij veel lokale partijen overheerst wantrouwen. “Eerdere spelers in de markt zijn cowboys geweest. Die hadden als doel een weiland zo vol mogelijk zetten zonder teveel landschappelijke inpassing, zonder lokaal eigenaarschap. Zonder rekening te houden met de belangen van de lokale omgeving.” En dat heeft de reputatie van de hele zonne-energiesector geschaad. “Zonne-energieontwikkelaars hebben daardoor soms nog een negatief imago. Daar wil ik echt vanaf.”
Meedoen
Volgens De Haas is dat imago ook de reden waarom Sunrock nog te weinig wordt benaderd door lokale partijen. “Mensen zijn argwanend of denken dat de winst naar buitenlandse investeerders gaan. Daardoor willen ze het liever zelf doen. Terwijl je juist als lokale omgeving meer winst kan halen door te werken met een partij die schaalvoordelen heeft.”
De Haas gelooft meer in echt gezamenlijk ontwikkelen. Bijvoorbeeld doordat lokale partijen vanaf het begin risicodragend meedoen, maar dat hoeft niet. Want lang niet iedereen wil financieel participeren. “De behoefte van mensen om mee te doen neemt alleen maar toe. En de aanpak verschilt per project. Soms worden er ontwerpsessies gehouden, of een omgevingsfonds ingesteld.”
Positief doorzettingsvermogen
Maatwerk dus zoals dat zo mooi heet, en dat is lang niet altijd gemakkelijk, beaamt De Haas. “Daar is veel positief doorzettingsvermogen voor nodig. Want het betekent nog een extra stakeholder bovenop de gemeente, de ecoloog, de natuurorganisatie, het waterschap, en de provincie. Maar het helpt wel om lokaal draagvlak te creëren en een zo goed mogelijk resultaat te bereiken.”
De Haas wil dat wantrouwen wegnemen en het imago verbeteren. “Het is mijn persoonlijke drijfveer om lokale partijen mee te nemen in onze missie, om toe te werken naar een duurzame en slimme manier van omgaan met onze elektriciteitsvraag.” Dat doet hij samen met zijn team op informatieavonden en werkateliers in zaaltjes vol klapstoelen en een scherm met een beamer. “Ik hou oprecht van dat soort avonden. Want daar kan ik in gesprek met mensen om ze te bewegen mee te doen aan een project. Dat vind ik geweldig.”
Snelheid
Ook al stuit hij daarbij op weerstand. “Vaak schrikken omwonenden van plannen voor een zonnepark in hun directe omgeving.” Daar heeft hij alle begrip voor. “Niet iedereen is blij met de energietransitie.” Volgens De Haas komt dat doordat we maar beperkt tijd hebben om de klimaatdoelen te halen. In 10 jaar tijd moeten we de uitstoot halveren die we in 200 jaar tijd hebben opgebouwd. “We hebben gewoon te lang gewacht. En daarom moet het nu zo snel. En die snelheid, dat is wat mensen tegenstaat.”
Zelf denkt de Haas overigens dat de energietransitie veel te traag gaat. “De huidige ambities gaan lang niet ver genoeg. Daar zullen we over twee à drie jaar achter komen. Door de elektrificatie gaan we de komende jaren veel meer stroom verbruiken. De vraag is waar we dat vandaan halen zonder kolen of gas te verbranden. Ik denk dat die doelen over een paar jaar alweer achterhaald zijn.”
Meebewegen
Volgens De Haas bestaat de energietransitie uit twee elementen: het omschakelen naar duurzame energie en het slimmer omgaan met de elektriciteitsvraag. Voor beide is maatwerk en samenwerking met klanten en omgeving geboden. Daarbij zit de grootste uitdaging in het op tijd matchen van vraag en aanbod. “En dat heeft puur met de grilligheid van zon en wind te maken. Om dat zonder batterijopslag goed bij de consument te brengen.”
De trend is dan ook dat steeds meer marktpartijen de hele keten van – opwek- aanbod-opslag-warmtetransitie-levering, beheersen. Bedrijven als het recent opgerichte Groendus maar ook gevestigde namen zoals Greenchoice bewegen in die richting. Ook Sunrock heeft dezelfde ambitie. “Er zullen energiemaatschappijen ontstaan die volledig gebaseerd zijn op een grote portfolio van duurzame projecten van zon en wind en op basis daarvan gaan meebewegen met de klanten. En één ding is zeker: daarvoor is altijd maatwerk en samenwerking nodig.”
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in