Van den Bosch studeerde aan Wageningen University & Research. Na zijn studie ging hij aan de slag bij Unilever waar hij eerst de marketing, en later de sales in ging. In 2008 besloot Van den Bosch het roer om te gooien en richtte hij samen met Willem Treep Willem&Drees op. Hiermee verkochten ze biologische maaltijdboxen, als alternatief voor de geglobaliseerde voedselketen die Van den Bosch bij Unilever zo goed had leren kennen. Na ruim tien jaar verliet hij zijn bedrijf en werd hij algemeen directeur van Hutten. Een cateraar met cateringcontracten gebaseerd op de ‘echte prijs’ van voeding.
Duurzaam en toekomstbestendig voedselsysteem
Van den Bosch wil een bijdrage leveren aan het vormgeven van het voedselsysteem van de toekomst. Hij ziet dat het huidige systeem, dat gebaseerd is op de meeste productie voor de laagste prijs, onhoudbaar is. Daarom pleit Van den Bosch voor een aanpak waarbij de echte prijs van producten leidend is. Die gaat uit van de kostprijs inclusief de prijs van negatieve externe gevolgen van productie zoals bodemuitputting, biodiversiteitsverlies en luchtvervuiling. Van den Bosch is ook manager van Foodsquad, een innovatienetwerk van een aantal zorginstellingen en voedingsbedrijven dat zich inzet voor een duurzaam en toekomstbestendig voedselsysteem.
Visie
“Een duurzame toekomst kan over veel verschillende aspecten gaan. Het is belangrijk dat duidelijk wordt wat de grootste en meest urgente problemen zijn waar we nu mee aan de slag moeten. Dat zijn wat mij betreft klimaatverandering en uitputting van de aarde, want alles hangt daarmee samen. En de urgentie kan niet groot genoeg zijn. We moeten af van het idee dat we dit stap voor stap moeten, en dat iedereen daar happy mee is. Daar hebben we de tijd niet meer voor. We moeten in sneltreinvaart naar een voedselsysteem dat in evenwicht is. Eten in evenwicht met hoe de natuur dat aanbiedt, in plaats van kostenefficiënt denken. Niet zoals nu, waarbij we onze varkens met soja uit Brazilië voeren, vervolgens slachten wij de varkens, vriezen we ze in en transporten we ze naar China. Maar we krijgen er geen boot met mest voor terug: er is geen sluitende kringloop. Dus het moet dichterbij worden geproduceerd, waardoor we naar meer robuuste voedselsystemen gaat. En daar kom je door te kijken naar de totale prijs van eten. Zo moet je betalen voor CO2 en het verlies aan biodiversiteit die het product veroorzaakt. Dat zit vandaag nog niet in de prijs van soja, maar zou er wel in mee moeten worden genomen.”
“Mijn ouders hadden een melkveebedrijf, en ik merkte al snel dat ik interesse had in hoe alles in elkaar zat. Hoe werken die ketens nou. Bij Unilever, waar ik de eerste 10 jaar van mijn carrière heb gewerkt, merkte ik hoe groot de afstand is tussen het proces en wat je op je bord hebt liggen. Terwijl eten in je lichaam stoppen één van de meest intieme dingen is die je op een dag doet. Dus begon ik voor mijzelf, in 2009, samen met Willem, met het opzetten van een alternatieve, duurzame voedselketen. Om die systeemverandering in gang te zetten, hoewel die noodzaak toen nog niet werd ervaren. Maar de laatste jaren hebben we gezien hoe het piept en kraakt, bijvoorbeeld als het gaat om stikstof en CO2.”
Leiderschap
“Ik ben praktisch ingesteld. Ik ben een leider die graag bedenkt hoe het in elkaar zou kunnen zitten, maar wil het daarna ook in de praktijk zien. Dan gedij ik het beste. Ik wil die voedselstromen zien, met de boeren praten, en vanuit daar verandering vormgeven. Ik heb ook een tijdje met de provincie Zuid-Holland meegedacht over hoe we kunnen komen tot een nieuw voedselsysteem in dat gebied, en ik kwam erachter: dat is veel praten, en weinig doen. Bij Hutten kan dat juist wel, ik werk er nu twee jaar en geef leiding aan 1500 mensen. Hier dachten ze altijd al progressiever over eten, en dat is niet anders nu ik er zit, ik ben er daarom juist begonnen.”
Impact
“Bij Hutten catering maken we al het eten zelf, en dat zijn onbewerkte producten. Het is eerlijk, we werken in ketens met eigen boeren, maar ook in de productie. Zo hebben we de verspillingsfabriek opgericht, die van de reststromen van de groenten soepen en sauzen maakt. We proberen nu te bedenken hoe wij als cateraar een voorbeeld kunnen zijn van een circulair voedselsysteem. We werken toe naar een CO2-neutrale keten. En daar spreken wij ons ook over uit. Dat betekent onder andere dat we ons aangesloten hebben bij de TAPP-coalitie die pleit voor het betalen van de echte prijs van vlees, waarbij alle milieukosten zijn meegenomen. Gevolg was wel dat we een cateringcontract met een partij uit de vleesindustrie zijn kwijtgeraakt. Dat is echt even slikken, maar je moet je durven uitspreken en lef hebben om verandering in gang te zetten. Daar geloof ik heilig in.”
