Bayer CropScience, Wageningen UR en de TU Delft zijn enkele partners van de publiek-private samenwerking 'Op naar Precisielandbouw 2.0', onderdeel van de topsector Agrifood.
Precisielandbouw bespaart geld en CO2-uitstoot omdat het minder kunstmest en bestrijdingsmiddelen gebruikt. Dat komt doordat er per vierkante meter wordt bepaald wat de gewassen nodig hebben, in tegenstelling tot klassieke landbouw waar per veld wordt gekeken.
De techniek was altijd een beperking voor de implementatie van precisielandbouw, maar door de technologische ontwikkelingen is het al binnen enkele jaren mogelijk volgens recent onderzoek.
Technologische vooruitgang
Precisielandbouw is afhankelijk van data over de bodem en gewassen. Sensoren in de grond en satellietbeelden verzamelen deze data en computermodellen verwerken ze vervolgens.
Doordat er nog weinig computermodellen zijn die inspelen op de data blijft precisielandbouw achter. Ook zijn er nog weinig sensorbeelden beschikbaar en zijn telers en boeren beperkt op de hoogte van de voordelen van precisielandbouw.
Het onderzoeksprogramma bestaat uit twaalf projecten. Het gebruik van satellietbeelden, verbetering van bodem- en gewassensoren, uitbreiding van ondersteunende ICT en kennisverspreiding zijn belangrijke aandachtspunten. Het onderzoeksproject duurt vier jaar.
Bronnen: Wageningen UR, Eip-Agri | Foto: inyucho via Flickr, Creative Commons (Cropped by DuurzaamBedrijfsleven)
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in