Dit melden het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) en RIVM/Emissieregistratie op basis van voorlopige kwartaalcijfers. Het net verschenen rapport geeft ook een verklaring voor de data.
Elektriciteit
Dat de elektriciteitssector 23 procent minder broeikassen heeft uitgestoten in vergelijking met een jaar eerder komt met name door hernieuwbare bronnen zoals zon en wind. Daar is veel meer energie mee opgewekt. Dit zorgt er ook voor dat er 42 procent minder elektriciteit is opgewekt uit kolen en 2 procent minder uit aardgas.
Gebouwde omgeving
De broeikasgasuitstoot door de gebouwde omgeving ligt 11 procent lager in het tweede kwartaal van 2023 ten opzichte van een jaar eerder. Dit kan liggen aan de hoge energieprijzen, waardoor we woningen en kantoren minder verwarmden.
In het tweede en derde kwartaal is de uitstoot sowieso een stuk lager dan in de andere kwartalen: in april tot en met september hoeft er namelijk minder gestookt te worden om gebouwen te verwarmen.
Industrie
De industrie stootte 5 procent minder broeikasgassen uit in het tweede kwartaal van dit jaar, al is de sector nog altijd verantwoordelijk voor 35 procent van de totale uitstoot. Daarmee is de industrie de grootste uitstoter.
Mobiliteit
De uitstoot van broeikasgassen door mobiliteit is niet afgenomen, maar toegenomen met 7 procent. Deze stijging is goed te verklaren door eerdere flinke dalingen in de coronajaren. Toen kwamen veel vliegtuigen stil te staan en was er ook minder verkeer op de weg.
Vooral het verbruik van benzine is toegenomen, met 12 procent ten opzichte van 2022. De mobiliteitssector met wegvervoer, zeevaart en luchtvaart is verantwoordelijk voor 23 procent van de totale broeikasgassen.
Landbouw
De uitstoot door de landbouwsector was in het tweede kwartaal vrijwel hetzelfde als een jaar eerder.
Lees ook:
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in