Een nieuwe jas, T-shirt of jurk nodig? Na het lezen van dit artikel zul je daar misschien wat langer over nadenken. Veel kledingstukken die van natuurlijke materialen zijn gemaakt, zijn allesbehalve duurzaam. Wij zetten vijf grondstoffen voor je op een rij die slecht zijn voor dier en milieu.
1. Overbegrazing voor kasjmier
Een kasjmiertrui is voor sommigen een must in de kast. Steeds meer mensen willen het dan ook. Dat kan dankzij de enorm toegenomen productie ervan in landen als Mongolië, maar dat heeft een groot nadeel. De graslanden worden nu overbegraasd door kuddes geiten, waarvan de ondervacht wordt gebruikt voor de kasjmierproductie. Deze overbegrazing is voor circa 80 procent verantwoordelijk van de degradatie van de steppen. Terwijl deze steppen juist het leefgebied zijn van veel bijzondere dieren is, waaronder de sneeuwluipaard, de steppevos en de bobakmarmot.
2. Via de wasmachine naar de zee
Een synthetische trui dan maar kopen? Ook dat is geen beste keus. Ongeveer een derde van alle microplastics gevonden in zee is afkomstig van door mensen gemaakte kleding. Dat gaat jaarlijks om 2,2 miljoen ton. De belangrijkste route: je eigen kledingwas. Polyester-, nylon- en acrylvezels belanden via het afvalwater van de wasmachine in rivieren, die het vervolgens weer naar zee brengen. Dit soort vezels – waar ook nog vaak giftige chemicaliën in zitten – zijn al aangetroffen in onder meer krabben, kreeften, vissen, schildpadden, pinguïns en zeehonden. Het zit zelfs in ons eigen eten.
3. Kunstzijde en ontbossing
Opgelost houtpulp is de basis voor viscose en rayon, de grondstof voor kunstzijde. Het probleem is dat die pulp vaak afkomstig is van bossen die al bedreigd zijn. De bomenkap voor kunstzijde neemt zelfs toe in Indonesië, Canada en het Amazone-regenwoud. De biodiversiteit neemt daardoor af. En dan hebben we het er nog niet eens over de bomen zelf, die een koolstofdioxide-afvangende werking hebben. Het dragen van kunstzijde draagt dus rechtstreeks bij aan ontbossing en de gevolgen daarvan.
4. Waterslurpende katoenindustrie
Is katoen dan een optie? Helaas is een door de natuur gemaakte grondstof niet automatisch ook duurzaam. Bij de verwerking van katoen door de kledingfabriek wordt een enorme hoeveelheid water gebruikt. Voor één shirt vaak al 2700 liter! Dat helpt niet bepaald als je bedenkt dat er al een tijdje een flink zoetwatertekort is in sommige delen van de wereld. In Kazachstan is bijvoorbeeld hierdoor mogelijk al het Aralmeer deels verdwenen en daarmee alle soorten die er leefden.
Lees ook: Waarom is slechts 1 procent van alle katoen biologisch? Rob van den Dool van Yumeko legt het uit
5. Fast fashion op de afvalhoop
De modewereld lijkt steeds sneller te willen gaan. Kledingwinkels wisselen in hoog tempo hun oude collecties in voor nieuwe, soms zelfs meermaals per week. Jaarlijks worden ongeveer 100 miljard nieuwe kledingstukken gemaakt, maar een groot deel ervan belandt niet of nauwelijks gedragen op de afvalhoop. Deze trend van fast fashion geeft daarom een enorme koolstofdioxide-afdruk op onze planeet. Want bij het fabriceren van deze kleding komen broeikasgassen vrij. Om maar niet te spreken over chemicaliën die in de bodem, lucht en het water belanden.
Lees ook: Fast fashion-merk H&M scoort beste op leefbaar loon. Hoe kan dat?
Wat mag wel?
Na dit verhaal gelezen te hebben, vraag je je vast af: wat kan ik dan nog wel aantrekken of doen om niet bij te dragen aan deze kwalijke aspecten van kledingindustrie? Er zijn kledingmerken die op duurzame wijze viscose, katoen of kasjmier produceren. Een kledingwas draaien kan ook in een speciale waszak die minder vezels doorlaat. En kledingstukken van hogere kwaliteit kopen, zodat ze langer meegaan, helpt ook al enorm.
Lees ook: Bij deze ‘valse claims’ voor kleding moeten je alarmbellen afgaan
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in