Veel dingen zijn onzeker. We weten niet of het over een week zal regenen, hoe oud we zullen worden of wanneer Nederland het WK voetbal eens zal winnen. Maar één ding is in ieder geval duidelijk: grenzeloze economische groei op een eindige wereld met een eindige hoeveelheid grondstoffen is onmogelijk. Nu al beginnen we tegen de grenzen van de groei op te lopen. Aardolie raakt (ooit) op en veroorzaakte daarmee tussen 2003 en 2008 nog een energiecrisis. Tekorten aan landbouwgrond en schoon water veroorzaken nu al ziektes en honger in ontwikkelingslanden. Daarnaast dreigen er tekorten aan bijna alle veelgebruikte materialen. Zo is indium, een metaal dat veel wordt gebruikt in elektronica, nog maar acht jaar rendabel te winnen.
Voor de productie van energie-installaties als zonnepanelen en windturbines zijn we ook afhankelijk van oprakende grondstoffen. Voor windmolens is bijvoorbeeld het zeldzame aardmetaal neodymium nodig. Met de hoeveelheid neodymium die nu wordt gewonnen kunnen we jaarlijks maar 20 tot 50 windparken bouwen. Hierdoor zijn de energie- en de grondstoffencrisis onlosmakelijk met elkaar verbonden. Zonder oplossing voor de grondstoffenschaarste zullen we nooit het energieprobleem kunnen oplossen.
De grondstoffencrisis wordt veroorzaakt door de manier waarop we ons consumptiemodel hebben ingericht
Deze langzaam oprukkende grondstoffencrisis wordt veroorzaakt door de manier waarop we ons consumptiemodel hebben ingericht: we produceren spullen, gebruiken ze, en gooien ze vervolgens weg. Na het weggooien worden de spullen verbrand of gedumpt. Zo vernietigen we onze grondstoffen of creëren we een afvalprobleem. In vaktermen heet dit model de lineaire economie, of cradle-to-grave.
Naar een circulaire economie
Minder consumeren binnen hetzelfde lineaire model is niet de oplossing: het zorgt alleen maar voor uitstel van executie. Als we de totale uitputting van grondstoffen willen voorkomen, moeten we overschakelen naar een nieuw model: een model waarin producten worden gerecycled, waarin grondstoffen worden teruggewonnen en in gesloten kringlopen worden hergebruikt, en waarin geen afval bestaat.
Minder consumeren binnen hetzelfde lineaire model zorgt alleen maar voor uitstel van executie
Dat model bestaat en heet de circulaire economie. Dat model is niet alleen goed voor het milieu, maar genereert ook winst voor bedrijven. Naarmate grondstoffen schaarser worden, worden ze namelijk ook steeds duurder. Bedrijven die recyclen kunnen flink besparen op kosten van ruwe grondstoffen. Zo genereerde Ford €171 mln omzet in 2012 met het recyclen van 568.000 ton metalen in de Verenigde Staten en Canada. De Belgische bierbrouwer AB InBev verdiende vorig jaar €322,6 mln aan recycling, het bedrijf recyclede 99,2 procent van zijn afvalvloeistoffen. Modemerk Mud Jeans recyclet katoenvezels uit afgedankte broeken en kan daarmee 50 procent besparen op de inkoop van nieuw katoen.
Het is een klassieke win-winsituatie. Toch zijn bedrijven nog niet massaal overgestapt naar het circulaire model. Hoe komt dat, waar liggen de obstakels en hoe zijn die te overwinnen?
Grondstoffenketens
Als je als fabrikant de grondstoffen uit je producten wil terugwinnen, moet je eerst weten welke grondstoffen je product eigenlijk bevat. Dat klinkt makkelijker dan het is. Elke fabrikant is onderdeel van een ingewikkelde keten van leveranciers en producenten. Hij moet de volledige keten langs om informatie over de grondstoffen te verzamelen.
Elke fabrikant is onderdeel van een ingewikkelde keten van leveranciers en producenten
Zelfs bij eenvoudige producten is dat een flinke zoektocht. Een matras bijvoorbeeld bestaat voornamelijk uit matrasschuim, textiel en stalen matrasveren. Op het oog een overzichtelijke hoeveelheid materialen. Toch was de Nederlandse matrassenfabrikant Auping anderhalf jaar bezig met het traceren van alle grondstoffen in zijn matrassen. De oorzaak daarvan: ingewikkelde productieketens.
Douwe Dijkstra, Sustainability Program Manager bij Auping, zucht nog steeds bij de hoeveelheid aan verschillende partijen in de keten. ‘Neem bijvoorbeeld de rollen stof die we gebruiken. Wij kopen die rollen van wevers en breiers. Die kopen garen in die op hun beurt worden gemaakt uit kunststoffen. Vaak zijn de garen dan ook nog door een ander bedrijf geverfd. De kunststoffen zijn gemaakt door een groot chemiebedrijf en bij dat bedrijf moeten we zijn voor informatie over onze grondstoffen.’
Congo en China
Het wordt nog veel ingewikkelder als ketens zich verspreiden over verschillende landen en culturen. In de elektronica-industrie is dit doorgaans het geval. Daar komen de benodigde edelmetalen uit instabiele landen als Congo en halffabrikaten worden over het algemeen gemaakt in fabrieken in China. Veel elektronicafabrikanten zeggen dat de keten daardoor te ingewikkeld is om verbeteringen door te kunnen voeren.
Achter een mobiele telefoon zitten zo'n 500 bedrijven Miquel Ballester, Fairphone
De Nederlandse start-up Fairphone vindt dat niet acceptabel. Het bedrijfje heeft zichzelf ten doel gesteld de keten achter de productie van mobiele telefoons bloot te leggen en de eerste ‘eerlijke’ smartphone ter wereld te produceren. ‘Achter een mobiele telefoon zitten zo’n 500 bedrijven. Wij vinden dat de verantwoordelijkheid voor een duurzame telefoon bij de volledige keten moet liggen,’ zegt Miquel Ballester, Chief Technology Officer van Fairphone. ‘We zijn naar Congo geweest om de leveranciers uit te zoeken die voldoen aan de waarden van een eerlijke telefoon, bijvoorbeeld door mineralen te gebruiken die niet bijdragen aan het conflict in de regio. Hetzelfde doen we momenteel in China.’
Dat kost nogal wat moeite. Ballester: ‘We willen inzicht krijgen in de productieketen en die informatie ook beschikbaar maken voor de electronica-industrie. Daarnaast willen we bewustwording creeëren. Mensen denken nu dat telefoons in de winkels groeien.’
Verder naar: Deel 2: Recycling | Deel 3: Van verkopen naar verhuren
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in