De Europese Investeringsbank (EIB) ziet wel brood in die ambitie. Het Nederlandse Resato Hydrogen Technology peuterde deze maand 25 miljoen euro los bij de EIB. Deze lening is vooral bedoeld als werkkapitaal en de verdere ontwikkeling van de technologie. Maar daarover zometeen meer. Want eerst: hoe komt dit Drentse bedrijf eigenlijk in de voorhoede van de Nederlandse waterstofindustrie terecht?
Waterstof vraagt om hoge druk
Rob Castien is niet de oprichter van Resato, hij nam de aandelen in 2009 over. “Resato International werd in 1991 door twee mannen uit de provincie opgericht. Zij wilden iets met hoge druk-oplossingen doen. Dan moet je denken aan allerlei testsystemen en waterstraalsnijden. Met water, zand en een druk van 4.000 bar kun je vrijwel ieder materiaal snijden. Van glas tot marmer, staal en composiet. In 2016 zijn we in de business van waterstof gestapt”, aldus Castien.
Wie de technologie achter waterstof in het snotje heeft, begrijpt al snel dat die stap minder groot is dan ze lijkt. Bij deze vorm van mobiliteit is er namelijk ook sprake van hoge druk. “Sommige van onze oplossingen gaan tot 10.000 bar. Bij waterstof tanken ga je niet hoger dan 750 tot 1.000 bar. Dat is nog steeds behoorlijk hoog, maar voor ons kent deze technologie geen geheimen meer.”
Een forse kapitaalinjectie
Resato International bestaat nog steeds. Maar omdat de waterstoftak de afgelopen jaren zo snel is gegroeid, heeft die zich inmiddels afgesplitst in Resato Hydrogen. “Met deze bv maken we nog geen winst. Dat doen onze andere activiteiten gelukkig wel, op die manier hebben we deze business de afgelopen jaren kunnen bekostigen”, aldus Castien. Nu is er dan dus ook die kapitaalinjectie van de EIB.
“Eind 2023 hadden we nog zo'n 40 medewerkers. Dat zijn er inmiddels 185. Een kwart van hen werkt in R&D en die afdeling willen we gaan uitbreiden naar ongeveer 60. Een deel van het geld gaan we dus besteden om onze producten beter, sneller, groter en goedkoper te maken”, zegt Castien. “Een ander deel is bedoeld als werkkapitaal. We ontwikkelen technologie die niemand anders maakt. Nieuwe mensen moeten opgeleid worden en in die maanden zijn ze niet productief. Dat moeten we financieren.” Castien is overigens niet de enige eigenaar, het familiefonds Pindustry bezit ook een deel van de aandelen.
55 waterstoftankstations verkocht
Het bedrijf uit Assen heeft inmiddels ruim 55 waterstoftankstations verkocht. Openbaar én op privéterrein, op de remises van busbedrijven bijvoorbeeld. Die zijn nog niet allemaal operationeel, een deel is nog in ontwikkeling.
In Nederland heeft het bedrijf zo'n 40 procent van de markt in handen, met stations in onder meer Amsterdam, Utrecht, Groningen, Dordrecht, Tiel en Doetinchem. Daarnaast heeft Resato klanten in Duitsland, België, Frankrijk, IJsland, Zweden, Estland en Polen. “We mikken op zo'n 1.000 waterstoftankstation in 2030. Tegen die tijd zullen er tussen de 500 en 1.000 mensen voor ons bedrijf werken”, aldus Castien.
Schaars aanbod waterstofauto's
Mooi, al die ambities. Maar zijn ze ook reëel? Het modellenaanbod is schaars en op de Nederlandse wegen zijn dan ook nog amper waterstofauto's te bekennen. Bij de RDW staan er nu zo'n 750 geregistreerd.
Autobranche-expert Wouter Karssen ziet de toekomst van waterstofauto’s vooral in het zwaardere vervoer over lange afstanden. “Een 40-tons vrachtwagen met oplegger, die fruit gaat halen in Spanje, daarvoor is de accu gewoon geen oplossing. Niet met de huidige technologie in ieder geval. Wil je met dat transport naar zero-emissie, dan is waterstof op dit moment de enige escape route.”
Voor wat betreft de personenauto is Karssen minder enthousiast. Toyota, Honda en Hyundai hebben modellen die je al kunt kopen. BMW, Mercedes en Audi houden het vooralsnog bij prototypes.
“Het is allemaal nog erg experimenteel en met een vanaf-prijs van ongeveer 70.000 euro bovendien kneiterduur”, aldus Karssen. “Daar komt bij dat de ontwikkeling van elektrische bolides juist heel snel gaat. Als je nu een keuze moet maken, waarom zou je dan voor waterstof kiezen? Zeker in de Randstad ben je met een elektrisch model veel beter uit. Er zijn in de grote steden steeds meer snellaadpalen, waarmee in 15 minuten de batterij weer vol zit.”
Toyota schaalt waterstofambitie af
Toyota, de grootste autofabrikant ter wereld, remt zijn waterstofambities flink af. In 2014 sprak toenmalig CEO Akio Toyoda bij de introductie van de Mirai (het vlaggenschip van Toyota’s waterstofvoertuigen) van een ‘kantelpunt’ voor de auto-industrie. Na slechts 27.500 waterstofauto’s te hebben verkocht in het daaropvolgende decennium, is de grootste autofabrikant ter wereld daar minder zeker van.
“Ik kan niet met zekerheid zeggen dat waterstof een rooskleurige toekomst heeft”, liet Hiroki Nakajima, Chief Technology Officer van Toyota, zich in november ontvallen tegenover een stel verslaggevers.
Maar zelfs nu de meeste andere grote autofabrikanten volledig zijn overgestapt op elektrische voertuigen, gelooft Toyota dat waterstof uiteindelijk nog steeds een belangrijke rol zal spelen bij het CO2-vrij maken van de transportsector.
Als onderdeel van een omslag naar vrachtwagens, bussen en bestelwagens op waterstof, onthulde Toyota in november een prototype van een waterstof-elektrische hybride bestelwagen, waarvan het bedrijf zegt dat het de eerste in zijn soort is en dat het in Australië zal worden getest.
De 'cost per kilometer'
Castien ziet nog altijd een toekomst voor de waterstofauto. “In 2014 kocht ik mijn eerste Tesla en lag er een verlengsnoer van 50 meter in de kofferbak. Er waren toen nog heel weinig laadpalen. Als ik ergens kwam, had die wagen bovendien veel bekijks. Inmiddels zijn we tien jaar verder en is elektrisch rijden helemaal ingeburgerd.”
Maar hij ziet in het zware transport voor nu de grootste kansen. Voor grote vrachtwagens en bussen is de batterij nu eenmaal minder geschikt. “Mijn vuistregel is: benzine wordt elektrisch en diesel wordt waterstof.”
Zelf rijdt Castien in een Toyota Mirai. Merken als BMW en Hyundai komen naar verwachting over twee tot drie jaar met de eerste waterstofmodellen op de markt. “De eerste Tesla's waren voor het grote publiek onbetaalbaar. Het ging pas los toen de Model 3 werd geïntroduceerd. Zo'n cyclus verwachten wij ook met waterstofauto's.”
Meer omzet dan Fastned
Saillant detail: Resato is qua omzet allang voorbij Fastned geracet, de bekendste producent van elektrische tankstations in Nederland. De Drenten rekenen dit jaar op een omzet van 40 miljoen, Fastned blijft daar met 26 miljoen in 2024 ver achter.
Voor wat betreft de cost per kilometer houdt de waterstofauto ongeveer gelijke tred met zijn oudere benzinebroers. “Het hangt een beetje van de actuele marktprijzen af. Ik tank momenteel een kilo waterstof voor 20 euro. Daar rijd ik dan 100 kilometer mee, omgerekend is dat 20 cent per kilometer.”
En ja, elektrisch rijden is goedkoper. “Mits je thuis kunt laden”, voegt Castien daar snel aan toe. “Daar komt bij dat veel mensen voor hun werk geen zin of tijd hebben om onderweg een half uur te moeten pauzeren om de batterij weer vol te krijgen. Dat probleem heb je met de waterstofauto helemaal niet.”
Lees ook:
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in