De laadinfrastructuur is ontwikkeld door ABB, het Brabantse Heliox en Siemens. Door de benodigde standaard niet propriëtair maar open te maken, moet er uiteindelijk een Europese standaard ontstaan. Onder andere busfabrikanten Volvo, VDL, Irizar en Solaris hebben aangegeven deze te gaan gebruiken. Ook andere partijen kunnen de standaard gebruiken.
De laadtechnologie is zowel geschikt voor snelladers bij eindhaltes als voor laadsystemen die de bussen in de nacht kunnen laden. Voor de snelladers onderweg kunnen elektrische bussen gebruikmaken van een pantograaf of contactplaten. Het laden in de busremise kan via de beproefde Combined Charging System (CCS)-laadstandaard. Elektrische auto's gebruiken al CCS-laders.
Via de Europese organisatie Cen-Cenelec en de internationale ISO/IEC-organisatie moet de standaard verder vorm krijgen. Rond 2019 en 2020 moeten er respectievelijk Europese en wereldwijde standaarden klaar zijn. Met de standaardisatie hopen de deelnemende bedrijven dat elektrische bussen aantrekkelijker zijn, doordat verschillende merken van de laders gebruik kunnen maken.
Bron: ABB/VDL | Foto: VDL
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in