De onderzoekers van de universiteit van British Columbia ontwikkelden een nieuwe methode om de zogenoemde ‘eeuwige chemische stoffen’, beter bekend als PFAS, af te breken. Het materiaal dat ze daarvoor gebruiken, dat bestaat uit siliciumdioxide, werkt als een soort filter en vangt de chemicaliën op.
Wanneer de schadelijke stoffen zijn gescheiden, kunnen de onderzoekers de stoffen met licht en elektriciteit afbreken. Het filtermateriaal kan volgens de wetenschappers meerdere keren worden gebruikt.
Wat is PFAS en waarom is het zo schadelijk?
PFAS is een verzamelnaam voor meer dan 6.000 chemische stoffen die door de mens zijn gemaakt. Deze stoffen zijn verbindingen van koolstof met fluor. De verschillende soorten PFAS hebben ook verschillende toepassingen. Een van de bekendste voorbeelden is bijvoorbeeld de antiaanbaklaag in pannen. Maar de toepassing van PFAS gaat nog veel verder: zo zit het middel in cosmetica, haar- en lichaamssmeersels, kleding, voedselverpakkingen, meubilair en brandblussers.
Wanneer de deeltjes eenmaal gemaakt zijn, blijven ze jarenlang op aarde bestaan. Er zijn PFAS-deeltjes gevonden op de polen en in ons bloed. De stoffen kunnen het immuunsysteem aantasten en kanker veroorzaken.
“Dit soort stoffen moet je niet binnen willen krijgen”, zegt Jacob de Boer, emeritus hoogleraar milieuchemie en toxicologie. Hij werkt al meer dan 48 jaar aan onderzoek naar persistente stoffen, stoffen die nauwelijks afbreken. “Dit soort stoffen worden door de mens gemaakt en hebben een nuttige toepassing, maar er is geen bacterie in de wereld die ze afbreekt."
Dat zorgt ervoor dat al dit soort stoffen decennialang in ons milieu en lichaam blijven. “Vroeger had je het middel DDT, bekend van de flitspuit. Het werd te pas en te onpas gebruikt om bijvoorbeeld insecten te weren. Het leek fantastisch en kreeg zelfs de Nobelprijs. Tot we het in de jaren ’80 overal aantroffen: je vindt het van de evenaar tot aan de polen. De stof is toen verboden, maar nu – veertig jaar later, treffen we het nog steeds aan.”
Meerdere technieken naast elkaar
Grond en water zit - vooral in de buurt van fabrieken, vol met PFAS-achtige stoffen. De nieuwe techniek uit Canada is één van de oplossingen om dat te reinigen. “Deze toepassing kan volgens het onderzoek vooral gebruikt worden voor kraan- en oppervlaktewater”, weet De Boer.
De professor weet dat er meerdere technieken zijn om PFAS uit de grond en het water te halen. “Er zijn vier serieuze opties om PFAS af te breken. Dat kan bijvoorbeeld met specifieke bacteriën, op een chemische manier en door water onder hoge temperatuur en druk te gebruiken.”
Volgens De Boer is niet één techniek de heilige graal om PFAS op te ruimen. “Ik verwacht dat er meerdere methodes naast elkaar gaan bestaan. Maar er zit wel een gevaar aan dit soort ontwikkelingen: mensen kunnen denken dat dit dé oplossing is voor het PFAS-probleem, maar dat is natuurlijk niet zo.”
De Boer pleit met veel anderen voor een verbod op PFAS. “Het moet gewoon niet meer gemaakt worden. Je kunt beter de kraan dichtzetten dan voortdurend blijven dweilen. Dat is wat er nu gebeurt.” Volgens de professor kan de industrie veel beter inzetten op het ontwikkelen van alternatieven. “De chemie is enorm creatief: een alternatief is vast te ontwikkelen.”
Verbod op PFAS in de maak
In februari heeft Nederland samen met Scandinavische landen en Duitsland een voorstel ingediend bij de Europese Commissie voor een verbod op PFAS. “Nu heeft de industrie een jaar de tijd om met een tegenreactie te komen. Ze zullen er waarschijnlijk op tegen zijn, maar ik hoop dat het verbod er komt.”
Als het verbod er komt, dan gaat het op zijn vroegst over twee jaar in, schat De Boer. “Dan is het ook nog zo dat de industrie tot 2040 kan blijven produceren, tot ze een alternatief hebben. Die periode is wel erg lang, vaak zie je dat zo’n periode maar drie tot vijf jaar duurt. DE EU hoopt vermoedelijk zo de industrie mee te krijgen.”
De grootte van het probleem
PFAS zit in heel veel producten: van shampoo en cosmetica tot in voedselverpakkingen en kleding. “De consument moet er eigenlijk volledig op kunnen vertrouwen dat winkels iets aanbieden dat veilig is. Dat is dus vaak niet het geval”, zegt De Boer. Het is verplicht om op de verpakking te melden wanneer een product PFAS bevat, maar dat gebeurt niet altijd, weet de professor.
“Soms wordt het op de verpakking heel vals omschreven”, zeet De Boer uit eigen ervaring. Zo staat op veel antiaanbakpannen dat het PFOA-vrij is. “Veel mensen denken dan dat het wel goed zit. Wat veel mensen niet weten is dat PFOA vroeger werd gebruikt om anti-aanbakpannen mee te maken. Dat middel is nu verboden. Maar in plaats van PFOA, gebruiken fabrikanten nu GenX, een soortgelijk product dat net zo schadelijk is.”
Het is volgens De Boer tekenend voor de grootte van het probleem. “Dit soort stoffen treffen niet alleen ons maar ook komende generaties. Het is te gek voor woorden. Het is goed dat er technieken worden ontwikkeld om PFAS op te ruimen, maar om een schone en leefbare wereld te krijgen is er ook veel steviger beleid nodig.”
Meer lezen?
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in