Twee weken geleden, op 31 oktober, ging de COP26 in het Schotse Glasgow van start. Leiders uit zowel het bedrijfsleven als van nationale overheden onderhandelden om het laatste beetje eruit te halen wat erin zit. Dit is wat er is bereikt.
Veel deelakkoorden
De klimaattop heeft, meer dan andere klimaatconferenties, veel deelakkoorden opgeleverd. Zo spraken wereldleiders af om ontbossing te stoppen; tekenden zo’n 100 landen het ‘methaanpact’; stoppen 18 landen met het bouwen van kolencentrales; moeten alle nieuwe vrachtwagens en bussen in 2040 uitstootvrij zijn; sloten China en de VS een klimaatdeal; en tekenden Nederland en Namibië een intentieverklaring om samen aan waterstof te werken.
Toch zijn die deelakkoorden en toezeggingen geen harde afspraken. Ze zijn een stuk vrijblijvender dan het slotakkoord, dat met twee dagen uitstel zondag is ondertekend. In het akkoord is onder meer opgenomen dat arme landen financieel tegemoet moeten worden gekomen. Er staat voor het eerst expliciet in de tekst dat ook iets als klimaatschade betaald moet worden in de toekomst. Hoe dat eruitziet, moet nog geregeld worden.
Daarnaast hadden India en China op het laatste moment bezwaar op de tekst over het gebruik van steenkool. De formulering “towards phase out” werd op het laatste moment veranderd in "to phase down", ofwel het 'verminderen' in plaats van 'uiteindelijk stoppen' met het gebruik van steenkool.
Wereldwijde CO2-markt
Een doorbraak in het slotakkoord is artikel 6, dat gaat over een wereldwijde markt voor CO2. Nu bestaat in Europa het emissiehandelssysteem, maar landen tekenen nu voor een wereldwijde markt. Daarmee krijgen landen die hun klimaatdoelen halen, rechten voor wat zij extra aan CO2 hebben bespaard. Landen die de eigen klimaatdoelen niet halen, kunnen rechten kopen. In het artikel liggen regels vast over wat landen mogen meetellen als gereduceerde uitstoot, en wat niet.
De volgende klimaattop is volgend jaar in Egypte. Voor het eind van 2022 moeten landen met aangescherpte klimaatdoelen komen, zodat de druk op de volgende klimaattop wordt opgevoerd.
‘Een feest met nationale belangen’
Er wordt veel gespeculeerd of de klimaattop in Glasgow een succes was of niet. “Ja, er zijn stappen gemaakt, ambities zijn verhoogd, het rulebook (noodzakelijke afspraken om de doelen van Parijs te halen red.) is verder ontwikkeld”, ziet Werner Schouten, voormalig voorzitter van de Jonge Klimaatbeweging. “Maar tegelijkertijd is de COP nog steeds een feest gebleken waar de nationale belangen met hand en tand worden verdedigd ten koste van de mondiale belangen. Duitsland verdedigt auto-industrie, Brazilië en Argentinië de vleesindustrie, Australië de kolen, Saoedi-Arabië en Noorwegen de olie.”
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in