Pensioenen zijn geen klein bier: de Nederlandse pensioenfondsen hebben samen meer dan 1.500 miljard euro aan beleggingen uitstaan. Waar zij in investeren, is ook relevant voor het slagen van de duurzame transitie. Daarom moeten pensioenfondsen zo snel mogelijk stoppen met beleggen in fossiele bedrijven, vindt Groen Pensioen.
Groen Pensioen is een spinoff van Fossielvrij Nederland, een burgerinitiatief dat grote bedrijven zoals ING en KLM in de richting van duurzamer beleid probeert te bewegen. Groen Pensioen mobiliseert deelnemers om de pensioenfondsen te overtuigen hun pensioenpotjes niet te gebruiken voor het financieren van de fossiele industrie.
Ze schrijven pensioenfondsen aan, informeren pensioendeelnemers, organiseren debatten met pensioenfondsbestuurders en doen onderzoek naar beleggingsportefeuilles. Laurie Kos is één van de drijvende krachten achter de stichting die draait op betrokken pensioendeelnemers. “Wij bevragen de legitimiteit van de fossiele industrie: hoezo is het normaal om zoveel uit te stoten? Een deel van die legitimiteit komt door de financiering ervan. En daar spelen pensioenfondsen een rol in.”
Schuivende panelen
De afgelopen jaren is het vergrootglas op de beleggingsportefeuilles van pensioenfondsen komen te liggen. Uit een rondgang van de NOS blijkt dat de tien grootste Nederlandse pensioenfondsen de afgelopen twee jaar zo’n 15 miljard aan fossiele investeringen van de hand hebben gedaan. Deze week maakten de vijf grootste pensioenfondsen bekend miljarden extra in de energietransitie te willen steken.
Mede onder druk van belangengroepen zijn de pensioenfondsen transparanter geworden over hun beleggingen – en hoe ze die investeringen gebruiken om verandering teweeg te brengen. Op aandeelhoudersvergaderingen stemmen pensioenfondsen nu in de meeste gevallen vóór ambitieuzer klimaatbeleid van fossiele bedrijven. Maar er wordt ook nog steeds regelmatig tegen klimaatresoluties gestemd, of men onthoudt zich van stemming. “Dat vind ik eigenlijk nog het ergst”, zegt Kos. “Spreek je op z’n minst uit. Laat zien waar je staat.”
Het contact tussen pensioenfondsen en pensioendeelnemers is geïntensiveerd. Bestuurders staan steeds vaker open om in gesprek te gaan met groepen deelnemers over hun beleggingen, ziet Kos. Ook stimuleert Groen Pensioen pensioendeelnemers om zitting te nemen in de vertegenwoordigingsorganen van pensioenfondsen om van binnenuit druk uit te oefenen. Kos zit bij haar eigen pensioenfonds, het ABP, in zo’n adviserend orgaan. "We zijn structureel in gesprek. We praten met het bestuur mee over conceptstukken en laten een constructief geluid horen."
Van binnenuit veranderen of helemaal weggaan?
Er woedt al jaren een discussie over de rol die pensioenfondsen en andere institutionele beleggers in de gas- en olie-industrie spelen. Moeten pensioenfondsen hun invloed gebruiken om fossiele bedrijven van binnenuit te veranderen, of helemaal afstand doen van fossiele investeringen?
De invloed van pensioenfondsen op het beleid van fossiele bedrijven is beperkt, stelt Kos. Hoewel de fondsen grote beleggers zijn, weegt hun stem niet op tegen de vele aandeelhouders die op korte termijn winsten gefocust zijn. Fossiele reuzen in een andere richting bewegen, lijkt slecht mogelijk. Daarom is desinvesteren volgens haar de beste route. “Wij hebben de afgelopen jaren gezien dat pensioenfondsen geen voet tussen de deur krijgen bij fossiele bedrijven. Dan zou de conclusie moeten zijn: die bedrijven doen niet voldoende voor het klimaat, dus zijn ze ons geld niet waard. Dat geld kan beter worden geïnvesteerd in bedrijven die verduurzaming wel serieus nemen. Dat is een veel krachtiger signaal. Zowel naar bedrijven toe, als naar andere beleggers. Je wil een sneeuwbaleffect veroorzaken.”
Rendementsverlies
Volgens Kos hoeft desinvesteren in olie en gas geen rendementsverlies te betekenen. “De pensioenfondsen die al deels zijn gestopt met het beleggen in fossiel, hebben daar natuurlijk zelf onderzoek naar gedaan. Het moet aan deelnemers ook financieel uitlegbaar zijn. Als je een goed afbouwplan hebt, is het rendementsverlies zeer beperkt.” Kos wijst daarnaast op de langetermijnrisico’s die gepaard gaan met het investeren in fossiele producten. “Als je echt wil voldoen aan het akkoord van Parijs, kun je nu geen nieuwe gas- en olievelden meer in gebruik nemen. Terwijl veel fossiele bedrijven nog steeds nieuwe reserves willen aanboren, en dat meenemen in hun businessmodellen. Die investeringen dreigen verloren te gaan.”
“Pensioenfondsen moeten veel scherper gaan kijken naar de klimaatrisico’s die ze lopen. Want er zijn risico’s verbonden aan het investeren in bedrijven die zich onvoldoende voorbereiden op de toekomst. Op de lange termijn zijn die niet meer winstgevend. Dan ben je er liever geleidelijk uitgestapt dan dat je, als het misgaat, aandelen tegen verlies moet verkopen.”
Invloed uitoefenen
“Het is heel belangrijk dat pensioenfondsen horen dat dit geluid vanuit deelnemers zelf komt”, zegt Kos. “In principe zijn ze verplicht naar hun deelnemers te luisteren en hen te bevragen. Dat zou echt verder moeten gaan dan het uitsturen van een enquête eens in de zoveel jaar.” Daarom stimuleert Groen Pensioen pensioenfondsen actief met hun deelnemers hierover in gesprek te gaan.
“Het is ook een uitdaging voor de pensioenfondsen zelf. Hoe communiceer je dat je in duurzaamheid gaat beleggen omdat je de jonge generatie een wereld gunt waarin zij hun pensioen daadwerkelijk kunnen uitgeven? En dat dat niet ten koste gaat van het rendement dat je haalt? Daar worstelen pensioenfondsen mee. Er zijn ook gepensioneerden die hun pensioen al jarenlang niet geïndexeerd hebben gekregen, en vooral dáár boos over zijn.”
Lees meer:
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in