“Herstel klinkt als minder”, geeft Maurice Koopman toe. Alsof je jezelf tekortdoet. “Maar achteraf zijn klanten altijd heel enthousiast. Je zou eens moeten zien wat onze herstelmensen kunnen: of het nou keukenbladen of vloeren zijn. Het is echt magie."
Wat is duurzaam schadeherstel?
Repareren in plaats van iets nieuws kopen. Dat is de kern van duurzaam schadeherstel. Sommige verzekeraars noemen dat ‘herstel in natura’. Als er schade is ontstaan aan bijvoorbeeld een woning of auto zijn er verschillende manieren om dit op te lossen. Soms krijgen klanten een nieuw product, andere keren kiezen ze voor reparatie. Het schadeherstel kan door de verzekeraar geregeld worden of door de klant zelf. In het laatste geval krijgt de klant een geldbedrag. De CO2-impact verschilt nogal per keuze. Reparatie is eigenlijk altijd de meest duurzame optie, omdat er dan geen (of veel minder) nieuwe grondstoffen nodig zijn. Dit bespaart ook productiekosten en voorkomt afval.
Koopman is sinds het begin van de coronatijd CEO Schade & Inkomen bij NN. Hij draait al jaren mee in de verzekeringswereld, maar komt uit een aannemersfamilie. Hij omschrijft zichzelf als de onhandigste van de familie. Alleen zegt dat niet veel als je omringd wordt door handige Harry’s. Zo kocht hij in de coronatijd een huis waarin hij veel kluswerk zelf oppakte. Dat materialen waarde hebben, kreeg Koopman van huis uit mee. "Bij ons thuis gooi je hout nooit weg. Hout gebruik je altijd opnieuw." Die houding staat in schril contrast met die van de consumptiemaatschappij.
"Het is belachelijk om een heel apparaat weg te doen als er een zekering moet worden vervangen”
Martine Postma
Spullen weggooien: een nationale sport
“Spullen weggooien is een soort nationale sport geworden”, merkte Martine Postma tijdens de coronatijd. In 2009 bedacht zij het Repair Café om ervoor te zorgen dat mensen minder weggooien. De reparatiecafés waren tijdelijk dicht, maar nu de coronacrisis onder de duim is zijn ze net als alle andere cafés weer open. “Nu merken we weer dat er ontzettend veel belangstelling is.” In de cafés is het de bedoeling dat de eigenaar samen met de vrijwilliger het product repareert. Op die manier ervaren mensen letterlijk dat spullen te repareren zijn. “Het is belachelijk om een heel apparaat weg te doen als er een zekering moet worden vervangen”, vindt Postma.
Toch is in de maatschappij waarin we leven weggooien vaak goedkoper en makkelijker dan repareren. Postma ziet de waterkoker als hét toonbeeld van de wegwerpmaatschappij. Voor 12 euro heb je zonder verzendkosten binnen 24 uur een waterkoker in huis. “Daar hoef je niet eens de deur voor uit. Terwijl dat een apparaat is waar arbeid, metalen, plastics en verbindingen in zitten die allemaal waarde hebben die in de prijs verrekend zouden moeten worden”, zegt Postma.
Echte prijs
Michel Scholte vindt dat er nog een ander prijskaartje aan zou moeten: die van de maatschappelijke kosten. “Het gaat over velen tientallen miljarden per jaar”, zegt de medeoprichter van True Price en Impact Institute over de maatschappelijke kosten van de wegwerpmaatschappij. Denk bij een nieuwe telefoon bijvoorbeeld aan de mensenrechtenschendingen bij het mijnen van de grondstoffen en de luchtvervuiling die ontstaat door de productie en het vervoer van het product. Hoeveel er precies op conto van verzekeraars komt voor de vervanging van beschadigde producten, weet Scholte niet. Maar zij zijn verweven met de productie- en consumptie-economie, benadrukt hij. “Elke Nederlander is wel verzekerd voor iets en het heeft vaak betrekking op een product. Maar denk ook aan bedrijfsverzekeringen, bijvoorbeeld olieplatforms op zee. Zonder verzekering gaan die fossiele projecten niet door.”
Lees ook: Suikerbieten, aardappelen en cichorei: de veelzijdige krachtpatsers in de biobased economie
Niet in nieuwe, maar in oude staat
“Als er iets kapot is, dan krijg je een nieuw product of een bedrag om een nieuw product van te kopen. Dat is het dominante model en dat is ook wat mensen verwachten”, zegt Scholte. Zonde, vindt hij. “Want daardoor gaat heel veel materiaal de schroothoop op of de verbrandingsoven in en daar moet weer nieuw materiaal voor worden onttrokken en aangeleverd. Dat is natuurlijk heel ondermijnend en vervuilend.” Vanwege de focus op vervanging in verzekeringsland ziet Scholte verzekeraars als onderdeel van het probleem. “En dat probleem is gigantisch.”
“Ik begrijp deze stevige opmerking wel”, reageert Koopman. De CEO Schade & Inkomen geeft toe dat de vergoedingen van verzekeraars tot meer consumptie leiden. “En natuurlijk willen we niet onderdeel van het probleem zijn, maar onderdeel van de oplossing.” Die oplossing ziet hij in duurzaam schadeherstel. “Repareren is de basis van verzekeren”, vindt hij. “Je verzekert je ervoor dat een product na een voorval in oude staat wordt hersteld. Dát is een verzekering. Dus niet in nieuwe staat, maar in oude staat.”
Koopman merkt dat klanten al meer openstaan voor duurzaam schadeherstel. “Zeker in deze tijd van schaarste van bouwmaterialen en bouwcapaciteit.” Door die schaarste moeten mensen nu lang wachten als zij iets nieuw willen hebben terwijl reparatie wel al snel kan en Nationale-Nederlanden daarbij alles regelt. Volgens Koopman is duurzaam schadeherstel voor alles en iedereen de beste keus. Van de klant tot het klimaat. En ook voor NN zelf. “Omdat het vaak goedkoper is om te herstellen dan iets helemaal nieuw te vervangen.”
Lees ook: Koop-verkoop is ouderwets en schaadt het klimaat: hoe ziet het verdienmodel van de toekomst eruit?
Duurzaam schadeherstel
Bij woningen wordt nu 25 procent van de schade “in natura” opgelost, weet Koopman. Bij autoschade komen de getallen een stuk hoger uit: 65 procent wordt hersteld in plaats van vervangen door iets nieuws. “Bij auto’s heb je natuurlijk al jaren een schadeherstelnetwerk. Dus als jij een deuk in je auto hebt, wordt die altijd uitgedeukt”, verklaart Koopman. Om ervoor te zorgen dat herstel ook vaker gebeurt bij schade aan en in huizen is het zaak om het herstelnetwerk uit te breiden. Daar is NN naar eigen zeggen druk mee bezig. Specialistische vaklui vinden die in staat zijn om schade goed te herstellen is volgens Koopman namelijk de bottleneck als het gaat om duurzaam herstel. “Je kan niet Jan en alleman langssturen. Je moet echt de juiste vakman hebben.”
Postma ziet ook de noodzaak van professionelere reparateurs. “Je hebt nog autogarages en fietsenmakers (waar overigens ook steeds minder aan reparatie wordt gedaan en meer aan vervanging). Maar voor onze dagelijkse spulletjes is er eigenlijk geen reparateur in de winkelstraat beschikbaar. Dus dat moet weer terugkomen en dan ook voor een betaalbaar tarief, want ik snap ook wel dat mensen een waterkoker niet voor 40 euro laten repareren als een nieuwe 12 euro kost.”
Lees ook dit interview met Michel Scholte: "De noodzakelijke voorwaarde voor bloei is eerlijk rekenen"
De rol van verzekeraars
Zowel Postma als Scholte denkt dat verzekeraars een rol kunnen spelen bij het optuigen van de reparatiemaatschappij. “Tussen de verzekeraar en de klant zit een gigantische hersteleconomie”, ziet Scholte. “Zij hebben een netwerk van leveranciers die bij huishoudens of zakelijke klanten de schade opnemen, inventariseren en herstellen.” Hij ziet verzekeraars als regisseurs van een hele keten. Vanuit die rol kunnen ze veel invloed uitoefenen. Niet alleen door vraag te creëren bij vaklui, maar ook door klanten ervan bewust te maken dat repareren veel logischer is en vaak net zo mooi als vervanging. Volgens Koopman willen verzekeraars die rol pakken. “Ik verwacht dat duurzaam herstel voor 2025 wel de norm wordt.”
Voor verzekeraars is duurzaam schadeherstel uiteindelijk voordeliger. Het levert dus niet alleen een voordeel op voor het milieu, maar ook voor de portemonnee. Daarom is de keuze snel gemaakt. Koopman blijft erbij dat de bottleneck in het aantal professionele reparateurs ligt. Klanten wil hij over de streep trekken met lagere premies en snellere doorlooptijden. Maar wat als de markt verandert en nieuw weer sneller wordt? Dan is het belangrijk dat klanten bewust voor reparatie (blijven) kiezen. Niet omdat het goedkoper is, maar omdat het de betere keuze is voor het milieu.
Zodra er voldoende reparateurs zijn, verwacht Koopman dat de herstelcijfers door sturing van verzekeraars al snel op 50 procent uitkomen. “En ik verwacht dat dat vrij snel toeneemt tot 75 à 80 procent. Er zal altijd wel een bepaald percentage nieuw overblijven, maar het merendeel zal gewoon herstel zijn.”
Lees meer: Bij schade een complete vloer vervangen is niet meer van deze tijd
Schrijf je in voor onze nieuwsbrief: iedere dag rond 07.00 uur het laatste nieuws
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan! Schrijf je hier in voor onze dagelijkse nieuwsbrief.
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in