De fabrieken gaan gebruik maken van groene stroom van windparken op zee. Net voor de zomer wil VoltH2 de definitieve investeringsbeslissing nemen voor Terneuzen. Na de zomer voor Vlissingen. Ongeveer een kwartaal later start de bouw. Begin 2026 moeten de fabrieken operationeel zijn en de eerste groene waterstof leveren. Beide installaties komen in een havengebied te staan en gaan bij de start 2.000 ton (25 megawatt) aan waterstof produceren, maar kunnen opgeschaald worden tot maximaal 10.000 ton (125 megawatt).
Bescheiden productie
Dat lijkt veel, maar is het niet, stelt directeur André Jurres van VoltH2. “De productie is nog vrij bescheiden. Ter vergelijking: alleen Nederland gebruikt al 1,5 miljoen ton grijze waterstof per jaar. Dus de bijdrage groene waterstof zal in het begin nog vrij klein zijn. Het is een belangrijke stap, omdat we de weg vrij maken voor anderen om ook investeringen te doen, maar nog steeds bescheiden”, zegt hij.
Delfzijl en Duitsland
Na Vlissingen en Terneuzen wil VoltH2 in 2025 een derde, grotere fabriek in Delfzijl bouwen, op het haven- en industriegebied van Groningen Seaports. Die heeft van begin af aan een capaciteit van 4.000 ton (50 megawatt). Verder staan er drie fabrieken in Duitsland op de planning, waarvan de eerste in 2025 in Essen in het Ruhrgebied wordt gebouwd. Die gaat waterstof leveren aan tankstations. De groene waterstof in Nederland wordt in eerste instantie geleverd aan de lokale industrie, de mobiliteitssector, de scheepvaart, de bouwsector en de voedselsector. “Er zijn potentiële klanten genoeg. In het begin hebben we te weinig groene waterstof, niet te veel”, zegt Jurres.
Kijk hier hoe de fabriek in Vlissingen eruit gaat zien:
500 megawatt
Waterstof (H2) is zowel een brandstof (o.a. voor transport en de staal en papierindustrie), een grondstof (o.a. voor kunstmest en raffinage) als een energiedrager (voor opslag en opwekken groene elektriciteit). De industrie gebruikt nu al grote hoeveelheden waterstof, maar die wordt hoofdzakelijk van aardgas gemaakt. Daarbij komt veel CO2 vrij. Dat heet grijze waterstof. De fabrieken van VoltH2 gaan het via elektrolyse maken van gedemineraliseerd water. Dan komt er alleen water en zuurstof vrij en worden er geen broeikasgassen uitgestoten. Nederland heeft die groene waterstof nodig om uiterlijk in 2050 van fossiele brandstoffen af te komen. In 2032 moeten elektrolysers in Nederland volgens het Klimaatakkoord al 8 gigawatt aan groene waterstof kunnen maken. VoltH2 denkt de komende jaren voor 500 megawatt aan groene waterstoffabrieken te kunnen bouwen. Dat staat gelijk aan 40.000 ton groene waterstof.
Nooit genoeg
Oprichter André Jurres zit al meer dan twintig jaar in de duurzame energiemarkt. Hij richtte Essent België op, waar hij in 2003 als eerste met groene stroom de markt op ging. Als medeoprichter van NPG Energy bouwde hij vanaf 2007 een infrastructuur voor biogas, wind- en zonne-energie. Hij ziet waterstof als een belangrijk bouwblok voor de transitie naar een duurzaam energiesysteem. “Waterstof is een veelzijdiger diertje dan zon en wind. Het is groot en het wordt nog veel groter, ook al gaan we nooit genoeg waterstof produceren om aan al onze behoeftes te voldoen. We verbruiken in de wereld 102 miljoen vaten olie per dag. Het is een hele uitdaging om die te vervangen door waterstof, maar dat is wel de ambitie. Het hoofddoel blijft om af te stappen van olie en gas en CO2-neutraal te worden”, zegt Jurres.
Wind op zee
Het hoofdkwartier van VoltH2 zit in het Brabantse Bergen op Zoom. Het begon in 2020 en was het eerste bedrijf dat een omvangrijke SDE++ subsidie kreeg voor de productie van groene waterstof. Volgens Jurres is de ontwikkeling daarvan de laatste jaren in een stroomversnelling geraakt doordat er steeds meer windparken op de Noordzee worden gebouwd. Vlak voor de jaarwisseling maakte minister Jetten bekend dat die parken al 4,7 gigawatt aan stroom kunnen opwekken. “Groene waterstof is nu industrieel gegaan vanwege het succes van wind op zee”, stelt Jurres. “Om groene waterstof te maken heb je ontzaglijke hoeveelheden groene stroom nodig. Dat kan alleen als er te veel van is. Daar zijn we nu snel naartoe aan het gaan.”
Yin en yang
Hij doelt onder meer op het steeds vaker voorkomen van negatieve stroomprijzen als er te veel wind- of zonne-energie wordt opgewekt. Die overschotten zullen volgens Jurres alleen maar toenemen. In 2050 staat er op de Noordzee voor 300 gigawatt aan windparken. Daar kun je veel groene waterstof van maken. VoltH2 koopt die windenergie in voor zijn fabrieken. Jurres: “Waterstof en wind zijn als yin en yang. Het is één geheel, ook al staan ze fysiek misschien niet altijd op dezelfde plek. Zelfs al staat mijn fabriek in Vlissingen en staat mijn windmolenpark in IJmuiden, dan nog ben ik één geheel.”
Aansluiten bij hub
Dankzij VoltH2 kunnen industriële bedrijven in de havengebieden hun grijze waterstof door groene waterstof vervangen om hun processen en activiteiten CO2-neutraal te maken. In Terneuzen komt de komende jaren een cluster voor de productie van geavanceerde biobrandstoffen, waarbij groene waterstof een belangrijke rol kan spelen. Rond Delfzijl wordt een waterstofhub ontwikkeld met windparken op zee, transportleidingen van Gasunie en een aansluiting op het hoogspanningsnet van TenneT. Daar kan VoltH2 op aansluiten. In Delfzijl kan het bedrijf ook zijn restproduct zuurstof verkopen om water mee te zuiveren. Ook levering van zuurstof aan bedrijven in de medische- en voedselsector behoort tot de mogelijkheden. In Terneuzen kan de restwarmte van de elektrolysers aan nabijgelegen kassen geleverd worden. “We willen alle stromen die we hebben zo nuttig mogelijk gebruiken”, legt Jurres uit.
Duitse bussen
In Duitsland was VoltH2 het eerste Nederlandse waterstofbedrijf dat een subsidie van 15 miljoen euro ontving van de deelstaatregering Noordrijn-Westfalen. Die is bedoeld voor de bouw van twee groene waterstoffabrieken in Essen en Gelsenkirchen. De elektrolysers gaan samen jaarlijks 1.600 ton groene waterstof produceren voor bussen, trucks en andere vormen van goederenverkeer. De subsidie werd vorig jaar november overhandigd in het bijzijn van Koning Willem-Alexander, die een bezoek bracht aan het HyPerformer-programma voor waterstoftechnologieën in de regio. Een derde fabriek in Duitsland wordt in Wilhelmshaven aan de Noordzee gebouwd. “Dat is een industrieel project dat bij de start goed zal zijn voor 100 megawatt en een langere ontwikkelingstijd zal hebben”, zegt Jurres. “We hebben nu al heel wat op de boterham.”
Lees ook:
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in