Het debat vond plaats na de presentatie van een nieuw rapport van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS): 'Duurzame Ontwikkelingsdoelen: de stand voor Nederland'. Beide activiteiten vonden plaats in Nieuwspoort in Den Haag. Enkele sprekers waren Wiebe Draijer van de Rabobank, Peter Hein van Mulligen van het CBS, Nationale Energiecommissaris Ruud Koornstra, Emma Clemens van Duurzame Ontwikkeling en verscheidene Tweede Kamerleden.
In 2016 bracht het CBS met een nulmeting voor het eerst in beeld hoe ver Nederland was met de SDG's. Op dat moment was slechts 33 procent van de gevraagde indicatoren beschikbaar, in tegenstelling tot 50 procent in het tweede rapport. De meest opvallende achteruitgang is het wegzakken uit de EU-kopgroep qua broeikasgasintensiteit. Op de andere gebieden is de positie van Nederland niet heel veel veranderd.
De SDG's zijn een reeks doelstellingen voor duurzame ontwikkelingen en vervangen de Millenniumdoelstellingen, die eind 2015 zijn vervallen. Het rapport van vandaag laat zien in hoeverre Nederland is gegroeid sinds 2016. Bij de meeste doelen laat Nederland een positieve ontwikkeling zien, stelt het CBS. Uit de zaal komen echter al snel kritische geluiden en dagvoorzitter Harm Edens merkt op dat het lijkt alsof de pluspunten een stuk zwaarder wegen dan de minpunten.
Absolute vooruitgang van SDG's, maar relatieve daling
Allereerst worden de pluspunten belicht. Nederland staat in de top 5 van Europa als het gaat om recycling van afval, relatieve armoede en vrouwen in het parlement. Bij relatieve armoede is er sprake van onvoldoende middelen, waardoor mensen zijn uitgesloten van een bepaalde levenstandaard in de samenleving. Op het gebied van biologische landbouw, broeikasemissies per inwoner, vrouwen op topposities en hernieuwbare energie sluit Nederland echter de hekken. Op veel van deze gebieden is er wel sprake van enige vooruitgang, maar andere Europese landen zijn harder gegroeid, waardoor Nederland relatief slecht scoort.
Ruud Koornstra, Nationale Energiecommissaris, neemt na de presentatie van het CBS als eerst het woord en zegt zich rot te zijn geschrokken. Er zijn enkele pluspunten te zien, zoals de stijging van het aantal banen, maar op het gebied van klimaat, energie en ongelijkheid scoort Nederland zeer laag. "We hebben ontzettend veel innovaties en kennis in Nederland, we zijn ondernemend en we hebben geld. Hoe is het dan mogelijk dat we hier niets mee doen? We hebben alles in huis, dus wij moeten juist voorop lopen", aldus Koornstra.
Inzet van lokale overheden
Peter Hein van Mulligen van het CBS merkte wel op dat er steeds meer bedrijven met duurzaamheid bezig zijn en dat ze merken dat het geld op kan leveren. Ook bij lagere overheden speelt duurzaamheid een steeds grotere rol. Wobine Buijs-Glaudemans, burgemeester van Oss, is daar een het praktijkvoorbeeld van. Oss werd namelijk uitgeroepen tot meest inspirerende Global Goals Gemeente van Nederland in 2018.
Burgemeester Buijs-Glaudemans wil laten zien dat elke gemeente duurzaamheid op kan pakken. Ze geeft het voorbeeld van Oss, waar het in de crisis ontzettend slecht ging en de werkgelegenheid ontzettend daalde. Toch hebben ze doorgezet en zijn ze inmiddels uitgegroeid tot meest inspirerende duurzame gemeente, vertelt ze. "Het is belangrijk dat we gaan kijken hoe we een duurzame wereld krijgen. Onze Happiness Index is ontzettend hoog, maar ondertussen eten we de wereld op."
Daarnaast geeft Buijs-Glaudemans kritiek op enkele gebruikte indicatoren, zoals de indicator voor het meten van veiligheid. Op het gebied van veiligheid is volgens het onderzoek een positieve stijging zichtbaar, maar Buijs-Glaudemans spreekt dit tegen. "We meten op de verkeerde manier waardoor de cijfers een ontzettende ondermijning zijn van de werkelijke veiligheid. Het aantal inbraken in Oss is wel gedaald, maar de totale criminaliteit niet."
Debat tussen bedrijven, organisaties en Tweede Kamerleden
In het debat wordt de duurzaamheid van Nederland en de rol van Nederland in de wereldwijde duurzame ontwikkeling besproken. In tweetallen zitten medewerkers van bedrijven en organisaties tegenover Tweede Kamerleden. Ook de zaal mag zich aan het eind mengen in het debat. Meer transparantie, harde feiten en aantrekkelijke verdienmodellen om duurzaamheid te stimuleren komen onder andere ter sprake. Vooral de eerste twee elementen komende gedurende het debat terug. De zaal wil weten op welke gebieden het niet goed gaat en hoe deze verbeterd kunnen worden.
Ook wordt in het debat aandacht besteed aan de duurzaamheid van het regeerakkoord van kabinet-Rutte III. Op dat gebied wordt vooral gesproken over de rol van de overheid. De overheid zou meer moeten doen om zelf te verduurzamen en om duurzaamheid binnen bedrijven te ondersteunen. Daarbij wordt opgemerkt door Wiebe Draijer van de Rabobank dat het bedrijfsleven soms zelfs voorloopt op de overheid, terwijl de politiek denkt dat de financiële sector tegen de SDG's is. Een belangrijke conclusie die door alle partijen wordt getrokken, is dat de overheid en de bedrijven vanaf nu beter moeten samenwerken.
Harde feiten en samenwerken
Samenwerking is dan ook het woord waar de dag mee wordt afgesloten. Maresa Oosterman, directeur van de SDG Charter en medeorganisator van het evenement, zegt dat transparantie en samenwerking de twee kernwoorden zijn die blijven hangen. "We willen zien waar het niet goed gaat en vervolgens zullen we echt moeten samenwerken om ons te verbeteren."
Lees ook:
- Europese voedsel- en drankenbedrijven delen bijdragen aan SDG’s
- Expertpanel: 'De SDG's zijn voor bedrijven het nieuwe winnen'
Foto: SUSTAINABLE DEVELOPMENT GOALS
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in