Dat blijkt uit onderzoek van Bloomberg NEF, een onderzoeksbureau gespecialiseerd in de energietransitie. De opbrengst uit de verkopen staken de oliebedrijven in nieuwe fossiele energieprojecten.
Daarnaast werd de opbrengst van het verkopen van oude installaties ingezet voor het afbetalen van schulden of het uitbetalen van dividend aan aandeelhouders. In de periode 2015 en 2020 daalde de olieprijs spectaculair van 115 dollar per vat in 2014 naar onder de 28 dollar in 2020.
Vier keer hoger
Uit het onderzoek van Bloomberg NEF blijkt dat de opbrengsten uit de verkopen vier keer hoger waren dan de investeringen die de bedrijven in dezelfde periode deden in schone energie technologieën. Alleen het Noorse Equinor deed het anders. Dit oliebedrijf investeerde meer in groene energie dan de 10 miljard dollar die de verkoop van fossiele installaties opbracht.
Bij alle overige oliegiganten staken de investeringen in duurzame energieprojecten schril af tegen de verdiensten uit de verkoop van productie-installaties. Vooral bij ExxonMobil, Chevron en ConocoPhilips was het verschil groot. Zij investeerden gezamenlijk slechts 757 miljoen dollar in schone energie, wat neerkomt op 1 procent van de opbrengsten uit verkopen.
Shell verkocht het meest
Van alle negen oliebedrijven is Shell absolute koploper in het afstoten van bezittingen. Het bedrijf deed de afgelopen vijf jaar voor maar liefst 50 miljard aan installaties van de hand. De investeringen in groene energie bleven daarentegen steken op zo’n 8 miljard. En hoewel Shell begin dit jaar met een nieuwe strategie kwam, lijkt het geen verandering te brengen in deze verhoudingen.
Want ook de komende jaren zal Shell het merendeel (80 procent) van de 19 tot 22 miljard dollar aan totale investeringen naar fossiele activiteiten gaan. Zo stopt het bedrijf 12 miljard in olie en gas en 5 miljard in chemie. Voor hernieuwbare bronnen zoals zon en wind trekt het bedrijf jaarlijks 2 tot 3 miljard dollar uit, ongeveer 12 procent van de totale investeringen.
Komende jaren meer verkopen
De meeste van de afgedankte productie-installaties liggen in Europa, wat erop kan wijzen dat de druk van aandeelhouders en politiek om CO2 te reduceren een rol speelt bij de beslissing om oude installaties in de uitverkoop te doen.
Het is aannemelijk dat oliemaatschappijen de komende jaren veel meer installaties van de hand zullen doen. In 2020 kondigde BP al aan dat het in 2030 40 procent minder olie zal winnen, door actief projecten af te stoten of te sluiten.
De vraag blijft of dit ook zal leiden tot meer investeringen in duurzame alternatieven. Terwijl dat wel noodzakelijk is, stelde ook het IEA in zijn rapport 'Net Zero': "Om de klimaatdoelen te halen zullen we 'onmiddellijk' en 'massaal' moeten inzetten op het installeren van alle tot nu toe beschikbare schone energie-technologieën."
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in