De fabriek moet bij de ingang van het Suez-kanaal komen. Daar komt het afval uit het Middellandse Zeegebied terecht: van plastic en kledingresten tot rioolwater. Uit al die dingen kun je waterstof maken via een vrij ingewikkeld proces. Je laat het afval zonder zuurstof, en met een paar speciale bacteriën ‘broeien’. Zo ontstaan een paar grondstoffen die gebruikt kunnen worden voor veevoer én er ontstaat waterstof. Haal de waterstof eruit, en je kunt deze gebruiken als groene brandstof. Er komt ook CO2 vrij bij dit proces, maar H2-Industries wil die afvangen en ook verkopen als grondstof.
Waterstof vloeibaar maken
De beoogde plek voor de fabriek naast het Suez-kanaal is niet toevallig. H2-Industries wil namelijk een groot netwerk van waterstoftransport opzetten. Dat doen ze door waterstof te binden aan andere moleculen, waardoor het spul vloeibaar is bij kamertemperatuur en dus makkelijk meekan in een olietanker. Het kanaal is dan een perfecte doorvoerroute.
H2-Industries kreeg recent een paar miljoen aan investeringen binnen. De ontwikkeling van de Egyptische waterstoffabriek is één van de grote projecten die met dat geld van de grond moet komen. Maar wanneer de fabriek er precies moet komen en hoe H2-Industries aan het nodige afval komt, dat is allemaal nog onduidelijk. De ambitie is in ieder geval groot: 300.000 ton waterstof per jaar. Ter vergelijking: de Nederlandse industrie gebruikt nu 800.000 ton waterstof per jaar, maar die is van grijze origine.
Meer lezen over waterstof? Bekijk dit dossier.
Schrijf je in voor onze Newsbreak: iedere dag rond 12 uur het laatste nieuws
Wil jij iedere middag rond 12 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan! Schrijf je hier in voor onze Newsbreak.
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in