Op het Duitse net daalde het gemiddeld aantal storingsminuten per afnemer van ongeveer 15 minuten in 2013 tot 12,3 minuten in 2014.
In Nederland, met veel minder duurzame opwekking van energie, ligt dat aantal de laatste jaren op 20 à 25 minuten.
Daarmee heeft Nederland, na Duitsland en Denemarken, het op twee na betrouwbaarste net van de Europese landen waar de site Energiewende.de cijfers over presenteert.
Critici van duurzaam energiegebruik claimen dat weersafhankelijke stroombronnen als wind en zon de stabiliteit op het elektriciteitsnet in gevaar brengen. Hoewel de hernieuwbare stroom inderdaad niet op afroep beschikbaar is, hebben de Duitse en Deense netbeheerders de zaken prima op orde.
In Duitsland zijn windmolens en zonnepanelen inmiddels goed voor 17 procent van het jaarlijkse stroomverbruik. Denemarken dekt op goede dagen zelfs ruim 40 procent van zijn elektriciteitsbehoefte met windparken. In Nederland is ligt het percentage voor wind en zonne-energie gezamenlijk op slechts ongeveer 6 procent.
Geen extreem jaar
Denemarken en Duitsland hebben de goede prestaties niet te danken aan bijzondere omstandigheden in 2014, de netten in beide landen zijn om beurten al jaren het meest stabiel van de EU.
Desondanks gaat het te ver om te zeggen dat de Deense en Duitse netten stabieler zijn geworden dankzij de hernieuwbare elektriciteit. Beide landen hebben wel aangetoond dat een hoog aandeel wind- en zonne-energie met de juiste investeringen in netverzwaring geen problemen oplevert.
Bron: Renewables International, Energiewende | Foto: Rennett Stowe, via Flickr Creative Commons (Cropped by Duurzaambedrijfsleven) | Grafiek: Energiewende
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in