“Groene waterstof is nu nog duur en economisch niet rendabel, maar dat wordt het wel”, stelde directeur infrastructuur, energietransitie en klimaatverandering Luciana Costa van de Braziliaanse ontwikkelingsbank BNDES tijdens het 26ste Wereld Energie Congres in Ahoy Rotterdam. Haar bank is de grootste financier van hernieuwbare energie ter wereld. BNDES investeert tot 2040 nog eens 15 en 20 miljard dollar per jaar in groene waterstof en in het verbeteren van havens om groene waterstof van Brazilië naar Europe te transporteren.
Vele toepassingen
Waterstof wordt voor verschillende toepassingen gebruikt. Het is essentieel voor het maken van kunstmest, plastic, benzine en ammoniak en voor allerlei processen in de industrie waarbij veel hitte nodig is. Bij verbranding komt slechts warmte, water en zuurstof vrij. Maar bij de productie uit aardgas en methaan (grijze waterstof) wordt veel CO2 uitgestoten. Dat gebeurt niet bij groene waterstof, dat met elektrolysers en groene stroom wordt gemaakt. In de toekomst kan er groen staal mee gemaakt worden, kan er overtollige groene stroom in opgeslagen worden en kan het gebruikt worden voor auto’s, vrachtwagens, schepen, vliegtuigen of de verwarming van gebouwen en huizen. Zo kan het gas en olie vervangen. Het probleem is alleen dat de productie van grijze waterstof nu nog vele malen goedkoper is dan groene.
Nieuw energiesysteem
In het honderdjarig bestaan van het Wereld Energie Congres ging het vooral over olie en gas en energiezekerheid voor de wereld. Nu snappen ook oliestaten en olie- en gasbedrijven dat de wereld een nieuw energiesysteem nodig heeft. Waterstof speelt in die transitie een belangrijke rol. Die waterstof mag van de organiserende World Energy Council ook van gas of methaan gemaakt zijn, als de CO2 dan maar afgevangen, opgeslagen en gebruikt wordt (CCS). Dat is wat de haven van Rotterdam bijvoorbeeld gaat doen met het Porthos project, dat de afgevangen CO2 van bedrijven als Shell, ExxonMobil en Air Liquide in de haven CO2 gaat opslaan in lege gasvelden in de Noordzee.
Snel opschalen
Op die manier wordt grijze waterstof blauw. De komende jaren zal dit type waterstof nog een belangrijke rol spelen. “Maar de komende decennia moeten we de productie van groene waterstof zo snel mogelijk opschalen om de prijs naar beneden te krijgen. Brazilië heeft een gunstige positie om daaraan mee te doen, al zullen we in Europa een groot deel zelf moeten produceren met behulp van windenergie,” zegt CEO Boudewijn Siemons van het Havenbedrijf Rotterdam. “Schaal is belangrijk om het rendabel te maken. Je zag dat ook bij wind- en zonne-energie. Daar is nu geen subsidie meer voor nodig. Het kostte ons twintig jaar om op dat punt te komen, maar we hebben geen twintig jaar de tijd voor waterstof.”
Grootste energiehaven
Rotterdam is de grootste en belangrijkste importhaven voor alle soorten industrieën in Europa. Of zoals burgemeester Ahmed Aboutaleb tijdens de openingsceremonie tegen de Duitse delegatie zei: “Geen Rotterdam, geen Mercedes.” Van oudsher is het ook een belangrijke energiehaven. Niet alleen hebben alle grote oliebedrijven er raffinaderijen en opslagtanks, ook als doorvoerhaven is het de poort naar Europa. 13 procent van alle Europese energie komt binnen via de Rotterdamse haven. “Dat is nu vooral fossiele energie, op een beetje hernieuwbaar na. Dat moet veranderen. Daar zijn we dagelijks hard voor aan het werken”, zegt Siemons. In de toekomst zal een deel van de groene energie elektriciteit van windparken op zee zijn, die hier aan land komt. Een ander deel zal volgens hem bestaan uit brandstoffen, vooral waterstof. Of ammoniak, om dat gas in te vervoeren. “Omdat Europa altijd te weinig productiecapaciteit heeft, zal Rotterdam ook fungeren als belangrijke importhaven voor waterstof”, stelt Siemons. Een paar jaar geleden schatte de haven dat ze landen in Noordwest-Europa 4,6 miljoen ton groene waterstof per jaar kan leveren. Goed voor een CO2-reductie van 46 miljoen ton. In 2050 zal dat al 20 miljoen ton zijn.
Grootste groene waterstoffabriek
Een deel daarvan zal de haven zelf produceren. Shell bouwt op Maasvlakte 2 de grootste groene waterstoffabriek van Europa, met een capaciteit van 200 megawatt. Vanaf 2025 gaat deze Holland Hydrogen I naar verwachting 60 ton groene waterstof per dag produceren met behulp van windenergie van het windpark Hollandse Kust Noord, ook in handen van Shell. Ook Eneco heeft plannen voor zo’n fabriek. Die krijgt een vermogen van 800 megawatt en zou vanaf 2029 per jaar 80.000 ton groene waterstof moeten produceren uit zon- en windenergie. Tegenslagen zijn er ook. Het Duitse Uniper besloot onlangs de bouw van een 100 megawatt groene waterstoffabriek uit te stellen vanwege een dreigend tekort aan windenergie.
Import uit Brazilië
Maar het grootste deel van de groene waterstof – zo’n 90 procent - zal toch geïmporteerd moeten worden. Rotterdam heeft daar al met 25 landen overeenkomsten over gesloten. Veel ogen zijn gericht op Brazilië. Sinds 2018 is het havenbedrijf voor 30 procent eigenaar van de snelgroeiende haven in Pecém in Noordoost Brazilië, strategisch belangrijk omdat die het dichtst bij Europa ligt. In 2023 ondertekenden beide havens een intentieverklaring om een groene waterstof corridor op te zetten.
Volgens onderzoeksbureau BloombergNEF en andere denktanks en consultants zal Brazilië in 2030 de goedkoopste producent van groene waterstof ter wereld zijn. Denktanks schatten de prijs op 2,70 dollar per kilo of tussen de 1,69 en 1,86 dollar per kilo. BloombergNEF komt uit op een prijs tussen de 1,80 en 4,70 dollar per kilo. Ter vergelijking: nu kost het produceren van groene waterstof nog tussen de 4,5 en 12 dollar per kilo en kan het niet concurreren met de prijzen van grijze waterstof. Dat kost tussen de 0,98 en 2,93 dollar per kilo.
Goedkope groene energie voor de wereld
Dat het zo goedkoop kan, komt door de enorme productie van goedkope groene stroom uit waterkrachtcentrales, biomassa en wind- en zonneparken in Brazilië. “Wij zijn op het punt waar de rest van de wereld over tien jaar zal zijn. Ons elektriciteitsnet draait al voor 88 procent op hernieuwbare stroom. We hebben ook een stroomnet van 180.000 kilometer, zodat we die groene energie overal in het land naartoe kunnen transporteren. Door die lage kosten kan Brazilië de wereld helpen met deze goedkope vorm van energie. De kosten bedragen bij ons 25 dollar per megawatt groene waterstof, tegenover 50 dollar elders in de wereld”, zegt Costa van de Braziliaanse Ontwikkelingsbank. Hoe krijgt Brazilië die prijs verder omlaag? Door vol in te zetten op meer wind- en zonne-energie, op innovatie en door langetermijnfinancieringen en subsidies, somt ze op. De eerste groene waterstofprojecten zullen in 2026 of 2027 starten.
Waterstofnetwerk
Die groene waterstof komt straks in Rotterdam aan in speciale terminals die vanaf 2025 operationeel moeten zijn. Vanuit de haven wordt de brandstof naar de rest van Nederland en Europa in getransporteerd. In 2023 begon in de haven de aanleg van het nationale waterstofnetwerk dat straks 1.200 kilometer lang is en vijf grote industriële clusters van groene waterstof voorziet. Met de Delta Rijn Corridor - een bundel van ondergrondse buisleidingen en kabels - wordt het naar Limburg en Duitsland getransporteerd.
Handelsplatforms nodig
Om de nieuwe groene waterstofeconomie van de grond te krijgen, is het volgens Siemons belangrijk om vraag en aanbod bij elkaar te brengen. Er moeten contracten gesloten worden tussen leveranciers en gebruikers. Dat gebeurt nu nog niet. Er is namelijk nog geen vaste handelsprijs, zodat handel bemoeilijkt wordt. Europa probeert die markt van de grond te krijgen via handelsplatforms als H2Global en HyXchange, die veilingen en tenders voor waterstofcontracten houden. “Zo brengen we alle elementen samen om deze markt op gang te krijgen”, zegt Siemons. Volgens Costa wil Brazilië graag meedoen aan deze veilingen.
Lees ook:
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in