Layco Medical Devices is drie jaar geleden opgericht door Dieuwertje Drexhage en Thom Weustink, als spin-off van de ‘Surgery for All’-onderzoeksgroep van de TU Delft. Dat programma wil medische apparaten wereldwijd goedkoper en eenvoudiger maken, zodat ze voor iedereen toegankelijk worden. De missie van Layco sluit daar op aan. Het wil de toegankelijkheid van de zorg vergroten, de klimaatafdruk van de zorg verkleinen en het sterftecijfer van baby’s en moeders tijdens de bevalling terugdringen. De start-up wil daarvoor simpele, gebruiksvriendelijke, herbruikbare apparaten ontwikkelen die iedereen kan gebruiken. De ‘lay’ in de naam staat dan ook voor ‘laymen’ oftewel ‘leken’. Het idee erachter: waarom zou je gecompliceerde apparatuur ontwikkelen als het ook veel makkelijker kan voor de eindgebruiker?
Onnodige babysterfte
In armere landen in Afrika en Zuid-Oost Azië ligt de babysterfte volgens Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) tussen 20 tot 40 op 1.000 bevallingen. In rijkere landen is dat 12. Ook overlijden in armere landen meer moeders tijdens de bevalling: 430 op 100.000 tegenover 12 op 100.000 in rijkere landen.
Biomedisch engineer Dieuwertje Drexhage zag tijdens een stage bij een ziekenhuis in Kenia met eigen ogen een van de grootste problemen: het gebrek aan simpele herbruikbare medische apparatuur. “Van alle medische apparaten in die landen belandt 70 procent op de afvalberg omdat onderdelen kapot gaan. Die zijn vaak te duur of kunnen niet geleverd worden”, vertelt haar compagnon Weustink. “Dat komt omdat er een mismatch is tussen de ontwikkeling van medische apparaten hier in hoge inkomenslanden en wat de rest van de wereld nodig heeft.”
Vacuümpomp van 25 onderdelen
Neem een vacuümpomp, die wordt gebruikt bij bevallingen die te lang duren. Het wordt ingezet als de moeder vermoeid raakt of er zuurstoftekort dreigt voor de baby. Door een cup op het hoofdje van de baby te zetten en die cup via een slangetje met een pompje vacuüm te zuigen, kan de foetus voorzichtig naar buiten worden getrokken. “In hoge inkomenslanden bestaat zo’n pomp uit 25 onderdelen en is het een wegwerpinstrument dat we na één keer gebruiken weggooien”, zegt Weustink. Dat komt onder meer omdat die 25 onderdelen moeilijk te steriliseren zijn na gebruik. In armere landen worden deze apparaten wel vaker gebruikt, weten hij en Drexhage. Ze zijn te duur om al na één keer weggegooid te worden. Maar dat zorgt wel voor grotere risico’s op infectie. Vaak gaan ze na drie hergebruiken alsnog kapot. Daarom wordt er in armere landen beperkt gebruik van gemaakt van deze vacuüm-extractie.
Simpele pomp redt baby’s
Tijdens de coronapandemie ging R&D Engineer Christiaan Bakker van Layco - destijds aan het afstuderen van de TU Delft - samen met gynaecologen en verloskundigen die in Afrika werken op zoek naar een oplossing. Layco heeft nu op basis van twee gepatenteerde technieken een simpele, eenvoudige vacuümpomp ontwikkeld: de Vela. “Die bestaat uit slechts vijf onderdelen en is makkelijk te steriliseren en opnieuw te gebruiken”, zegt Weustink.
Onderzoek van gynaecoloog Barbara Nolens in Oeganda heeft aangetoond dat door de re-introductie van een dergelijke vacuümpomp de babysterfte bij bevallingen met ongeveer 24 procent kan afnemen. Zelfs al stijgt het gebruik maar van 0,6 naar 2,6 procent van de bevallingen. Ter vergelijking: in Nederland ligt het percentage vacuüm-extractie tussen de 7 en 10 procent. Layco gaat de pomp in armere landen tegen een lagere prijs aanbieden dan in rijkere landen. Het gaat daarvoor samenwerken met distribiteurs die ook voor de WHO, UNICEF en andere NGO’s werken.
Prijswinnaars
In november won Drexhage met de Vela de Albert Schweitzer Prijs 2023 en werd ze uitgeroepen tot ‘Gezondheidspionier van het jaar’. Deze prijs wordt jaarlijks door het gelijknamige fonds uitgereikt aan jonge gezondheidspioniers met innovatieve ideeën ter bevordering van de gezondheid in Sub-Sahara-Afrika. Layco werd de afgelopen maanden ook geselecteerd als pionier voor het Impact Program van TEDx Amsterdam. “We hebben daar samen met andere pioniers geleerd hoe we ons verhaal beter onder de aandacht kunnen brengen en hoe we investeringen kunnen ophalen”, legt Weustink uit.
Eerste apparaten in juni 2024
Die heeft het bedrijf nodig nu in juni 2024 de eerste serie van duizend apparaten geproduceerd wordt. De start-up heeft de afgelopen maand al 300.000 euro aan financiering gekregen van het Innovatiefonds Noord-Holland. Met dat geld wordt de Vela verder getest, onder meer bij het Amsterdam UMC. De vacuümpomp is de afgelopen maanden al in Nederlandse en Keniaanse ziekenhuizen getest. Het team is een paar keer naar Kenia gereisd om te kijken hoe de Vela daar gebruikt wordt en om feedback te krijgen. De uitkomst is dat het apparaat even goed werkt als de variant met 25 onderdelen. “Van de 70 gynaecologen zei 95 procent dat ze het wegwerpapparaat graag inruilen voor de herbruikbare variant”, zegt Weustink.
Verduurzaming zorg
Niet alleen in Afrika is er enthousiast op de Vela gereageerd, ook in Nederland. Het apparaat is net zo makkelijk te gebruiken als de wegwerpvariant, maar is een stuk duurzamer. De Nederlandse zorgsector zorgt voor behoorlijk wat vervuiling. De sector is verantwoordelijk voor ruim 7 procent van de landelijke CO2-uitstoot, 13 procent van het grondstoffengebruik en 4 procent van het afval. Weustink: “De zorg stoot twee keer zoveel CO2 uit als de vliegtuigsector. Er is dus werk aan de winkel.” Layco heeft een studente van de TU Delft een life cycle assessment (LCA) laten uitvoeren op de Vela. In vergelijking met het wegwerpapparaat van de concurrent zorgt de simpele vacuümpomp voor zo’n 40 procent minder CO2-uitstoot en 98 procent minder afval.
Lees ook:
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in