Singapore is uitgegroeid tot het boegbeeld van de moderne voedselvoorziening. Al is de eilandstaat, opgericht in 1965, nog jong en heeft het nauwelijks eigen voedselvoorzieningen. Zo’n 90 procent van al het voedsel wordt geïmporteerd, wat Singapore erg afhankelijk maakt van andere landen. Maar het land heeft een doel gesteld: in 2030 wil het voor 30 procent in de eigen voedselbehoefte voorzien. En dat werkt voedselinnovaties in de hand.
Urban farming
Meer voedsel van eigen bodem is een uitdaging in het dichtbevolkte gebied. De metropool telt 25.000 inwoners per vierkante kilometer (Nederland iets meer dan 500). Maar één procent van het beschikbare landoppervlak wordt gebruikt voor de landbouw. En dus moet het land creatief zijn. Singapore teelt niet in de breedte, maar in de hoogte. Er wordt ondergronds en bovenop de daken geteeld. Zo worden gebouwen omgetoverd tot voedselfabrieken. Een voorbeeld hiervan is Citiponics: een daktuin bovenop een grote parkeergarage.
Kweekvlees
Singapore loopt voorop met kweekvlees. Eind 2020 gaf de eilandstaat als eerste land ter wereld toestemming voor de verkoop. Het vlees komt niet van geslachte dieren, maar is opgekweekt in een bioreactor. Kweekvlees wordt gezien als een oplossing voor milieuproblemen en dierenleed. Ook is er veel minder ruimte nodig om kweekvlees te produceren in vergelijking met de traditionele vleesindustrie. In het dichtbevolkte Singapore is dat erg voordelig.
Regelgeving
Dat de overheid voedselinnovaties stimuleert, is ook goed terug te zien in de wetgeving. De wetten en regels om nieuwe producten op de markt te brengen zijn in Singapore soepeler dan andere plekken op de wereld. Zo komt het dat de ontwikkelingen in de Aziatische eilandstaat relatief snel gaan.
Samenwerken
Ook werken de Singaporese overheid, het bedrijfsleven en onderwijsinstellingen nauw met elkaar samen. In het kleine land weten alle instellingen elkaar goed te vinden. Daaruit ontstaan mooie initiatieven. De eerste universitaire opleiding alternatieve eiwitten werd geïntroduceerd op de Nanyang Technological University (NTU) in Singapore. Het lesprogramma is samengesteld met de non-profit organisatie The Good Food Institute Asia-Pacific en behandelt de wetenschap achter drie van de belangrijkste alternatieve eiwittechnologieën: plantaardig eiwit, kweekvlees en fermentatie.
De samenwerking gaat ook de grens over. Zo heeft de Singaporese overheid samenwerkingsovereenkomsten met Nederland, zoals Wageningen Universiteit en Research (WUR).
Financiering
Dit alles maakt Singapore een aantrekkelijke plek voor start-ups in de voedingsindustrie. Een extra stimulans om naar de Aziatische metropool te trekken, zijn de vele financieringsmogelijkheden. Beginnende bedrijven kunnen onder andere aanspraak maken op het Singaporese staatsinvesteringsfonds Temasek voor ondersteuning bij productontwikkeling, markttoegang, opschaling en distributie.
Naast beginnende bedrijven zijn er ook talloze multinationals gevestigd in Singapore. Verschillende organisaties tuigen programma's op waarin gevestigde voedselproducenten de start-ups helpen en begeleiden in hun opschalingsproces. Ook investeert het bedrijfsleven fors in nieuwe technieken en plantaardige producten.
Lees ook:
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in