Het korte en bondige antwoord is: "Ja", vertelt Hans Manschot, eigenaar van wijngaard Domein Hof Detharding in de Achterhoek. “Op dit moment is het klimaat in Nederland vergelijkbaar met dat van de Franse Elzas dertig jaar geleden. Dit betekent dat je een druif als de Pinot Noir, die traditioneel geteeld wordt in de Bourgogne, nu steeds vaker in Nederland ziet. Twintig jaar geleden had dat niet gekund.”
Klimaat haalt druiven in
Niet alleen is de temperatuur gestegen, de wijndruif in Nederland krijgt de laatste decennia ook meer zon. En zonlicht zorgt voor een dikkere schil met meer kleur-, geur,- en smaakstoffen. En dus smaakvollere wijn. “Wijnboeren die twintig jaar geleden zijn begonnen met het telen van het ras Solaris, merken nu dat de druif eigenlijk zelfs teveel zon krijgt”, gaat Manschot verder. “Hierdoor rijpt de druif sneller en moet je eigenlijk vroeger oogsten dan je zou willen. Een te rijpe druif betekent namelijk meer suikers, waardoor het alcoholpercentage te hoog wordt. Idealiter wil je de druif langer laten hangen, zodat bijvoorbeeld ook de pit tijd heeft om zich te ontwikkelen. Dit komt de smaak ten goede.”
Grotere extremen
Niet alleen biedt het veranderende klimaat in Nederland dus ruimte voor nieuwe druivensoorten, het zorgt ook dat andere rassen zich juist minder welkom voelen. Maar er is meer aan de hand. Naast dat de Nederlandse zomers droger en heter zijn, worden de weerschommelingen ook extremer. “We hebben vaker te maken met stevige hagelbuien in juli, waardoor druiven beschadigen”, zegt Manschot. “Ook nachtvorst in april is gebruikelijker dan vroeger. Daar houdt de druif uiteraard minder van. Er hangen dus ook absoluut nadelen aan de gevolgen van klimaatverandering voor de wijnbouw in Nederland.”
Wetenschap ontwikkelt nieuwe rassen
Daarbij komt dat regenachtige dagen en zwoele zomeravonden de ideale omstandigheden scheppen voor schimmels zoals meeldauw. Gelukkig schiet de wetenschap wijnbouwers hier steeds vaker te hulp. Telers en universiteiten ontwikkelen de laatste jaren nieuwe schimmelbestendige rassen door bestaande druiven te kruisen. “Wat betreft schimmelbestendigheid loopt Nederland voorop”, zegt Manschot. “Dit is fijn voor de wijnboer, maar ook voor de natuur. Hierdoor zijn namelijk een stuk minder bestrijdingsmiddelen nodig dan in andere landen.” Kunnen we straks dan een Nederlandse Cabernet Sauvignon verwachten? “Niet met de huidige schimmelgevoelige druif”, denkt Manschot. “Maar ook hier lopen onderzoeken van de universiteit van Bordeaux om een schimmelbestendige kloon te maken. Dus wie weet wat de toekomst ons brengt."
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in