Met de stofkam door de uitstootcijfers van de AEX-bedrijven: klimaatprestaties nog onvoldoende

Slechts 6 van de 25 grote, beursgenoteerde bedrijven in Nederland liggen op koers om hun zelf gestelde klimaatdoelen te halen. Hoewel 80 procent er het afgelopen jaar in is geslaagd zijn eigen uitstoot van CO2 te reduceren, hebben de meeste bedrijven de emissies van hun klanten en leveranciers nog onvoldoende in beeld of weten te verminderen.

Beurspleinuitstoot
Het mes van de CSRD snijdt aan twee kanten: bedrijven kunnen laten zien hoe goed ze bezig zijn, buitenstaanders krijgen een kijkje in de keuken.

Change Inc. verzamelde de uitstootcijfers van alle vijfentwintig beursgenoteerde bedrijven in de AEX. Denk aan ondernemingen als ABN Amro, Heineken, Unilever en Philips. Dat bleek nog niet zo eenvoudig, aangezien de cijfers met vlagen goed verstopt zaten in de vaak honderden pagina’s tellende jaarverslagen. Uit de gegevens zijn interessante conclusies te trekken over de klimaatprestaties van BV Nederland.

De tijd waarin we moesten gissen naar de uitstoot van Nederlandse ondernemingen, nadert langzaam zijn einde. Met de komst van de Europese Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD) zijn alle grote, beursgenoteerde bedrijven vanaf dit jaar verplicht om te rapporteren over hun invloed op mens en milieu. Veel bedrijven draaiden de afgelopen jaren al warm en verzamelden jaarlijks cijfers over hun CO2-uitstoot, gecontroleerd door accountancykantoren.

Hoewel jaarverslagen open zijn voor het publiek, vergt het vinden van de goede cijfers aardig wat werk. Het ene bedrijf geeft ze namelijk een prominente plek aan het begin van het klimaathoofdstuk, maar het andere moffelt ze – bedoeld of onbedoeld – weg in een bijlage. De één rapporteert trots over vergaande CO2-reductie, voorzien van kleurrijke infographics, de ander rept met geen woord over de reden waarom bepaalde cijfers ontbreken. Want ook dat laatste is namelijk realiteit. Hoewel de meeste bedrijven inmiddels CO2-uitstootcijfers opnemen in hun jaarverslagen, valt een handvol op met lege vakjes.

Hieronder staan de uitstootcijfers van alle AEX-bedrijven op een rij. Omdat er grote verschillen zitten tussen de bedrijven, is gekozen voor een logaritmische schaal. Hierdoor zijn alle uitstootcijfers zichtbaar in één grafiek. Opvallend: Shell heeft de hoogste uitstoot binnen de AEX, en die uitstoot is ruim 22 keer zo groot als die van de nummer twee, Unilever.

Uitstoot per bedrijf Change Inc
CO2-uitstoot per bedrijf in de AEX

Afname eigen uitstoot

Uit de kluit aan gegevens kunnen enkele interessante conclusies worden getrokken. Allereerst voor de scopes 1 en 2, de ‘eigen’ emissies van bedrijven. Dat is de uitstoot gerelateerd aan eigen bedrijfsactiviteiten, bijvoorbeeld uitlaatgassen van vrachtwagens of uitstoot veroorzaakt door het elektriciteitsverbruik in een fabriek. Nagenoeg alle AEX-bedrijven rapporteren daar al enige jaren consistent over. Een groot deel van de bedrijven slaagt er ook in om de scope 1 en 2-uitstoot de afgelopen jaren te reduceren. Bij twintig van de vijfentwintig AEX-bedrijven (80 procent) daalde de eigen uitstoot in 2023 ten opzichte van 2022. Bij zestien bedrijven (64 procent) was dat zelfs twee jaar op rij het geval. De scope 1 en 2-uitstoot van de gehele AEX (exclusief Arcelormittal, vanwege ontbrekende data) was in 2023 maar liefst 16 procent lager dan in 2021 – van ongeveer 75.000 kiloton naar 63.000 kiloton CO2-equivalenten.

Zonder context zeggen de reductie-aantallen alleen niet veel. Een afname van 10 procent is voor het ene bedrijf misschien prijzenswaardig, terwijl een ander bedrijf daarmee achterloopt. Om dat te beoordelen, moet gekeken worden naar de reductiedoelen die bedrijven zichzelf stellen. Waar het bedrijfsleven zich vroeger namelijk verschuilde achter generieke claims als ‘klimaatneutraliteit in 2050’, zetten ondernemingen inmiddels veel concretere stippen op de horizon. Bijvoorbeeld: ‘90 procent reductie van onze scope 1 en 2-uitstoot in 2030 ten opzichte van 2018’. Uitgaande van een lineair afbouwpad, is het dus mogelijk om te berekenen hoe ver bedrijven hun CO2-uitstoot in 2023 hadden moeten reduceren om in lijn te blijven met hun doelen.

Hoopvol beeld

In dat licht is het beeld voor scope 1 en 2 gematigd positief. Bij negen van de vijfentwintig AEX-bedrijven zijn geen doelen gesteld of ontbreken gegevens. Zestien van de vijfentwintig bedrijven hebben wel concrete, controleerbare doelen. Vijftien daarvan hebben hun CO2-uitstoot in 2023 dusdanig teruggebracht om volgens een lineair afbouwpad hun uiteindelijke doelstellingen te kunnen halen. De bedrijven met uitstootcijfers die de door Change Inc. berekende ‘streefwaarde’ niet overschrijden, liggen dus op koers.

Ongeveer de helft van die bedrijven (zeven) liet zijn doelen erkennen door het Science-Based Targets initiative (SBTi), een organisatie die wetenschappelijke kaders heeft gesteld waarmee bedrijven hun klimaatplannen in lijn kunnen brengen met het Parijsakkoord. Alles bij elkaar kan dus geconcludeerd worden dat zeven van de vijfentwintig AEX-bedrijven (28 procent) in lijn zijn met hun eigen, SBTi-erkende scope 1 en 2-doelen.

In het diagram hieronder is te zien of bedrijven in 2023 hun uitstoot hebben weten te reduceren tot de ‘streefwaarde’ die nodig is om hun toekomstige doelstellingen te halen. Bedrijven met een groene balk rapporteren al minder uitstoot dan die streefwaarde, bedrijven met een rode balk juist meer.

Scope 1 en 2 dot
* De streefwaarde (berekend door Change Inc.) is de 'uitstootdrempel' in 2023 voor bedrijven om nog in lijn te zijn met hun toekomstige CO2-reductiedoelen. Hierbij wordt uitgegaan van een lineair afbouwpad.

Een opvallende uitschieter is ASML, een van ’s werelds grootste chipfabrikanten. Volgens de berekeningen overschrijdt het Veldhovense bedrijf zijn streefwaarde met wel 90 procent. Hoewel hier in het jaarverslag van ASML geen verklaring voor genoemd wordt, zou het eraan kunnen liggen dat de uitstoot in referentiejaar 2019 relatief laag was. Het reductiedoel van ASML is op dit jaar gebaseerd, terwijl de uitstoot in de jaren erna hoger lag. Wel rapporteert het bedrijf al twee jaar op rij een afname van de eigen uitstoot.

Verder valt op dat veel andere bedrijven aanzienlijk verder zijn in hun scope 1 en 2-acties dan zou ‘hoeven’ om hun doelen te halen. Vijf van de AEX-bedrijven zitten zelfs 50 procent of meer onder de streefwaarde.

Scope 3 blijkt nog lastig

Alleen de uitstoot in scope 1 en 2 geeft een incompleet beeld van de CO2-voetafdruk van bedrijven. Veruit de meeste uitstoot – geschat wordt zo’n 90 procent of zelfs meer – zit namelijk in scope 3. Dat zijn de ‘indirecte’ emissies van bedrijven, veroorzaakt door klanten of leveranciers in hun keten. Voor met name productiebedrijven, waarbij materialen nodig zijn voor het ontstaan van een product, vindt in deze scope veel uitstoot plaats. Bij bedrijven die diensten leveren, is dat iets minder het geval.

Het is niet eenvoudig om uitspraken te doen over trends van de scope 3-uitstoot. Vanwege de enorme omvang van deze categorie, is het voor bedrijven lastig om die nauwkeurig in kaart te brengen. Het zicht op wat er aan uitstoot in de ketens van bedrijven plaatsvindt, wordt ieder jaar groter. Ook worden de gebruikte meetmethodes verbeterd. Dat een bedrijf in 2023 een hogere scope 3-uitstoot rapporteert dan het jaar ervoor, wil daarom nog niet zeggen dat er ook daadwerkelijk meer uitstoot in die categorie heeft plaatsgevonden. En voor een lagere uitstoot geldt hetzelfde.

Bij het bekijken van de eigen gestelde doelen voor scope 3 komt een ander beeld naar voren dan bij scope 1 en 2. Dertien AEX-bedrijven hebben concrete en controleerbare scope 3-doelen gesteld. Van die dertien hebben slechts zeven bedrijven hun CO2-uitstoot onder de streefwaarde voor 2023 kunnen brengen. Dat is dus een stuk minder dan voor de eigen uitstoot in scope 1 en 2. Vier van die doelen zijn erkend door het SBTi. Ofwel: vier van de vijfentwintig AEX-bedrijven (16 procent) zijn in lijn met de eigen, SBTi-erkende scope 3-doelen.

Scope 3 dot
* De streefwaarde (berekend door Change Inc.) is de 'uitstootdrempel' in 2023 voor bedrijven om nog in lijn te zijn met hun toekomstige CO2-reductiedoelen. Hierbij wordt uitgegaan van een lineair afbouwpad.

Zes bedrijven op volle koers

Uit de berekeningen blijkt dat zes AEX-bedrijven in lijn zijn om al hun doelen te halen, dus voor zowel scope 1, 2 als 3. Dat zijn: BE Semiconductor Industries, DSM Firmenich, Heineken, Philips, Randstad en Universal Music Group. Daarvan hebben Heineken, Philips en Universal Music Group hun doelen laten erkennen door het SBTi.

Uiteenlopende referentiejaren

Een opvallend detail: de referentiejaren die bedrijven kiezen voor hun reductiedoelen zijn veelal verschillend. Zo zet Heineken bijvoorbeeld in op een reductie van de scope 1 en 2-uitstoot van 90 procent in 2030 ten opzichte van 2022. KPN ambieert eenzelfde reductie, maar dan ten opzichte van het jaar 2015. En ook bijna alle tussenliggende jaren komen onder de AEX-bedrijven voor. Waarom er zulke grote verschillen bestaan, is wederom lastig te zeggen vanwege individueel geldende omstandigheden. Heineken zegt dat het jaar 2022 is gekozen om ‘de voorraad zo nauwkeurig mogelijk weer te geven’. KPN doet er in het jaarverslag geen uitspraken over.

Hoewel de motivaties per bedrijf verschillen, wordt over het algemeen wel aangenomen dat het vaststellen van het referentiejaar een strategische keuze is. Stel dat de uitstoot in bijvoorbeeld 2018 veel hoger was dan in omringende jaren, dan ligt het strategisch voor de hand om dat jaar als referentiejaar te kiezen. Niet alleen is het ‘verminderen’ van de uitstoot in dat geval relatief eenvoudig, ook kun je een hoger reductiedoel presenteren.

Tentakels van de CSRD

Het mag blijken dat de Europese rapportageverplichtingen veel voordelen met zich meebrengen. Enerzijds biedt het bedrijven de kans om onderbouwing te geven aan hun publieke klimaatclaims, anderzijds geeft het buitenstaanders mogelijkheden om te controleren of bedrijven zich voldoende inzetten op klimaatverandering tegen te gaan. Zo wordt dankzij de transparantie duidelijk dat bedrijven aanzienlijke stappen zetten in het terugdringen van de scope 1 en 2-uitstoot. Ook groeit het inzicht in de worstelingen van bedrijven met betrekking tot het bepalen en reduceren van scope 3-emissies. En naarmate de tentakels van de CSRD zich in de komende jaren verder uitspreiden over het bedrijfsleven, zullen deze inzichten alleen maar groeien.

Aannames

Voor deze analyse heeft Change Inc. de volgende aannames gehanteerd:

- De verzamelde uitstootcijfers zijn verzameld uit de jaarverslagen van AEX-bedrijven. Voor de doelstellingen is, waar nodig, uitgeweken naar afzonderlijke duurzaamheidsverslagen.

- Sommige bedrijven stellen meerdere doelen per scope, voor zowel de korte, middellange als lange termijn. Voor deze analyse is uitgegaan van de doelen voor het jaar 2030. Als bedrijven geen doel hebben gesteld voor 2030, is uitgeweken naar doelen voor bijvoorbeeld 2025 of 2040. Doelen voor het jaar 2024 zijn uitgesloten.

- De ‘streefjaren’ waarover wordt gesproken in de analyse, zijn niet door de bedrijven zelf ontsloten. Die zijn berekend door een lineair afbouwpad te tekenen vanaf het referentiejaar naar het doeljaar. In de realiteit zal niet ieder bedrijf een lineair afbouwpad kennen. Desondanks geeft een lineair afbouwpad een indicatie waarmee bepaald kan worden of bedrijven al dan niet op de goede weg zijn hun doelen te halen.

- De bedrijven Akzonobel en Nationale Nederlanden hebben geen individuele doelen gesteld voor scope 1 en 2, alleen voor alle drie de scopes tezamen. Die doelen zijn in deze analyse gecategoriseerd als scope 3-doelen.

- Het SBTi wordt gezien als gerenommeerd instituut om te bepalen of bedrijven al dan niet Parijs-waardige doelen hebben en dus gericht zijn op een maximale temperatuurstijging van 1,5 graad tot 2050. Toch kunnen de doelen van bedrijven die geen SBTi-goedkeuring ontvangen hebben, nog steeds in lijn zijn met doelen uit het Parijsakkoord. Sommige bedrijven kunnen bovendien nog in het beoordelingsproces van het SBTi zitten, waardoor ze tot op heden geen stempel ontvangen hebben.

- Veel bedrijven rapporteren geen gegevens over de CO2-uitstoot in het referentiejaar. Wel rapporteren die dan vaak een percentage afname in 2023 ten opzichte van het referentiejaar. Met die informatie kunnen de emissies in het referentiejaar worden achterhaald.

- Bedrijven rapporteren hun scope 2-emissies op twee manieren: location-based en market-based. Voor deze analyse is gebruik gemaakt van market-based emissies.

Change Inc.

schrijf je in voor de nieuwsbrief

Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!

Schrijf je nu in

Nieuws & Verhalen

Changemakers

Bedrijven

Events


Producten & Diensten


Lidmaatschap

Inloggen

Nieuwsbrief & Memberships


Over Change Inc.

Over ons

Waarom Change Inc.

Team

Partnerships & Adverteren

Werken bij Change Inc.

Pers & media

Onze partners

Contact

Start

Artikelen

Changemakers

Bedrijven

Menu