Wie aan duurzaamheid denkt, denkt waarschijnlijk niet meteen aan afvalverbranding. Toch is dit een onmisbaar onderdeel van een duurzame afvalketen, zegt Michiel Timmerije, directeur energie en reststoffen bij AVR. “Voor de duidelijkheid: het is essentieel dat we de aankomende jaren inzetten op afvalpreventie en meer en meer afval recyclen. Maar er zal altijd een bepaald percentage overblijven dat niet recyclebaar is. Denk bijvoorbeeld aan bouw- en sloophout, dat bewerkt is met verf en lijm. Of de reststroom die tot stand komt bij papierrecycling. Die afvalstromen nemen wij voor onze rekening.”
Zoveel mogelijk energie, zoveel mogelijk grondstoffen
AVR verwerkt inmiddels zo’n 2,1 miljoen ton restafval per jaar, met als doel om daar zoveel mogelijk energie en grondstoffen uit te halen. Het verbrandt bijvoorbeeld zo’n 140.000 ton papierpulpresidu (een restproduct van papierrecycling) per jaar en wekt daar zo’n 350 Terajoule aan warmte en meer dan 7 gigawattuur aan elektriciteit mee op. Dit is vergelijkbaar met de jaarlijkse energiebehoefte van ongeveer 151.000 huishoudens. Maar ook grondstoffen worden zoveel mogelijk teruggewonnen. Na de verbranding van papierpulpresidu blijft er namelijk een cementproduct over dat AVR Topcrete noemt. Dit heeft verschillende toepassingen in de bouwsector.
“Onze diensten leveren andere bedrijven een forse CO2-reductie op”, zegt Timmerije. “Onze stoom wordt bijvoorbeeld afgenomen door industriële bedrijven, die daardoor minder fossiele brandstoffen, zoals aardgas en olie, hoeven te verstoken om die stoom zelf te produceren.”
Pionieren met CO2-afvang
Sinds augustus van vorig jaar wint AVR niet alleen zoveel mogelijk energie en grondstoffen terug, maar ook zoveel mogelijk CO2. Het is daarmee het eerste afvalenergiebedrijf dat CO2 op grote schaal afvangt en levert aan derden. Dat avontuur begon in 2015. Timmerije: “We zijn continu op zoek naar manieren om maximale waarde uit afval te halen, maar realiseerden ons dat een belangrijke reststroom nog steeds ongebruikt uit de schoorsteen ontsnapte: CO2. Dat kon beter.”
AVR startte daarom een technologieonderzoek en ging op zoek naar een afzetmarkt voor afgevangen CO2. Nog geen vijf jaar later nam de afvalverwerker één van de grootste CO2-afvanginstallaties van de Europese afvalsector in gebruik, op één van de drie schoorstenen van zijn afvalenergiecentrale in Duiven. De installatie kan 100.000 ton CO2 per jaar afvangen, wat gelijk staat aan zo’n 25 tot 30 procent van de totale CO2-uitstoot van de Duivense afvalcentrale.
Oplosvloeistof neemt CO2 op uit rookgas
Dit werkt als volgt: het rookgas dat vrijkomt bij het verbranden van restafval wordt eerst gereinigd; alle schadelijke stoffen voor het milieu worden eraan onttrokken. Vervolgens wordt het rookgas afgekoeld en in contact gebracht met een oplosvloeistof die in staat is om zo’n 85 procent van de CO2 in het rookgas op te nemen. Deze vloeistof wordt verwarmd, waarna de CO2 er in zuivere (gas)vorm aan onttrokken wordt. Daarna wordt de CO2 juist weer afgekoeld, tot een temperatuur van ongeveer -20 graden Celsius. Hierdoor wordt het vloeibaar en kan op die manier gemakkelijk opgeslagen en getransporteerd worden.
De afgevangen CO2 wordt geleverd aan glastuinbouwbedrijven in de regio, die het gebruiken om het groeiproces van hun bloemen, groentes en potplanten te versnellen. “Er rijden inmiddels tientallen vrachtwagens per dag bij ons weg om de CO2 af te leveren bij tuinders”, vertelt Timmerije. “Dat levert hen een forse CO2-besparing op. De glastuinbouw maakt van oudsher gebruik van fossiele bronnen, zoals aardgas, om CO2 te produceren. Maar wie gebruik maakt van onze CO2 kan zijn aardgaskraan in principe dichtdraaien.”
De businesscase rondkrijgen
Hoewel AVR’s CO2-afvanginstallatie één van de grootste van Europa is, ziet Timmerije het vooral als een grootschalige pilot. De toekomstplannen zijn namelijk een stuk ambitieuzer. “Voor onze afvalverwerkingsfabriek in Rozenburg hebben we inmiddels een haalbaarheidsstudie uitgevoerd om in de toekomst 500.000 ton CO2 per jaar af te vangen.”
Voordat het zover is, moeten er wel wat uitdagingen getackeld worden. Vooral het rondkrijgen van de businesscase blijkt lastig. De voorinvestering is immers fors, waardoor de afzetmarkt op voorhand groot genoeg moet zijn. Timmerije: “Een garantie van langdurige afname vanuit de markt is echt een vereiste. Maar ik heb daar alle vertrouwen in: de glastuinbouwsector heeft een jaarlijkse CO2-behoefte van zo’n twee miljoen ton. En de vraag naar CO2 vanuit de betonindustrie en chemische industrie wordt ook steeds groter.”
AVR hoopt de eigen CO2-uitstoot ook zoveel mogelijk te beperken met CO2-afvang en -hergebruik, desnoods in combinatie met CO2-opslag. Een forse klus; met het verwerken van 1,7 miljoen ton restafval per jaar komt namelijk ook zo’n 1,7 miljoen ton CO2 vrij. “Ruim 60 procent daarvan is kort-cyclische CO2, afkomstig van het organische onderdeel van restafval. Die afvalstromen dragen als het ware een rugzakje van CO2 uit de atmosfeer met zich mee. De verbranding ervan voegt dus geen nieuwe CO2 aan de atmosfeer toe. Maar de overige 40 procent is afkomstig van onze eigen processen”, vertelt Timmerije. “Dat percentage willen we tot en met 2030 volledig afvangen en een herbestemming geven. Of deels opslaan in ondergrondse gasvelden, mocht dat nodig zijn.”
Nu aan de slag
Er woedt al een tijdje een discussie over CO2-afvang in Nederland. Volgens tegenstanders is het een te dure ‘schijnoplossing’, die de opkomst van duurzame energiebronnen in de weg kan staan. Timmerije kan zich daar niet in vinden: “We zitten momenteel in een transitiefase, waarbij we álle instrumenten nodig hebben om klimaatverandering tegen te gaan. CO2-afvang dus ook. Daarnaast heeft het geen zin om achterover te leunen tot 2030, in de hoop dat waterstof of een andere wondertechnologie de klus volledig gaat klaren. We moeten nú in actie komen. Met elke ton CO2 die wij afvangen, boeken we nu winst.”
“Wageningen University & Research berekende dat elke ton CO2 die wij leveren aan de tuinbouw tot 0,95 ton CO2-uitstoot uit fossiele bronnen bespaard. Hoe je het ook wendt of keert, dat is een CO2-besparing die we goed kunnen gebruiken”, vervolgt hij. “Veel processen kunnen nog niet volledig CO2-vrij uitgevoerd worden, dat is nu eenmaal zo. Maar laten we er dan in ieder geval voor zorgen dat de CO2-uitstoot die daarmee gepaard gaat niet langer in de atmosfeer belandt.”
De eerste stap van velen
Dat gedachtegoed leeft ook bij de rest van de afvalsector, merkt Timmerije. AVR ontving het afgelopen jaar veel bezoekers vanuit heel Europa, die hun CO2-uitstoot ook willen afvangen en benieuwd zijn hoe AVR dat aanpakt. Ook nu blijven de informatiebezoeken binnenstromen. In Nederland staat het onderwerp ook op de kaart; AVR werkt inmiddels met verschillende partners en collega-bedrijven aan de vervolgplannen. Timmerije: “De eerste stap is gezet, maar er gaan zeker meerdere volgen.”
Bron/beeld: AVR
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in