In een onlangs gepubliceerd rapport verklaart S&P dat vastgoedbedrijven financieel beter presteren wanneer zij duurzaamheidsdata als Environmental Social Governance (ESG) in hun bedrijfsvoering integreren. Ook zou de vastgoedsector sneller kunnen verduurzamen als de bedrijven, met name mkb’ers in de vastgoedsector, meer groene obligaties uitgeven. De vraag is of deze conclusie ook breder kan worden getrokken. DuurzaamBedrijfsleven Media sprak hierover met Michael Wilkins, managing director, head of global environmental & climate research van S&P.
S&P verwacht dat de groene obligatiemarkt dit jaar opnieuw groeit. Hoe is deze stijging te verklaren?
“Daar zijn verschillende redenen voor. Aan de ene kant zien we dat de nutsbedrijven in de Verenigde Staten steeds meer groene obligaties uitgeven om hun activiteiten te verduurzamen. In China wordt dit jaar het grootste aantal groene obligaties uitgegeven, maar we kunnen de Verenigde Staten niet over het hoofd zien. De obligatiemarkt van de Verenigde Staten is in vergelijking met andere landen namelijk veel groter. Ook dragen de groene obligaties die Amerikaanse gemeenten uitgeven bij aan deze verwachte groei.”
Hoe ontwikkelt de markt zich de komende jaren?
“Over vijf jaar geven bedrijven naar verwachting tot $ 50 mrd of zelfs meer aan groene obligaties uit, maar het is moeilijk om de omvang van de markt over vijf jaar nu al te bepalen. Naast de bereidheid van zowel bedrijven als overheidsinstellingen om groene obligaties als instrument in te zetten om duurzaamheid te financieren, zijn er ook dringendere oorzaken. Klimaatverandering en schaarse grondstoffen spelen een grote rol in de mogelijke groei.”
Om te beoordelen of een groene obligatie daadwerkelijk groen is, hebben investeerders second opinions tot hun beschikking, vooral gebaseerd op transparantie en rapportages. Er zijn audits ontwikkeld die moeten borgen dat het geïnvesteerde geld daadwerkelijk wordt besteed aan de duurzaamheidsdoelstellingen die de uitgevende organisatie aan het begin, na afloop en gedurende de looptijd van de obligatie heeft vastgesteld.
"Investeerders zijn meer dan ooit geïnteresseerd in de duurzaamheidsimpact van een obligatie"
Op welke manier kan de groei in de groene obligatiemarkt worden versneld?
“Om de groene obligatiemarkt verder te bevorderen, zouden er specifieke duurzaamheidsindicatoren moeten komen, die de obligaties beoordelen op de behaalde of op te leveren milieuwinsten. Bestaande methodes, zoals de Green Bond Principles en het Climate Bonds Initiative (CBI), komen hier het dichtst bij in de buurt. Het CBI is een uitgebreide beoordelingsmethode, maar wel binair. Daarmee bedoel ik dat een obligatie wel of niet aan een eis voldoet. Schuldpapier dat deels of bijna voldoet, wordt in dat systeem niet als duurzaam beoordeeld. Dat kan problematisch zijn voor obligaties die zich in het ‘grijze gebied’ bevinden. De uitgevende instelling kan daardoor minder geld ophalen om de milieuwinsten, hoe klein ook, te kunnen behalen.”
Investeerders zijn volgens Wilkins meer dan ooit geïnteresseerd in de duurzaamheidsimpact van een obligatie.
“Zij stellen vragen. Wat is de milieuwinst van de investering? Hoe zit het met de CO2-reductie? S&P Global richt zich op het vergroten van de transparantie over de milieuwinsten die groene obligaties opleveren. Ook dit kan de groei in de groene-obligatiemarkt versnellen. Daarnaast verwacht ik dat uitgevende instellingen de prijs van hun groene obligaties op den duur meer laten afhangen van de milieuwinsten die ze daarmee kunnen behalen.”
Welke rol speelt duurzaamheid bij de beoordeling van de kredietwaardigheid van een organisatie?
“Met kredietwaardigheid kijken we naar het vermogen van een bedrijf om zijn schulden volledig en op de afgesproken termijnen te kunnen aflossen. De correlatie tussen duurzaamheid en kredietwaardigheid is op dit moment nog niet direct te leggen. Het is goed mogelijk dat hoe groener een bedrijf is, des te beter het zijn leningen kan terugbetalen en risico’s kan verminderen, maar er is meer bewijs nodig om dit hard te maken. Wanneer een organisatie in duurzaamheid investeert en daarmee een hogere cash flow genereert, dan draagt dat direct bij aan de kredietwaardigheid van de organisatie.
Wilkins wijst op het voorbeeld van een Amerikaanse autofabrikant, die S&P onlangs heeft beoordeeld. De kredietwaardigheid van dit bedrijf verbeterde nadat het investeerde in onderdelen die minder schadelijke emissies veroorzaakten. Daarnaast profiteerde dit bedrijf van de Amerikaanse wetgeving waarin de emissiestandaarden zijn bijgesteld en die financiële ondersteuning biedt aan bedrijven die aan deze standaarden voldoen.
“In dit geval kun je spreken van een directe link tussen duurzaamheid en kredietwaardigheid.”
"Er moet dus voldoende bewijs zijn om de directe link tussen duurzaamheid en kredietwaardigheid te leggen"
Hoe zit het met bedrijven die niets doen met duurzaamheid?
“Als een bedrijf economische voordelen kan halen uit duurzame investeringen, dan is er ook direct een positief effect op de kredietwaardigheid van het bedrijf. Maar bedrijven die niet investeren in duurzaamheid, kunnen zich bevinden in een gevarenzone. Als een bedrijf aan de verkeerde kant van de duurzame economie staat - een klassiek voorbeeld hiervan is investeren in fossiele brandstoffen die broeikasgasemissies veroorzaken - dan kan dat leiden tot negatieve gevolgen op de kredietwaardigheid van het bedrijf.”
S&P's spant zich in om de link tussen kredietwaardigheid en duurzaamheid beter in beeld te brengen, zodat investeerders en financials duurzaamheid nadrukkelijker kunnen meewegen in hun beslissingen. “Uiteindelijk moet er dus voldoende bewijs zijn om de directe link tussen duurzaamheid en kredietwaardigheid te leggen. Daarin zijn de eerste stappen al gezet.”
Foto: Hoofdafbeelding: B64 via Wikimedia Commons, Creative Commons, In tekst-afbeelding: S&P (Cropped by DuurzaamBedrijfsleven)
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in