Leestijd 9 minuten

Hout is de klimaatvriendelijke oplossing voor de woningbouwopgave, waarom bouwen we daar niet mee?

Door de stikstofcrisis, de coronapandemie en de klimaatopgave ziet iedereen dat we zo niet langer verder kunnen. Ook voor de bouwsector geldt dat. Bouwen met hout en andere natuurlijk ‘hergroeibare’ materialen zorgt voor gezondere woningen en een lagere CO2- en stikstofuitstoot. Kortom: hout biedt een klimaatvriendelijke oplossing voor de woningbouwopgave. Waarom bouwen we er nog niet massaal mee?

Adobestock hout bos klimaatvriendelijke oplossing woningbouwopgave 2
Volgens architect Marco Vermeulen is er voldoende duurzaam hout om huizen mee te bouwen: “De natuurlijk aanwas is groter dan wat er geoogst wordt.” | Afbeelding: Adobe Stock

"Daar is hij: onze starchitect", zegt Jeroen Loots van ASN Bank half-grappend en half-serieus als architect Marco Vermeulen inlogt voor de Teams-bijeenkomst. “Ik zie hem als een lichtpunt onder de architecten”, legt Loots uit.

Met zijn architectenbureau werkt Vermeulen aan iconische, houten gebouwen, zoals de Dutch Mountains vlakbij Eindhoven. Ook was hij als onderzoeksleider betrokken bij de strategische verkenning ‘Ruimte voor Biobased Bouwen’ van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Dat hij aanschuift bij een interview over de kansen van hout en biobased bouwen is daarom logisch.

'Bouwen met fossiel is gewoon klaar'

Maar wat doet een Senior Adviseur Klimaat van een bank bij zo’n gesprek? “We willen als ASN Bank klimaatpositief worden. En dan nog snel ook, want wij willen daar in 2030 zijn”, legt Loots uit. Dat betekent dat de bank op zoek is naar natuurlijke manieren om CO2 uit de lucht te halen en op te slaan, door de juiste projecten en bedrijven te financieren. Daarom sloot ASN Bank zich als eerste financiële instelling aan bij het programma van Vermeulen over biobased bouwen. Voor Loots, die zichzelf klimaat-omdenker noemt, is het namelijk zonneklaar: de miljoen woningen die erbij komen, moeten van natuurlijk ‘hergroeibare’ materialen zijn. “Het kan niet anders, willen we nog een kans maken om onze klimaatdoelstellingen realiseren. Bouwen met fossiel is in dat opzicht gewoon klaar. Punt.”

Gelukkig is er al een alternatief voor fossiele materialen zoals staal en beton, te weten: hout. Vermeulen: “Hout heeft bepaalde eigenschappen, waardoor het staal of beton meestal kan vervangen.” Bijvoorbeeld de kracht van kruislings verlijmd hout, ook wel bekend onder de Engelse afkorting CLT. Dit nieuwe type bouwmateriaal is bijzonder sterk. Daarnaast levert bouwen met natuurlijke materialen andere voordelen op: van CO2-opslag tot lagere stikstofuitstoot.

Hout als CO2-opslagsysteem

Als het aankomt op CO2-uitstoot, dan werken de voordelen van ‘hergroeibare’ materialen twee kanten op. Ten eerste voorkomen biobased materialen de CO2-uitstoot die gepaard gaat bij het winnen en produceren van traditionele bouwmaterialen. Staal- en cementfabrieken behoren tot de grootste vervuilers van Europa, dus het is goed om deze materialen minder te gebruiken. Ten tweede nemen planten of bomen CO2 op terwijl ze groeien. “Op het moment dat je hout of een ander natuurlijk materiaal toepast in bebouwing, dan blijft die CO2 voor de levensduur van het gebouw gevangen”, zegt Vermeulen.

Na een lichte aarzeling zegt hij dat je het bouwen met hout als alternatief zou kunnen zien voor de CO2-afvang en opslag in lege gasvelden onder de Noordzee. Het zogenoemde carbon capture and storage (ccs). Daarvoor had de overheid een subsidie van 2 miljard over. Vermeulen ziet het als een oplossing aan het einde van de keten, die de industrie niet verandert. “Het kost alleen maar geld. Terwijl het alternatief, bouwen met natuurlijke materialen, in feite hetzelfde doet maar waarde creëert. Namelijk: een aantrekkelijke gezonde woonomgeving op basis van natuurlijke materialen die ook als ccs fungeert.” Daarom zou hij liever zien dat de overheid 2 miljard in biobased bouwen steekt.

Alternatief voor varkens

Naast de opname van CO2 heeft bouwen met natuurlijke materialen nog een aantal voordelen, die Vermeulen moeiteloos opsomt. “Het is lichter, daarom levert het minder stikstof-uitstoot op.Het is gezonder, je kunt er veel beter mee prefabriceren en het kan ook echt als motor fungeren voor de woningbouwtransitie.”

Volgens Vermeulen is de Nederlandse bouwsector in het ideale scenario in staat om 60.000 tot 70.000 woningen per jaar te produceren. Door bijvoorbeeld over te schakelen op hout kan dat sneller. “Het lijkt alsof industrialisatie altijd aan beton en staal vast zit, terwijl hout een veel beter product is voor industrialisatie. Het is makkelijker bewerkbaar, reproduceerbaar en transporteerbaar.”

Tot slot kan overstappen op biobased bouwen hulp bieden aan een andere sector die moet veranderen: de landbouw. Zo kunnen boeren hun varkens of koeien verruilen voor de teelt van bouwmaterialen. Nu houden boeren veengebieden kunstmatig droog voor grasland. Dat zorgt voor CO2-uitstoot. “Die gebieden moeten we dus natter maken. Dat betekent dat de koeien daar niet zo prettig meer kunnen lopen, maar dat geeft niks, want er zijn allerlei aquatische gewassen zoals lisdodde en andere rietachtigen die ideaal te gebruiken zijn voor isolatie.”

Nederlandse bos onder de bijl?

Zijn er dan echt geen nadelen te bedenken? Hout-tekorten bijvoorbeeld? Of bossen vol stronken in plaats van bomen? Volgens Vermeulen valt dat allemaal wel mee. Zo gaat het erom selectief te kappen en bomen zijn er genoeg. Zelfs in Nederland. “De natuurlijke aanwas is groter dan wat er geoogst wordt.”

En als er onvoldoende hout in ons land zou zijn, dan is er nog Europees hout. Zo stelde hoogleraar Europese Bossen Gert-Jan Nabuurs in een gesprek met BNR in 2019 dat er jaarlijks 800 miljoen kubieke meter hout bij komt. “We oogsten op dit moment ‘maar’ 500 miljoen kuub. Voor papier, bouwen, karton, wc-papier… honderden producten komen uit het Europese bos. Die ruimte kunnen we natuurlijk niet allemaal oogsten, maar er is wel genoeg materiaal voor bouwen met hout. En 300 miljoen kuub is een enorme berg hout.” Het is dan wel belangrijk om goed voor het bos te blijven zorgen en niet meer bomen te kappen dan erbij kan groeien.

Biobased bouwen: de ideale oplossing die niet wordt toegepast

Als het zo goed werkt, waarom bouwen we dan nog niet grootschalig met natuurlijke materialen? Vermeulen pakt de Groene Amsterdammer erbij, waarin een opsomming staat van de grootste vervuilers van Europa. Op nummer 1 staat een staalbedrijf. Op nummer 2 en 3 cementproducenten. Er staan een paar oliebedrijven in de top 10, maar het merendeel gaat om producenten van bouwmaterialen. “Dus je ziet dat die bouwindustrie, veel meer dan wij denken, een grootaandeelhouder is in de productie van CO2”, concludeert Vermeulen.

Loots vult aan: “Het gaat om duizenden miljarden, dus daar zit een enorm belang van aandeelhouders. Daarom heb je een keiharde overheid nodig die goede keuzes maakt.” Nu doet de overheid dat nog niet, merkt hij. Als voorbeeld geeft hij de staatsteun aan KLM. “Er kan 3,4 miljard staatsteun naar KLM, maar biobased bouwen moet alles bij elkaar peuteren. Een economie op zijn kop zetten is heel ingewikkeld. Vooral als we verslaafd zijn aan fossiele brandstoffen.”

Een kwestie van tijd

Ondanks de dominantie van het oude economisch denken, verwacht Vermeulen dat het slechts een kwestie van tijd is. Hij vergelijkt het met de energietransitie in de auto-industrie. In het begin vonden mensen elektrisch rijden niets, maar nu gaan veel mensen ervan uit op een bepaald moment op elektrisch over te stappen. “De materiaaltransitie loopt gewoon tien jaar achter op de energietransitie.”

'De materialen-transitie loopt tien jaar achter op de energietransitie'

“We hadden een hele sterke houten bouwcultuur, natuurlijk vooral gericht op de scheepvaart, maar ook op gebouwde omgeving. Die kennis en kunde is eruit gedrukt door die andere materialen, maar dat kunnen we herstellen zodat er ook weer een soort nieuwe ambachtelijkheid ontstaat”, zegt Vermeulen. Nederland was dus ooit groot in de houtbouw en als het aan Vermeulen en Loots ligt zijn we dat over een aantal jaar weer.

“Die kar willen wij mede trekken”, zegt Loots. Niet alleen door deel te nemen aan programma’s als Ruimte voor biobased bouwen en de Citydeal circulair en conceptueel bouwen, maar ook door samen met andere partijen aan een methodiek te werken die inzichtelijk maakt hoeveel CO2 houten woningen uit de lucht halen. Zo blijkt nu dat 1 miljoen houten huizen in potentie een kwart van de jaarlijkse uitstoot kunnen vastleggen. De volgende stap is om te berekenen hoeveel minder stikstof houtbouw oplevert.

“In de financiële wereld is geld niet direct het probleem. Het geld binnen risicokaders op de juiste plek krijgen, dát is de uitdaging”, aldus Loots. Daar kan de meetmethode bij helpen, omdat het aantoont dat investeren in biobased bouwen minder risicovol is dan ouderwets investeren in de bouw en gepaard gaat met positieve impact.

De financiële sector als motor

Loots verwacht dat banken, pensioenfondsen en andere financiële instellingen door toenemende klimaatambities en op basis van kennis over CO2-opslag in bouwmaterialen steeds vaker andere keuzes gaan maken. “Stel dat een project iets duurder is, maar door CO2-opslag aantoonbaar maatschappelijk rendement oplevert, dan investeert een instelling waarschijnlijk sneller. Dat zijn de effecten van zo’n metric. Zo’n meetmethode wordt interessant op het moment dat je doelstellingen en risicoprocessen helder wilt hebben. Dan beginnen er dingen te veranderen.”

In haar eentje kan ASN Bank de woningbouwtransitie niet financieren, benadrukt Loots. “Dus het gaat ons erom die hele financiële sector in beweging te brengen. Die moet dat geld de goede kant op gaan duwen. Daar willen wij graag een rol in spelen, bijvoorbeeld door de financiering van een prachtig woningbouwproject dat de woningnood helpt op te lossen of een fabriek die de houtproductie kan opschalen. Daarnaast willen we de drempel verlagen om te financieren, door onze meetmethode, en de logica die daar achter zit, breed te introduceren in de financiële sector.” Op die manier verwacht Loots dat de financiële sector als motor kan fungeren voor een versnelling van de transitie in de woningbouw. Samenwerking vormt de sleutel. Niet alleen met financiële instellingen, maar ook met partijen uit de bouwketen en de overheid. “Je hebt ze allemaal nodig, ook klanten en burgers. We moeten het samen doen.”

Dat het mogelijk is de sector in beweging te krijgen merkte ASN Bank met het Platform Carbon Accounting Financials. Daar zijn nu 142 instellingen bij betrokken met een totaal beheerd vermogen van 43,4 triljoen. Ook op biodiversiteit probeert de bank andere financiële instellingen te overtuigen om te gaan meten door ervaringen te delen in het Partnership for Biodiversity Accounting Financial. Wordt 2021 het kanteljaar voor biodiversiteit?

Change Inc.

schrijf je in voor de nieuwsbrief

Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!

Schrijf je nu in

Nieuws & Verhalen

Changemakers

Bedrijven

Events


Producten & Diensten


Lidmaatschap

Inloggen

Nieuwsbrief & Memberships


Over Change Inc.

Over ons

Waarom Change Inc.

Team

Partnerships & Adverteren

Werken bij Change Inc.

Pers & media

Onze partners

Contact

Start

Artikelen

Changemakers

Bedrijven

Menu