Wat is een green bond?
“Een green bond is eigenlijk een gewone obligatie, maar het verschil is dat je als belegger van tevoren duidelijk weet wat er met het geld gaat gebeuren. Dus het geeft meer transparantie. Het geld wordt uiteraard gebruikt voor specifiek groene projecten en wordt ook echt gescheiden van de rest van het bedrijf. Dus A: het is heel duidelijk waar je geld naartoe gaat. B: je probeert iets positiefs te bereiken qua groene impact. Nadat die green bond is uitgegeven wordt erover gerapporteerd, zodat je een soort bewijs hebt dat het bedrijf of het land het geld echt voor groene projecten heeft gebruikt en welke impact daarmee gemaakt is.”
Wanneer kwamen de eerste green bonds op de markt?
“Dat was in 2007, 2008. Dat is natuurlijk ook de periode dat de financiële crisis begon uit te breken. Ik denk dat de opkomst van groene obligaties daarom ook niet toevallig is, omdat we natuurlijk vanuit de crisis leerden dat we meer transparantie konden gebruiken als beleggers. En green bonds, afgezien van dat ze uiteraard groen zijn, geven ons ook gewoon veel meer duidelijkheid over hoe bedrijven het geld gaan gebruiken. Het verdwijnt niet in een of andere grote pot. Sinds 2013, 2014 is die markt echt hard gaan groeien.”
Waarom vinden investeerders groene obligaties zo interessant?
“Ik denk dat bedrijven en beleggers allemaal weten dat ze moeten vergroenen, dat ze meer aan duurzaamheid moeten gaan doen. Als ze dat niet doen, dan lopen ze bepaalde risico's die ze niet willen. Dat besef begint steeds meer te landen. Vroeger was altijd het idee dat groen beleggen geld kost of dat je er rendement voor moet opofferen. We zien steeds meer bewijzen dat het juist andersom is. Als je niet groen belegt, dan loop je juist bepaalde risico's. Bijvoorbeeld als je belegt in oliebedrijven die misschien met heel veel, zoals we dat noemen, stranded assets blijven zitten. Dat besef landt steeds meer. En dat geldt zowel voor bedrijven als voor beleggers dus het is wat dat betreft eigenlijk heel logisch dat het nu zo hard aan het groeien is.”
Stranded assets
Stranded assets zijn letterlijk vertaald gestrande activa of bezittingen. Het zijn bezittingen die waardeloos zijn geworden. Een voorbeeld daarvan zijn grote reserves aan fossiele brandstoffen, zoals olie, die oliebedrijven niet meer kunnen aanboren vanwege wet- en regelgeving of afgenomen vraag.
Spanje had in plaats van 5 miljard wel 60 miljard kunnen ophalen voor hun groene obligatie. Wat betekent het als er meer vraag is dan aanbod?
“Spanje had misschien van te voren bedacht dat ze een poel van ongeveer 5 miljard aan groene projecten hadden die ze willen financieren of die ze afgelopen jaar al gefinancierd hebben. Dan kun je wel veel meer interesse van investeerders hebben, maar als je niet meer groene projecten hebt dan kun je niet meer gaan uitgeven. Daar is dus wel een beperking in hoeveel ze kunnen uitgeven. Bij een gewone obligatie kan het zo zijn dat ze bij veel interesse kunnen zeggen doe toch maar 20 of 25 miljard, maar bij green bonds kan dat niet.”
Lees ook: Investeerders springen massaal op groene Spaanse staatslening. Wat maakt hem zo bijzonder?
Hoe helpen green bonds bij het halen van de klimaatdoelen?
“Ik denk dat ze een hele belangrijke rol spelen. Uiteindelijk is er gewoon heel veel geld en kapitaal nodig om de klimaatdoelen wereldwijd te bereiken. Dat is gewoon een feit. Green bonds zijn een hulpmiddel daarvoor, maar niet het enige. Daarnaast vind ik dat green bonds het ultieme bewijs zijn van je duurzame beleid, want je kunt als bedrijf wel zeggen dat je de hoogste ESG-rating (red. duurzaamheidsbeoordeling) van jouw sector hebt, maar dat kan ook alleen maar komen doordat jij tien mensen in dienst hebt die allemaal mooie policy papers schrijven. Laat het maar eens zien, bewijs maar eens hoe groen jij echt bent. Green bonds geven een inkijkje op de balans van het bedrijf, dus het is in mijn ogen het ultieme bewijs van wat je wil doen en bereiken als bedrijf.”
Lees ook: "Pensioenfondsen, verzekeraars en banken halen de klimaatdoelen van Parijs niet". Hoe zit dat?
Geldt dat dan ook voor landen?
“Ja, absoluut. Bij staatsobligaties is het nog ietsje breder. Als overheid wil je, net als bedrijven, laten zien wat je aan het doen bent. Dus je geeft inkijk in jouw uitgaven: dit zijn de groene uitgaven binnen mijn jaarlijkse uitgaven en die financier ik met een green bond. Daarnaast is het ook zo dat heel veel overheden echt een groene kapitaalmarkt willen ontwikkelen. En de uitgifte van een staatsobligatie, zoals de Spaanse green bond waar we het net over hadden, zorgt voor veel media-aandacht. Dat zorgt ervoor dat ook bedrijven gaan kijken naar green bonds. Als een bepaald land een green bond uitgeeft, zorgt dat vaak voor een stimulans waardoor bedrijven ook green bonds gaan uitgeven.”
Zijn groene obligaties het ultieme middel om green washing tegen te gaan?
“Er zijn best wel wat internationale richtlijnen die heel duidelijk uiteenzetten wat een groen project is en wat niet, maar het risico op green washing bestaat altijd. Als je naar verschillende duurzame financiële strategieën kijkt, dan is er denk ik geen een zo duidelijk gedefinieerd is als green bonds. Maar ook voor green bonds bestaat het risico op green washing nog. Ik denk ook dat als we bij NN IP kijken naar alle green bonds die wij wereldwijd monitoren dat dan 23 procent niet groen genoeg is. Ik zeg niet dat het green washing is, maar het is in ieder geval niet groen genoeg voor onze criteria.”
'Van alle green bonds die wij wereldwijd monitoren is 23 procent niet groen genoeg'
Bram Bos
Kun je een voorbeeld noemen van groene obligaties die jullie niet groen genoeg vinden?
“Bijvoorbeeld als een bank een green bond uitgeeft om wat windmolens te financieren. Die windmolens zijn groen, daar hoeven we niet lang over te discussiëren. Dat is ook in lijn met internationale standaarden, maar als die bank tegelijkertijd heel veel steenkoolbedrijven financiert, dan vind ik dat geen geloofwaardige green bond. Dus het is belangrijk om naar die projecten te kijken, maar ook of het klopt met het bredere beleid van het bedrijf. Het kan ook dat ze het als een bliksemafleider gebruiken of omdat ze denken voordeliger aan geld te kunnen komen door een green bond uit te geven. Dus je moet altijd je onderzoek doen.
Dat geldt ook voor staatsobligaties. Bijvoorbeeld de staatsobligaties van Polen vonden wij niet groen genoeg, omdat Polen te weinig doet aan de energietransitie. Dus er zijn ook groene obligaties die wij niet groen genoeg vinden. Maar goed, wij zijn redelijk streng wat dat betreft dus het kan zijn dat andere green bond beleggers daar een andere mening over hebben.”
Hoe gaan jullie dan om met grote oliebedrijven die starten met een windmolenpark? Die moeten natuurlijk nog een hele transitie door.
“Dat is absoluut goed om mee te nemen. Eigenlijk heb je twee typen green bonds. Het eerste type zijn groene obligaties van bedrijven die al groen zijn. En het tweede gaat over bedrijven die green bonds gebruiken om het signaal af te geven dat ze in een transitietraject zitten. Beide zijn goed voor ons. Ik denk ook zeker dat wij erg positief zijn over bedrijven die willen veranderen en willen gaan vergroenen. Maar je kunt heel veel plannen hebben, maar je moet wel bewijs leveren. Daarom speelt in onze green bonds-strategie de dialoog met bedrijven een hele belangrijke rol. Als een oliebedrijf een green bond uitgeeft met de boodschap dat het meer wil investeren in hernieuwbare energie, maar tegelijkertijd allerlei claims maakt over CO2 terugdringen door bomen te planten of door CO2 op te vangen dan betekent dat in mijn ogen dat het vooral wil blijven doen wat het nu doet. Dus dat is niet heel erg geloofwaardig.”
Steeds meer beleggers hebben het over de dialoog aangaan en stoppen met investeren als bedrijven niet vergroenen. Is dit wel een rol die je als sector moet willen spelen?
“Ja, ik denk juist dat je dat wil. Steeds meer vermogensbeheerders voelen dat ze daar een nog veel grotere rol in kunnen spelen. Vroeger gingen investeerders de dialoog aan als het om aandelen ging, maar ik denk dat je ook als bezitter van obligaties iets kunt betekenen, want een bedrijf moet geld lenen. Als ze geen geld kunnen lenen van vermogensbeheerders of geen obligaties kunnen uitgeven dan gaan hun kosten omhoog en dat beïnvloedt hun winstgevendheid.”
Wat vind je van het argument dat als NN IP niet investeert er dan wel een Chinese vermogensbeheerder is die geld vrijmaakt?
“Ik vind dat altijd een slap argument eerlijk gezegd. Uiteindelijk moeten we allemaal stappen gaan zetten. Je moet doen wat je kunt doen. Je hebt er geen controle over als andere partijen kopen of financieren waar jij niet in wil investeren. En dit is gewoon een wereldwijde trend, dus ook partijen in China en weet ik veel waar gaan dezelfde richting op. Het is niet alleen iets Europees of iets in Nederland. We dragen daar allemaal ons steentje aan bij. Daarin doe je wat je kunt doen binnen je mogelijkheden.”
Zet de populariteit van green bonds volgende jaren door?
“Dit jaar hebben wij een groei voorspelt van rond de 500 miljard. We zitten nu al op 350. Dus ik denk dat we redelijk in de buurt zitten. Volgende week publiceren we onze verwachtingen voor volgend jaar. Dan zal de groei nog meer zijn. Een van de grote nieuwe issuers is de Europese Unie. Die zal ook bijdragen aan de groei van de green bond markt wereldwijd. Je ziet ook dat men in steeds meer landen voelt dat we iets moeten gaan doen. De VS hebben bijvoorbeeld altijd een beetje achterlopen op het gebied van duurzaamheid. Dat is een hele grote kapitaalmarkt dus als daar wat beweging komt dan kan die groene obligatiemarkt echt nog veel en veel meer gaan groeien.”
Nederland kent veel innovatieve start-ups die een sleutelrol kunnen spelen in de eiwittransitie, waarbij we verschuiven van dierlijk eiwit naar eiwit uit plantaardige alternatieven. Maar, de stap van start-up naar scale-up blijkt moeilijk. Foodvalley NL, Invest-NL en ScaleUpNation willen daar verandering in brengen met dit plan.
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in