Consumenten zouden juist meer zonnepanelen op hun dak moeten leggen. Dan kunnen ze overdag met ‘waardeloze’ zonnestroom hun water verwarmen en hun elektrische auto opladen. Als ze ook nog een thuisbatterij aanschaffen, kunnen ze meer eigen zonnestroom gebruiken en qua energie zelfvoorzienend worden, stelden wetenschappers, ondernemers en andere experts tijdens het congres ‘De Toekomst van Solar’ in Den Haag.
Verboden woord
‘Terugverdientijd’. Het leek wel een verboden woord tijdens het congres. Dat wat niet genoemd mag worden. Toch was het de zonne-energiebranche zelf die het woord jarenlang gebruikte om consumenten aan te sporen zonnepanelen aan te schaffen. Door de salderingsregeling - waarbij ze teruggeleverde zonnestroom aan het net van hun energierekening mochten wegstrepen - en de dalende kosten van panelen, liep die terugverdientijd het afgelopen decennium terug naar zo’n zes jaar. Nu energiebedrijven terugleverkosten in rekening brengen, is de terugverdientijd weer opgelopen naar negen jaar.
Terugverdientijd loopt op
Als de salderingsregeling per 1 januari 2027 stopt, zal die terugverdientijd verder oplopen naar zeventien jaar, hebben TNO en CE Delft uitgerekend. Omdat panelen 25 jaar meegaan, is het nog steeds een prima businesscase voor gratis stroom. Maar de zonne-energiebranche denkt dat consumenten zich door dit soort rekensommen laten afschrikken en geen zonnepanelen meer kopen. Dat werd het afgelopen jaar al zichtbaar: huishoudens kochten 52 procent minder zonnepanelen dan in 2023. Ook woningbouwcorporaties investeren steeds minder in zonnepanelen op daken van huurwoningen. Dat leidde tot een golf aan faillissementen onder installateurs en groothandels. “Als de media nu weer gaan schrijven over die nieuwe terugverdientijd van zeventien jaar, zal de animo verder dalen”, luidde de kritiek uit de zaal.
Minder zonnepanelen
Zeker als consumenten het advies opvolgen van TNO en CE om minder zonnepanelen op hun dak te leggen. Daardoor kunnen ze het huidige zelfgebruik van gemiddeld 30 procent van de zonnestroom verhogen naar 60 procent. Als dat lukt, verkorten ze de terugverdientijd weer tot negen jaar, blijkt uit hun onderzoek. Een batterij aanschaffen of de wasmachine om twaalf uur ’s middags aan zetten heeft niet zoveel impact op dat zelfgebruik, stellen de onderzoekers. “Voor nieuwe investeringen in zonnepanelen lijkt het daarom heel slim om voor minder zonnepanelen te kiezen. Heb je tien zonnepanelen op je dak, maar heb je er maar vijf nodig, dan helpt dat echt om het eigen gebruik fors omhoog te krijgen. Als je dat doet, kun je de effecten van het afschaffen van de salderingsregeling teniet doen en ga je terug naar die terugverdientijd van negen jaar”, legde Marijke Menkveld van TNO uit.
Ridicule rekensom
Dat bezitters van zonnepanelen meer eigen stroom moeten verbruiken, daar zijn wetenschappers en ondernemers het over eens. Maar dat kan ook door juist meer panelen neer te leggen. Waarom praten we überhaupt nog over terugverdientijd, vraagt de branche zich af. “Als we een nieuwe keuken installeren heb ik nog nooit iemand horen praten over het rendement van die keuken en welke terugverdientijd daar op zit”, stelde voorzitter Doekle Terpstra van branchevereniging Techniek Nederland. “Dat geldt ook voor auto’s. Ik heb nog nooit iemand horen praten over de terugverdientijd op die auto. Waarom doen we dat wel met alles wat te maken heeft met duurzaamheid, met name op het gebied van zonne-energie. Ik blijf dat zelf ridicuul vinden. Maar als je daar toch naar kijkt, dan is het rendement van zonnepanelen in zeventien jaar 5,88 procent. Dat krijg ik bij mijn bank niet.”
Redelijke vergoeding
Overigens is het niet zo dat bezitters van zonnepanelen na het afschaffen van de salderingsregeling helemaal niets krijgen voor hun teruggeleverde stroom. Tot 2030 krijgen ze minimaal 50 procent van de kale stroomprijs betaald. Daarna moeten energieleveranciers een redelijke prijs betalen. De ACM houdt daar toezicht op. “Redelijk klinkt als een vaag begrip. De vergoeding is afhankelijk van de marktomstandigheden en verschilt per leverancier. Daarom kun je er geen getal op plakken. Maar de ACM kan wel bij een leverancier langsgaan en constateren dat die onvoldoende vergoeding heeft gegeven”, zei Kristan van Baal van het ministerie van Klimaat en Groene Groei.
![Zo verandert contactadvertentie](https://assets.change.inc/images/_448x252_crop_center-center_none/zo-verandert-contactadvertentie.jpg)
Meer zelf verbruiken
De slimste oplossing is nog altijd om geen zonnestroom terug te leveren aan het net, maar zoveel mogelijk zelf te gebruiken. Dat betoogde programmamanager hernieuwbare elektriciteit Robin Quax van TKI Urban Energy. “We moeten op een andere manier naar zonne-energie kijken. Zonnepanelen zijn een manier om zekerheid te krijgen over je eigen energie”, stelde hij. Hij heeft uitgerekend dat huishoudens 90 procent van hun eigen stroom kunnen gebruiken als ze die inzetten voor het opwarmen van water in hun e-boiler of warmtepomp, voor het laden van hun elektrische auto en als ze die stroom overdag opslaan in een batterij voor gebruik ’s avonds.
Renderen of zelfvoorzienend zijn
Daar zit dan wel een nadeel aan. Quax: “Dan renderen die zonnepanelen supergoed, maar moeten huishoudens ook dure stroom inkopen voor die apparaten en zijn ze uiteindelijk maar voor 30 procent zelfvoorzienend. De logische stap is dan om dan meer zonnepanelen aan te schaffen om een groter deel van dat elektriciteitsverbruik zelf op te wekken. De vraag is dus: moeten mijn zonnepanelen renderen of wil ik een betaalbare energierekening hebben die mij zekerheid geeft? Als je zonnepanelen hebt liggen, ben je beschermd tegen prijsstijgingen.”
Lage marktwaarde
Het probleem is volgens hem dat de marktwaarde van zonne-energie momenteel laag is. Zonnestroom is relatief goedkoop, vooral omdat het wordt opgewekt op momenten dat er veel elektriciteit beschikbaar is. Meestal ’s middags, als alle zonnepanelen volop staan te draaien en er weinig vraag is. Als ook windturbines meedraaien, daalt de stroomprijs naar nul. Nu kan Nederland nog veel stroom exporteren naar andere landen, maar omdat die landen ook verduurzamen, valt die inkomstenbron weg. Dan worden wind- en zonneparken ‘s middags afgeschakeld. Als dat vaker gebeurt, worden ze minder rendabel. Daarom haken investeerders nu al af. “Ja, de markt voor zonne-energie is minder gunstig geworden, maar het is nog steeds geen slechte investering”, stelde Quax. “Als je zonne-energie achter de meter kunt leveren, is die wel veel waard.”
Contactadvertentie
Quax vergeleek het met een contactadvertentie. Als zonne-energie zich nu zou willen aanprijzen zou de tekst luiden: ‘Makkelijke, goedkope stroom zoekt nieuwe match. Maar ik ben alleen beschikbaar als het mij uitkomt en dan ben ik niks waard. Heb je me nodig op donkere avonden, dan laat ik je in de steek.’ Met meer zelfgebruik en een thuisbatterij zou de tekst ineens heel anders klinken. Dan is de stroom nog steeds makkelijk en goedkoop, maar luiden de laatste zinnen: ‘Ik hou van een warme douche en autorijden. Met wat opslag verlicht ik ’s avonds je huis en help ik met koken. Betrouwbare partner in tijden van energiecrisis.’
Lees ook:
- Verkoop zonnepanelen met 30 procent gedaald, maar Nederland haalt nu al klimaatdoel 2030
- Zonnepanelen ook populair zonder salderingsregeling
- Installatiebranche slaat terug: SolarNRG verkoopt zonnepanelen met energiecontract zonder terugleverboete
- Wees gerust: zonnepanelen blijven goede investering, maar snel duidelijkheid nodig
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in