Het is belangrijk dat de investeringen die de komende jaren in Nederland worden gedaan, passen bij een CO2-arme energievoorziening. “Op deze manier benutten we de economische kansen die de energietransitie met zich meebrengt”, meldt het kabinet in een verklaring.
Het kabinet zet in op het terugbrengen van de energievraag door middel van energiebesparing en het terugdringen van het gebruik van aardgas door het stimuleren van duurzaam opgewekte elektriciteit en duurzame warmte.
Verwarming
Zo wordt gekeken hoe de verwarming van woningen, gebouwen en tuinbouwkassen kan worden verduurzaamd. Nu nog wordt 30 procent van de gebruikte energie in Nederland hiervoor gebruikt. Een belangrijke besparing is bijvoorbeeld te behalen door het laten vervallen van de wettelijke verplichting voor aansluiting van huizen en gebouwen op het gasnetwerk. Ook worden er niet meer automatisch nieuwe gasnetten aangelegd voor nieuwbouwwijken.
“En ook de bron van energie gaan we verder verduurzamen: stroomopwekking van windmolens op zee is succesvol en zal de komende jaren verder worden uitgebreid, ook met windparken die verder uit de kust liggen”, schrijft het kabinet.
Elektrische auto's
Het aantal volledig elektrische auto's en auto's op waterstof zal verder toenemen en het is de ambitie vanaf 2035 alleen duurzame auto’s in Nederland te verkopen. De spoorsector zal volledig overschakelen op groene stroom. Vanaf 2025 maken nieuwe OV-bussen gebruik van hernieuwbare energie of biobrandstof. Om het fietsen aantrekkelijker te maken komen er meer veilige fietsverbindingen en een extra impuls voor fietsenstallingen in steden.
Het wegtransport zal volgens het kabinet moeten overschakelen van fossiele naar biobrandstoffen en zuinigere motoren. Ook de luchtvaart zal moeten overgaan op CO2-arme brandstoffen en zal efficiënter moeten vliegen. Daarnaast blijft de overheid de energiebesparing door de industrie krachtig stimuleren. Productieprocessen moeten veranderen, zodat er minder CO2 wordt uitgestoten. De CO2 die toch nog wordt geproduceerd kan worden opgeslagen in lege aardgasvelden in de Noordzee.
Minister Kamp: “De transitie naar een CO2-arme energievoorziening is definitief ingezet, er is geen weg terug. We moeten ons realiseren dat de omschakeling naar een CO2-arme economie grote investeringen vereist. Het kabinet zet in op beleid waarmee de energietransitie kosteneffectief gemaakt kan worden. De kostenbesparing die gemaakt is bij wind op zee heeft al laten zien dat dit mogelijk is.”
Energieakkoord
In 2013 is met 47 partijen het Energieakkoord gesloten. Deze afspraken lopen tot 2023. "Met de Energieagenda beschrijven we het einddoel dat we moeten bereiken in 2050 en de route daarnaartoe. Bedrijven en lokale overheden hebben zekerheid nodig zodat zij hun plannen erop kunnen afstemmen. Volgende kabinetten zullen nog veel moeten uitwerken, maar wij leggen het fundament waarmee zij straks verder kunnen werken", aldus de minister.
Nederland heeft zich gecommitteerd aan de afspraken van het klimaatakkoord van Parijs. Dat betekent een drastische beperking van de CO2-uitstoot naar bijna nul in 2050. "Als we de ontwikkeling in de periode 2013 en 2023 doorzetten, groeien we in een geleidelijk tempo toe naar een CO2-arme economie in 2050. Dan behalen we het maximale rendement uit de noodzakelijke investeringen en krijgt ons innovatieve bedrijfsleven de beste kansen op de Europese- en wereldmarkt", licht minister Kamp toe.
Er is volgens Kamp een goede start gemaakt. Maar er zijn nog uitdagingen: "De energietransitie is alleen te realiseren als burgers, bedrijven, kennisinstellingen, maatschappelijke organisaties en alle overheden hieraan bijdragen en samenwerken. Het kabinet vindt het belangrijk om met de partijen in gesprek te blijven en, net zoals bij het Energieakkoord, afspraken te maken over de invulling van de transitie naar een CO2-arme economie en samenleving."
Energieopslag
Voor consumenten die zelf energie opwekken wordt het aantrekkelijker de energie op te slaan en te verkopen op momenten dat de vraag naar energie groot is. Opslag maakt het ook mogelijk de energie te gebruiken op het moment dat de consument zelf nodig heeft, bijvoorbeeld in de avonduren.
Er bestaan verschillende berekeningen over de kosten die gemoeid zijn met de energietransitie. Vanwege de grote verschillen hiertussen is uitgebreider onderzoek noodzakelijk. Daarbij zal ook gekeken worden naar de mogelijkheden voor financiering van de benodigde investeringen.
De eerste uitkomsten daarvan worden medio 2017 verwacht. Uitgangspunt is dat de energietransitie betaalbaar blijft voor burgers en bedrijven.
Bron: Rijksoverheid | Foto: Rijksoverheid
schrijf je in voor de nieuwsbrief
Wil jij iedere ochtend rond 7 uur het laatste nieuws over duurzaamheid ontvangen? Dat kan!
Schrijf je nu in