Na zijn studie Milieukunde is Gerwin Schweitzer (48) vrijwel direct in dienst getreden bij Rijkswaterstaat. Zijn interesse lag altijd al bij de natuur, dus voelt hij zich als senior-adviseur klimaatneutraal en circulair inkopen als een vis in het water. Helemaal nu hij een tool heeft ontwikkeld die duurzaamheid meetbaar maakt. “Ik vind dat je je verantwoordelijkheid moet nemen om je werk zo goed mogelijk te doen.”
Ambitie
“Rijkswaterstaat is een organisatie die werkt in opdracht van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. De opdrachten die wij krijgen, zetten we door naar de markt om infrastructuur aan te leggen en te onderhouden. En het is aan ons om de politieke opgave, namelijk de inzet op duurzaamheid vanuit het ministerie, door te vertalen naar buiten. De ambitie is om in 2030 volledig klimaatneutraal en circulair te werken. In mijn rol draag ik een steen bij om de opdrachten die we krijgen vanuit het ministerie, door te vertalen naar een duurzame manier van inkoop. Er zijn daarin vier stromen. Het gaat om wegverharding, kunstwerken, de bouwplaats (en de emissie van die bouwplaats) en het baggeren. Over die vier lijnen werken we toe naar een klimaatneutraal resultaat. Maar dat zijn dus vier agenda’s waar we de condities van moeten bijhouden. Het maakt het werk wat ik doe heel breed en daarom ook interessant. Ik heb altijd een intrinsieke motivatie gehad om op een zorgvuldige wijze met onze omgeving om te gaan. Dat je je bestaan zo organiseert, dat er zo min mogelijke schade wordt veroorzaakt aan omgeving en milieu.”
Visie
“Ik ben bij Rijkswaterstaat begonnen als adviseur duurzaamheid. Ik was na mijn afstuderen op zoek naar een baan, en kwam op een beurs iemand tegen waar ik mijn naam heb achtergelaten. Inmiddels werk ik er alweer meer dan twintig jaar. Het is mijn missie om de organisatie te helpen klimaatneutraal en circulair te worden. Ik vind dat je je verantwoordelijkheid moet nemen om je werk zo goed mogelijk uit te voeren, en ook om de condities te scheppen waarin je dat kan doen. In mijn geval is dat naar buiten toe aangeven wat ik nodig heb, zoals welk beleid, welke tijd en welke middelen heb ik nodig om een opdracht goed in de markt te zetten? Aan de andere kant moet ik ook juist goed luisteren. Als de markt in beweging komt, doet dan de duurzame prikkel in de aanbesteding ook daadwerkelijk wat we wilden bereiken? Ik heb een tool, deze heet DuboCalc als afkorting van Duurzaam Bouwen Calculator, ontwikkeld om duurzaamheid als kwaliteit meetbaar te maken. Daar hebben we gestandaardiseerde rekenmethodes voor gemaakt, zodat je de ene inschrijving op de aanbesteding, met de andere inschrijving kan vergelijken. We zijn in 2005 met de ontwikkeling van DuboCalc begonnen en zetten die sinds 2012 in bij tenders. Ook hebben we DuboCalc beschikbaar gemaakt voor de sector. Het vergde veel geduld en ook, wat ik net zei, dat je de verantwoordelijkheid neemt voor het deel waar je eigenaarschap op hebt. Wat je nodig hebt, is een gemeenschappelijke taal zodat je kunt sturen op zowel politieke als bestuurlijke ambitie. Zo kunnen we in aanbestedingen zichtbaar maken hoe we presteren. En kun je in het netwerk wat je hebt, het onder de aandacht brengen en het voordeel laten zien. Steeds meer mensen herkennen onze tool en gebruiken het.”
Leiderschap
“Ik heb vertrouwen gekregen omdat ik werd herkend en erkend. Daar kun je op voortborduren. De tool gaat over het prijzen van CO2, en dan zowel de directe kosten als de indirecte kosten. Milieukosten die vroeger werden gemaakt, werden eerder nooit gerekend en dat klopt natuurlijk niet. Wat is het effect van een CO2 uitstoot? Dat kun je weergeven in kosten. Wat ik nu wil, is dat de manier van inkoop onderdeel wordt van de agenda om klimaatneutraal te worden. Dat we weten hoe we duurzamer gaan presteren. Steeds meer bedrijven leren werken met de rekentool en kunnen zelf optimaliseren. We hebben dit bijvoorbeeld gezien bij asfalt, zoals bij grote onderhoudsprojecten. Afhankelijk van hun duurzame prestaties, horen aannemers of ze de opdracht krijgen. Het systeem is zo georganiseerd dat duurzaamheid gemeten wordt in prijs en kwaliteit. In verschillende projecten zien we dat de prestaties van asfalt steeds beter worden. Maar we hebben nog een letterlijke weg te gaan. Technisch gezien kunnen we onze doelen halen, de vraag is alleen of mensen het willen. Je ziet het nu tijdens de coronapandemie. We hebben dit jaar allemaal laten zien dat we met onconventionele mogelijkheden ons werk kunnen doen. We hebben ook voor de klimaatdoelstellingen alle techniek in huis, maar er moeten wel middelen beschikbaar worden gemaakt. Het moet anders georganiseerd worden. Daar zijn tools voor nodig, zoals wij hebben gemaakt. Er is nog veel te doen. We kunnen het werk met ons team nu nauwelijks aan. Dat maakt dat er voor mij nog genoeg uitdagingen zijn. Als we in onze sector volledig klimaatneutraal en circulair werken, kan ik met pensioen.”